62 - de Urdarbron
aan het einde
van de lange tocht
zijn daar de drie Nornen
de schone kleindochters
van Wodan
bij de Urdarbron
waaruit één van de drie wortels
van de stamboom der goden
zijn water slurpt
en hoewel diep
onder de grond
toch het daglicht
overvloediglijk doordringt
en wel van boven
door een brede rotsspleet
die een uitloper is
van Ginnungagap
de scheur van Frigga geheten
zodat de Urdarbron
als het ware
haar clitoris is
en ook die wortel
van heilige betekenis
en terwijl de Hvergelmirbron
in Ginnungagap
veel sterker en groter is
gevoed door het ijs
dat door Surtr de vlammenreus
wordt gesmolten
is die van Urdar
veel kleiner
maar des te schoner
door de rust
van het spiegelende water
en de weelderige
plantengroei
|