Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door Het Oosten
Inderdaad, en mijn bewijs is zelfs zeer duidelijk. Een beter bewijs bestaat haast niet. Slechts heel weinig vrouwen waren het Latijn meester in de tijd van Hadewych. Ofte: 'the very happy very few'.
|
U draagt geen enkel bewijs aan. Bij uw laatste stelling gaat het immers niet over de vraag in welke mate geletterde vrouwen in staat waren Latijn te leren, maar wel dat u beweert dat het not done was dat een vrouw Latijn leerde. Rare veronderstelling als je bijvoorbeeld weet dat in de tijd dat Bonifatius in de Nederlanden rondtrok hij soms beroep deed op dubbel- en vrouwenkloosters om hem boeken op te sturen. Dit betekent dat er scriptoria bestonden in die vrouwenkloosters en dat het ook niet als negatief werd ervaren dat die nonnen Latijn leerden en zich ook toelegden op de verbreiding van de manuscripten. Nu ik trouwens dubbelkloosters vermeld: in die tijd was het niet ongebruikelijk dat het de abdis was die hoofd was van de totaliteit van een dergelijke klooster.