Zelfs een geloof als een mosterdzaadje is mij te groot. Ik weiger gewoon pertinent te geloven in één van de duizenden oproerkraaiers die Judea rijk was in die tijd. Een oproerkraaier (jezus dus voor de slechte verstaander) die bovendien op een schaamteloze criminele manier zijn leven aanpaste aan de profeties van het oude testament. zo moest er een ezeltje komen om hem jeruzalem binnen te rijden, omdat dat zo in het OT staat.
Om nog maar te zwijgen van alle oorlogen en moorden die gepleegd zijn in naam van een God. Gelovigen zijn ofwel oerdom, hypernaïef, uit op een postje bij de Kerk of bangerds die niet alleen door het leven durven.
Als ik dood ben groeit er gras op mijnen buik, en ligt mijn lijf te rotten in de grond. the sooner the better als het van mij afhangt
|