[Piero]

Oorspronkelijk geplaatst door harriechristus

Niet als nut, maar als de zin daarvan: de waarheid te kennen wat het allerhoogste is omwille van zichzelf.
Wat nuttig is, dat is voor iets anders bedoeld, niet omwille van zichzelf.
De filosofie behoort tot de hoogste geestelijke gelukzaligheid (Aristoteles).
Maar dat is niet voor het gewone volk weggelegd.
Voor deze is de religie, dat is de filosofie in de vorm van een beeldend verhaal.

Heb je dit ervaren en verkeer je sindsdien in de hoogste gelukzaligheid?

Gelukzaligheid is geen meetbare sensatie. Is er naast geestelijke gelukzaligheid nog een andere vorm? Is Gelukzaligheid getrapt van laag naar hoog verkrijgbaar?

Hoe kom je op het idee dat religie in de vorm van een beeldend verhaal een vorm van filosofie is? En wat doe je daar dan mee? Heb je dat ervaren en hoe werkt dat bij jouw missie aan de mensheid?

En Mozes en David en Salomo waren geen filosofen.
David en Salomo waren koningen.
En de wetten van Mozes worden niet beredeneerd, maar gewoon weg beweerd.

Een filosoof is een wijsgeer. Salomo ontvangt zijn wijsheid van God ... (alweer in de nacht ... in dromenland).

2 Kronieken 1-9. 9, 7 Die nacht kwam de Here bij Salomo en zei: ‘Vraag Mij wat u maar wilt en Ik zal het u geven.’ 8 Salomo antwoordde: ‘O God, U bent goed geweest voor mijn vader David en U hebt mij nu het koningschap gegeven. (9) 10 Geef mij daarom wijsheid en inzicht, zodat ik dit volk goed kan regeren. Wie zou immers helemaal op eigen kracht een volk kunnen besturen dat zo groot is als dit volk van U?’ 11 God antwoordde: ‘Omdat u het liefst uw onderdanen wilt helpen en Mij niet hebt gevraagd om persoonlijke rijkdom en eer of om de dood van uw vijanden of een lang leven, maar om wijsheid en inzicht om mijn volk goed te leiden, 12 daarom geef Ik u de wijsheid en het inzicht waar u om vroeg. En Ik geef u bovendien zoveel rijkdom, schatten en eer als geen andere koning voor u heeft gekend. (Nooit meer zal er op aarde zo?n grote koning regeren. (?!)’
" .... 22 Koning Salomo was wijzer en rijker dan alle andere koningen op aarde. 23 Van overal kwamen koningen naar Salomo toe om de wijsheid te horen die God hem had gegeven. 24 Jaar in jaar uit bracht iedereen die kwam geschenken mee: zilveren en gouden voorwerpen, kleren, wapens, specerijen, paarden en ezels."