Los bericht bekijken
Oud 9 oktober 2019, 18:54   #3
Mambo
Secretaris-Generaal VN
 
Geregistreerd: 27 april 2004
Berichten: 43.539
Standaard

Aangezien allen, voetgangers en bestuurders, hot geheel van de beschikbare ruimte mogen
gebruiken, kan de klassieke verdeling in rijbaan en trottoir niet toegepast worden.
Het behoud of het aanleggen van trottoirs zou voor gevolg hebben dat, zelfs onbewust, bij
de weggebruikers de reflexen die voortkomen uit de scheiding van de verkeerssoorten,
opnieuw worden opgeroepen, wat het tegendeel is van het doel dat men moet bereiken.
3° technische aanleg en speciale inrichtingen, zoals niveauverschillen, drempels, bochten,
versmallingen, bloembakken, struiken, enz., moeten voorzien worden voor het gedeelte van
het woonerf dat geschikt is voor het voertuigenverkeer, ten einde de rechtlijnigheid te
breken en de snelheid van de voertuigen te verlagen.
Behalve wanneer de plaatsgesteldheid het niet toelaat, zeer in het bijzonder omwille van de
smalheid van de weg, mag een weggedeelte in rechte lijn niet langer zijn dan ongeveer 50
meter.
Indien het niet mogelijk is, zich aan deze afstand te houden, wordt de aanleg van
niveauverschillen of ezelsruggen verplicht, en deze mogen niet verder van elkaar
verwijderd zijn dan ongeveer 50 m.
De aanleg en inrichtingen bedoeld in dit punt moeten vanzelfsprekend met de meeste
aandacht verzorgd worden. Ter zake dient hot beste compromis nagestreefd te worden. Het
moet materieel onmogelijk zijn, tegen hoge snelheid te rijden, maar de hindernissen mogen
zich niet zo dicht bij elkaar bevinden of zo geschikt zijn dat ze de taak van de bestuurder
buitensporig bemoeilijken, en hem afleiden van wat op de weg zelf gebeurt
4° de openbare verlichting moet zodanig zijn dat de aanleg en inrichtingen bedoeld in 3° bij
nacht voldoende zichtbaar zijn.
Ongeacht de verlichting kan het opportuun zijn, de goede zichtbaarheid van deze aanleg en
inrichtingen te verhogen door het gebruik van heldere materialen (bijvoorbeeld wit beton) of
eventueel van reflecterende producten (reflectoren, enz.).
5° de aanleg en inrichtingen bedoeld in 3° mogen hot zicht van de bestuurders niet hinderen.
Ze mogen hun niet beletten zich tijdig rekenschap te geven van de aanwezigheid van andere
weggebruikers, onder meer van kinderen.
Daarvoor mogen de inrichtingen die zich in het onmiddellijke gezichtsveld van de
bestuurder bevinden, geen scherm vormen boven een hoogte van ongeveer 75 centimeter.
6° behalve wanneer de plaatsgesteldheid (onder meer de onvoldoende breedte van de weg) hot
niet toelaat, moet het woonerf zo ingericht worden dat de bestuurders niet op minder dan
ongeveer 1 meter van de woningen kunnen rijden.
7° de plaatsen die speciaal ingericht zijn voor kinderspelen, moeten gemakkelijk herkenbaar
zijn en, zo mogelijk, gescheiden zijn van de ruimte waar de voertuigen rijden. Wanneer de
plaatsgesteldheid het toelaat, moeten deze plaatsen ontoegankelijk gemaakt worden voor de
voertuigen.
3
__________________
Misschien heb ik me wel vergist.
Of niet ?
Mambo is offline   Met citaat antwoorden