Los bericht bekijken
Oud 24 september 2007, 23:35   #1
Gun
Perm. Vertegenwoordiger VN
 
Gun's schermafbeelding
 
Geregistreerd: 24 januari 2005
Locatie: de BH van V
Berichten: 19.793
Standaard De historische figuur Jezus Christus

Jezus

In de ‘forummer van de week’-draad is een interessante discussie begonnen over het (al dan niet) bestaan van de historische figuur Jezus Christus.
Een hypothese van de gevonden data:
Op wiki vindt men een historisch-kritische benadering waarin in de intro wordt vermeld dat
Citaat:
Hoewel weinig over hem met zekerheid is geweten, is er onder deskundigen nog maar nauwelijks discussie of de persoon Jezus echt heeft bestaan
Maar wanneer men die analyse effectief gaat onderzoeken en toepassen blijkt er veel meer aan de hand.
Citaat:
De historisch-kritische benadering probeert op een wetenschappelijke en rationele wijze te achterhalen wat zijn bestaan plausibel maakt, wat deze persoon kan hebben gezegd en gedaan. Daarbij tracht zij historische feiten te identificeren, te beargumenteren en te scheiden van fictie of legende.
Tegenwoordig is het historisch onderzoek naar Jezus niet meer zo sterk gericht op het bewijzen van zijn bestaan, maar op de historische omstandigheden waaronder zijn boodschap wortel kon schieten en op de historische kern van die boodschap.
Uiteindelijk vormt het NT in de bijbel een samenraapsel van amper 4 evangelieën waar er tientallen (wiki zegt 68) van bestonden.
De eerste analyses stelden het volgende:
Citaat:
David Hume (1711-1776) kwam tot de slotsom dat alles wat buiten natuurwetenschappelijk te verklaren gebeurtenissen over Jezusniet waar kan zijn gezegd wordt, . Net als Hume vond ook Reimarus dat de goddelijkheid van Jezus een ideologische projectie van de kerk was.
Een belangrijke en invloedrijke poging om door middel van historisch-kritisch onderzoek historische gegevens uit de evangeliën te halen is gedaan in de 19e eeuw door David Friedrich Strauss (1808-1874). Hij verwierp alle bovennatuurlijke en messiaanse elementen uit de evangeliën, echter verklaarde hij de goddelijkheid van Jezus als gevolg van een historisch mythologiseringsproces en niet als bewuste manipulatie. Jezus is bij Strauss een persoon, die een boven het christendom uitstijgende oer-religie vertegenwoordigt.
Meer recent zijn volgende analyses gemaakt
Citaat:
Albert Schweitzer erkende dat de evangeliën niet konden dienen als historisch betrouwbare bron over het leven van Jezus, maar stelde dat dit geen afbreuk hoefde te doen aan de leer van Jezus, die wel betrouwbaar zou zijn overgeleverd. Schweitzer liet bovendien zien dat in het tot dan verschenen historisch-kritische werk de visie van de auteur en de tijdgeest de uitkomsten van het onderzoek leken te bepalen.
Toch wel straffe analyses wanneer me weet dat
Citaat:
Voor de kennis van Jezus zijn we voor meer dan 90% aangewezen op de vier canonieke evangeliën (Matteüs Marcus Lucas Johannes). Verder zijn er nog enkele andere gegevens in de andere geschriften van het Nieuwe Testament: vooral in de Handelingen der Apostelen, maar ook nog in de brieven. De gegevens zijn echter minimaal en betreffen hoofdzakelijk de interpretatie van de dood van Jezus en de zogeheten ‘paaservaringen’, die in het Nieuwe Testament zelf als verschijningen geduid worden.
Over de authenticiteit van de evangeliën bestaan veel meningsverschillen. De zgn. decadentiethese beweert dat de evangelieteksten ontstonden als een opeenvolging van tekstbewerkingen, die teruggaan op een geconstrueerde bron Q. Daartegenover staat de opvatting van een onafhankelijke en dynamische ontstaansgeschiedenis van de evangelieteksten.
Nog meer over het ontstaan van de evangelieën
Citaat:
De moderne exegese hangt vooral de uit de decadentiethese ontsponnen tweebronnentheorie aan. Die theorie zegt dat Mattheüs en Lucas later zijn ontstaan en beiden onafhankelijk van elkaar gebaseerd op het evangelie van Marcus.
Citaat:
Het evangelie van Johannes zou volgens deze theorie veeleer een theologische constructie zijn en is volgens de meeste onderzoekers niet door Johannes geschreven. Het dateert volgens hen van latere datum (ca. 90-110). De genealogieën van Jezus in Matheus en Lucas komen niet overeen, en wijzen beiden naar de band van Jezus naar David. De vier evangeliën zijn het ook niet eens over de geboorte en de dood van Jezus.
Citaat:
Ook worden hierin de twaalven genoemd, de discipelen van Jezus, waarover nauwelijks historisch-biografische gegevens te vinden zijn.

