Discussie: Bijna vergeten ...
Los bericht bekijken
Oud 15 april 2008, 00:08   #2
Sjaax
Europees Commissaris
 
Sjaax's schermafbeelding
 
Geregistreerd: 14 november 2006
Locatie: tussen het stemvee
Berichten: 7.237
Standaard

Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door MIS Bekijk bericht
Citaat:
De negatieve waardering van arbeid als offer gaat terug tot de oude Grieks-Romeinse traditie. Het zou eeuwen duren voor de gedachte opkwam dat arbeid ook een 'roeping' kan zijn (Luther) of zelfs een vorm van 'zelfverwerkelijking' (Marx).

Voor de oude Grieken stond vrije tijd als model voor het meest gewenste en enig 'schone leven'. Arbeid werd gezien als een pijnlijke, vernederende noodzakelijkheid. Het toeëigenen en vervaardigen van middelen waarmee basisbehoeften bevredigd konden worden, werden beschouwd als minderwaardige activiteiten die men moest overlaten aan de allerlaagste groepen in de samenleving, en vooral aan de slaven. Aristoteles' theorie van de 'natuurlijke slavernij' in het eerste boek van de Politeia is hiervan een extreem voorbeeld. Alles wat behoorde bij het regeren en bij de kenmerken van de in het 'schone' (dat wil zeggen deugdzame en gelukkige) leven verenigde burgers stond volgens Aristoteles ver boven de arbeid van het voortbrengen (welke moest worden toebedeeld aan 'van nature' inferieure mensen). De praxis (het ethisch-politieke handelen in de polis) beheerste dus in alle opzichten de poiesis (het werken): de wijsheid van handelen was heerschappijkennis, die slechts was voorbehouden aan de heren des huizes en de politici. Degenen die zijn stelling niet onderschreven, keerden deze eenvoudig om: mensen die zich bezighielden voorziening van levensmiddelen of gedwongen werden als slaven te werken, zouden door het werk dat zij verrichten inferieur worden. Vooral ook in de filosofie van Plato wordt de menstelijke bestemming geheel gezocht in het ideële streven naar het ware, het goede en het schone. De Grieken stelden schole tegenover de arbeid: zij beschouwden arbeid als dienst aan de menselijke noden en schole als vrijheid ten opzichte van deze dienst. De vrije mensen wijdden zich aan het spel van lichaam en geest, dat wil zeggen aan sport en wetenschap. De levenswijze van de lichamelijk werkenden werd als onverenigbaar beschouwd met de burgerlijke deugd. Alleen wie de deugd bezat, was in staat om burger te zijn. Arbeid en burgerdeugd, arbeid en vorming werden scherp tegenover elkaar gesteld. Uiteraard weerspiegelen deze opvattingen alleen de denk- en waarderingswijze van een geprivilegieerde bovenlaag.
Interessant, waar heb je dat vandaan (bron)?
Sjaax is offline   Met citaat antwoorden