De vrijheid om te haten - Trump, Poetin, cucks, en co
Hetgeen opvalt de laatste tijd, zowel in het "publiek debat" (een mooi woord voor het spinnen van sensatie), politiek en dit forum is dat bepaalde mensen resoluut, en met een vijandige bijklank, kiezen voor politici zoals Trump, voor maatregelen die vrijheid inperken, voor (al dan niet gerechtvaardigde) grappen over dode vluchtelingen, voor een anti-vrouwelijk en anti-queer discours.
Steeds doen deze mensen zich keihard beroep op de vrijheid van meningsuiting.
Maar wat is de vrijheid die zij echt willen? Geven ze eigenlijk een zier om de vrije meningsuiting, of zouden zij deze onmiddellijk afschaffen voor pakweg homoseksuelen zoals men in Rusland heeft gedaan met zogenaamde propaganda van homoseksualiteit?
Waarom kunnen deze mensen niet gewoon leven en laten leven? Waarom zitten zij bijvoorbeeld heelder dagen te piekeren over het feit dat transgenders eigen toiletten gaan krijgen, of dat homoseksuelen anale seks hebben, of dat bepaalde vrouwen graag seks hebben met iemand anders dan henzelf?
Waarom eisen zij de vrijheid om te kunnen zeggen dat transgender zijn toch wel een ziekte is, dat homoseksualiteit toch niet de norm is, dat zwarten mogelijks genetisch gezien minder intelligent zijn?
Waarom kunnen zij deze zaken niet gewoon laten? Waarom willen zij per se die vrijheid om haat te verkondigen, terwijl zij deze vrijheid niet zouden gunnen aan anderen?
|