Wat vinden we bij de buiten-bijbelse bronnen?
Citaat:
Buiten het Nieuwe Testament zijn de gegevens uiterst schaars. Een onafhankelijk bericht over Jezus vinden we misschien bij de belangrijkste joodse historicus van die tijd, Flavius Josephus, maar zijn geschriften werden later mogelijk door christelijke kopiisten bijgewerkt. De korte vermeldingen van Tacitus, Suetonius, Plinius de Jongere en Lucianus van Samosata kunnen onafhankelijk zijn, maar brengen ons eigenlijk niets wezenlijks bij. Noch bij Philo van Alexandrië, noch in de zogenaamde Tussentestamentaire literatuur (joodse niet-bijbelse apocalyptische geschriften), noch in de rollen van de Dode Zee vindt men enig spoor van Jezus.
Citaat:
De zogeheten apocriefe evangeliën - we kennen er 68 - worden, evenals de evangelieën uit de Bijbel, niet als (betrouwbare) historische informatie beschouwd.
Na deze bevindingen blijven we echter met een analyse worstelen die het één en ander tegenspreekt
Citaat:
Hoewel onder onderzoekers algemeen erkend wordt dat er geen fysiek bewijs is dat Jezus heeft bestaan, gaan vrijwel alle historici er van uit dat Jezus wel degelijk een historische figuur is.

Een aantal leukerds
Citaat:
De vermelding van Jezus door de Joodse geschiedschrijver Flavius Josephus, wordt aangevoerd als bewijs van Jezus' werkelijke bestaan. Het gaat om welgeteld 6 woorden: "...de broer van Jezus die Christus wordt genoemd, genaamd Jacob...." Deze historicus heeft het over een broer van Jezus, die Jacob heet, en in het jaar 62 met enkele anderen tot de dood door steniging was veroordeeld. Er zijn goede argumenten om deze woorden als betrouwbaar te beschouwen, omdat christelijke kopiisten nooit de uitdrukking "... Jezus die Christus genoemd wordt..." zouden hebben gebruikt.
Citaat:
De Romeinse geschiedschrijver Tacitus spreekt in zijn Historiae over de christenen met betrekking tot de brand van Rome onder het bewind van Nero: "Hun naam komt van Christus, die tijdens het bewind van Tiberius terechtgesteld werd door de procurator Pontius Pilatus". Tacitus maakt geen melding van de naam "Jezus", en geeft Pilatus de verkeerde titel "Procurator" in plaats van "Praefectus".
Citaat:
Ook Suetonius, Plinius de Jongere en Lucianus doen in hun geschriften melding van de vroege christenen, maar spreken niet over Jezus.
Citaat:
De evangeliën zijn dus geen betrouwbare historische bron (er zijn verder geen directe historische bronnen of ooggetuigen uit het leven van Jezus). Door de verhalen van de evangelisten te combineren met kennis over het leven in Palestina in Jezus' tijd, zijn diverse onderzoekers tot hun eigen beeld van Jezus gekomen. Afhankelijk van de keuzes die hierbij zijn gemaakt wordt Jezus neergezet als vrome jood, als anti-Romeinse rebel, als radicale godsdienstvernieuwer, als Esseen, als hippie enzovoort.
De taal?
Citaat:
Niet iedereen is het er over eens, wat Jezus' moedertaal was. In het Nieuwe Testament worden meerdere instanties genoemd waarin hij Hebreeuws sprak, maar geen enkele waarin hij Aramees sprak.

En tot slot deze analyse
Citaat:
Professor Peter Schmidt van de faculteit Godgeleerdheid van de Katholieke Universiteit Leuven stelt in een overzichtsartikel dat er na twee eeuwen kritisch-historisch onderzoek de volgende conclusies kunnen worden getrokken:
  • alle evangeliën werden in het Grieks geschreven, tussen ca. 70 en ca. 100;
  • geen van de vier canonische evangelisten was een ooggetuige van de feiten;
  • de evangeliën bevatten een zekere hoeveelheid aan biografisch en historisch materiaal, maar kunnen niet beschouwd worden als verslaggeving, biografie of memoires;
  • evangeliën zijn boeken van geloofsverkondiging. Zij vormen een literair genre sui generis, een complexe mengeling van overgeleverde herinneringen, symbolisch-religieuze interpretatie en literair-theologische constructie.
Het eerste deel van deze film in bijlage is een mooie aanvulling op deze tekst
__________________
KEEP CASH ALIVE!!!!

Laatst gewijzigd door Gun : 24 september 2007 om 23:52.
Gun is offline   Met citaat antwoorden