Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door Jan van den Berghe
Hebt u ooit al iets gelezen van Efraïm de Syriër?
|
Ja natuurlijk. Het is juist vooral na (door?) Ephraim dat de hellenistische invloed doordrong in de Syrische kerk. Vergeet niet dat Ephraim, samen met zijn bisschop, aanwezig was op het concilie van Nicea. Maar iemand zoals Aphraat die de Helleense kerk niet van nabij kende, heeft beduidend andere opvattingen. De problematiek van de helleense kerk is Aphraat onbekend. Aphraat kent wel het Johannes evangelie, maar niet de Logosspeculatie. Ook de Griekse filosofie heeft hem niet geraakt. Hij is nog een exponent van een oude Syrische kerk die los stond van de ‘Griekse’ kerk. Een Syrische kerk, die zich zelfstandig ontwikkelde en dit zo goed als zeker in de denktrant van het vroegere Palestijnse jodenchristendom (Ebionieten, Elkasaiten, Pseudo-clementinen). De christologie van Aphraat is nog weinig gedifferentieerd. De verwijzing van de messias tot God is vaag, onopgehelderd. Kortom zijn geschriften vertonen maar een laag christologisch gehalte. Zulke opvattingen werden later door de ‘Grote Kerk’ (lees: Griekse Kerk) beschouwd als een dwaalleer. Alhoewel deze opvattingen toch vanaf het begin bij de eerste Syrische christenen verspreid waren (Eusebius vermeldt ze ook). Daarom ook, en ondanks alle moeite die hij zich troostte, zal Origines er uiteindelijk toch niet in slagen Syrische kerken echt te overtuigen van de stelling dat Jezus gelijk is aan God.