Een nieuwe ethiek?
Wat maakt het Vlaams Belang zo 'anders' dan de anderen? Gaat het werkelijk om een verschil tussen democraten en antidemocraten? Tussen tevredenen en verzuurden? Tussen gematigden en extremisten? Of is er meer aan de hand?
Vijftien jaar geleden beslisten de gevestigde partijen een 'cordon sanitaire' op te trekken rond het Vlaams Blok. De partij, toen nog onder Karel Dillen, kreeg een label opgekleefd: het was een 'onreine' partij die in de 'reine' politiek geen reden van bestaan had. Zulke 'labeltjes' zijn van alle tijden. Ze worden uitgedeeld door de gevestigde orde aan wie niet aan de normen van die orde voldoet. Maar over welke normen gaat het dan?
Normen gaan altijd uit van waarden, en een collectief van waarden zouden we een ethiek kunnen noemen. Het Vlaams Blok ent zijn programma op een radicaal �*ndere ethiek, de ethiek van het 'eigen volk eerst'. Tot nog toe luidde het heersende ethische motto dat de mensheid voor zichzelf en zelfs voor de dieren moest zorgen, in goede en kwade dagen, ongeacht afkomst, cultuur, taal, klasse of religie. Waar men ook vandaan kwam, welke cultuur men aanhing, welke taal men sprak, tot welke klasse men behoorde of in welke god men geloofde: we waren allemaal 'mensen' en dus allemaal 'gelijk'. Vandaag lijkt men op zijn stappen terug te keren. Niet alleen het ideaal is verder af dan ooit, ook het streven naar dat ideaal lijkt opgegeven, en een nieuw 'ideaal' is opgestaan.
Het 'eigen volk eerst' moet je ontdoen van zijn pseudo-culturele boodschap, want in wezen is het een zuiver economisch gegeven. Dat ligt trouwens geheel in de lijn van de vereconomisering van de maatschappij en de mens: wie economisch niet voordelig is, wordt als ballast beschouwd. Diezelfde vereconomisering leidt ertoe dat we bejaarden als een 'probleem' voorstellen, dat we Wallonië liever kwijt dan rijk zijn, dat we werklozen scheef bekijken, maar ook dat in het door de tsunami getroffen Thailand eerst de toeristen en dan pas de Thai worden geholpen (beslist geen politiek van 'eigen volk eerst' op culturele gronden). Op de wisselmarkt van mensen is één toerist nu eenmaal dertig Thai waard. De mens wordt in zijn handelen nog louter door economische motieven gedreven, is zelf een product geworden, stelt zich daar geen vragen meer bij en gaat dan ook kritiekloos mee in die 'logica'. Dit is de eerste barst in de oude ethiek.
'Eigen volk eerst' betekent in deze context dus: de 'eigen' welvaart afschermen. In eerste instantie voor dé Walen en voor dé allochtonen. Indien Wallonië een rijke regio was geweest, en allochtonen voornamelijk geld in het laatje brachten, stond de teller van het Vlaams Belang wellicht op quasi nul.
Inmiddels staat de teller op 1 miljoen en wentelt de partij zich al aardig in haar machtspositie. Zoals de huidige machthebbers hen het label van 'racisten' opkleven, zo kleeft het Vlaams Blok lustig 'labeltjes' op linksen, vreemdelingen, moslims, werklozen, vakbonden, 'politiek correcten', homoseksuelen, feministen, e.d.m. Het geeft zeer goed aan welke groepen in een door het Vlaams Blok geleide samenleving de nieuwe normen overtreden (wie de labeltjes draagt) en wie de normen bepaalt (wie de labeltjes uitdeelt). Het Vlaams Blok zal eenmaal aan de macht de 'normen' wat scherper stellen, en wel zo dat de tegenstanders niet aan de 'normen' voldoen en uiteindelijk zelfs strafbaar worden indien ze tegen de gevestigde normen ingaan. Momenteel ondervindt het Blok zelf hoe dat mechanisme in zijn werk gaat: de machthebbers vaardigen een norm uit (verbod op racisme); wie het niet eens is met die norm, krijgt het label van 'crimineel' opgekleefd. Je bent dus maar zo crimineel als de norm bepaalt.
En via de normen belanden we weer bij de ethiek. Is een ethisch geladen norm zoals het verbod op racisme 'beter' of 'slechter' dan de ethiek van het 'eigen volk eerst'? Dat is op zich al een ethische vraag. Uiteindelijk is het aan ieder individu om dat voor zichzelf uit te maken. Er is niet één 'ware' en altijdgeldende ethiek op basis waarvan de mens zou moeten handelen. In onze samenleving is er duidelijk een ethische omslag gaande: de morele houvast van de christen-democratische en egalitaire moraal is afgebrokkeld, en andere 'ethieken' vechten om de dominantie. De gevolgen daarvan zijn cultureel zeer ingrijpend. Een andere ethiek voert andere normen aan. Wat vandaag niet kan, kan morgen wel; wat vandaag wel kan, kan morgen niet meer.
Moeten we dan vervallen in een ethisch relativisme? Zijn alle 'ethieken' gelijk en inwisselbaar? In elk geval zijn de meeste mensen het er wél over eens dat we de ethiek van pakweg Adolf Hitler verwerpelijk vinden (en wie dat niet vindt, kleven we een labeltje op: 'nazi'). Maar hoe zijn we ertoe gekomen Hitlers idealen verwerpelijk te vinden? De man sprak in zijn gloriedagen immers grote massa's mensen aan; talloze mensen hebben hem gesteund en geholpen... Wel, we zijn de ethiek van Hitler gaan verwerpen via 'trial and error'. We waren nieuwsgierig naar hoe het zou zijn, we geloofden in de idealen die hij ons voorspiegelde en we hapten toe (trial). Een wereldoorlog en zes miljoen doden later (error) keerden we terug naar het pad van de oude ethiek en werkten we verder aan vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid.
Ook vandaag is het geloof in de oude ethiek aan het afbrokkelen en zijn we nieuwsgierig naar de ethiek van het 'eigen volk eerst'. Maar welke 'errors' gepaard gaan met deze 'trial' is moeilijk te voorspellen, en wie de verantwoordelijkheid zal dragen voor de errors, is onduidelijk. Veel zal afhangen van de duur en de autoriteit waarmee de nieuwe orde haar normen zal opleggen. Wilde verklaringen over zero-tolerance klinken weinig belovend op dat vlak. En dat voor een orde die nooit zou gestaan hebben waar ze nu stond indien de huidige machthebbers hun normen aan h�*�*r zouden opleggen volgens het principe van de 'zero-tolerance'!
We kunnen besluiten dat de strijd tussen ethieken zelf niet gebonden is aan een ethiek. We zijn allemaal partij én rechter in een goed gecamoufleerde anarchie. In zo'n samenleving is vertrouwen gevaarlijk en wantrouwen onhoudbaar. Vertrouw dus niet wat ik schrijf en wantrouw niet wat u leest.
|