Registreren kan je hier. Problemen met registreren of reageren op de berichten? Een verloren wachtwoord? Gelieve een mail te zenden naar [email protected] met vermelding van je gebruikersnaam. |
|
Registreer | FAQ | Forumreglement | Ledenlijst |
Staatsinrichting Vlaanderen versus Wallonië? Een unitaire, federale, confederale staat of meteen Vlaanderen onafhankelijk. Dit is het forum bij uitstek voor discussies over de Belgische staatsinrichting. |
|
Discussietools |
18 december 2002, 01:16 | #1 |
Berichten: n/a
|
[size=6]Hoofdstuk VIII : Algemene bepalingen[/size]
(de eigenlijke artikels staan in het vet. De schuingedrukte tekst is uitleg) 43. Iedereen heeft recht op een goed bestuur van de Vlaamse overheid. De Vlaamse overheid past hiervoor haar regelgeving correct toe, verduidelijkt en motiveert op een afdoende manier haar beslissingen en haar optreden, maakt de burger duidelijk wat zijn rechten en plichten zijn en geeft blijk van redelijkheid en evenredigheid. Toelichting Met deze bepaling wordt het recht gewaarborgd van een goed overheidsbestuur. Hiermee vult de Vlaamse overheid haar reeds vermelde beleidsintentie aan om op een kwaliteitsvolle en klantvriendelijke manier te besturen. De definitie van wat verstaan moet worden onder een goed bestuur van de overheid werd ontleend aan de zogenaamde ombudsnormen die de Vlaamse ombudsdienst naar voor heeft geschoven m.b.t. het voeren van een behoorlijk bestuur. Deze behoorlijkheidsnormen hebben vooreerst betrekking op de overeenstemming met het recht. Dit betekent dat de overheid de correcte toepassing van haar regelgeving garandeert in de brede betekenis van het woord, hetgeen beschouwd kan worden als een basisnorm van de sociale rechtsstaat. Daarnaast motiveert een behoorlijk bestuur haar handelingen. De Vlaamse overheid moet inderdaad op een afdoende manier haar beslissingen en haar optreden verduidelijken en motiveren en de redenen aangeven waarop ze zich baseert. Rechtszekerheid en gerechtvaardigd vertrouwen is een ander kenmerk van een goed overheidsbestuur. Hiermee wordt bedoeld dat een overheid duidelijkheid en zekerheid waarborgt over de geldende rechtsnormen. De burger moet eenduidig kunnen weten wat zijn rechten en plichten zijn en wat hij in feite kan verwachten van de overheid. Tenslotte geeft een behoorlijk bestuur blijk van redelijkheid en evenredigheid. In de afweging van keuzemogelijkheden geeft de overheid voldoende gewicht aan de belangen van de betrokken burgers. De overheid beperkt de nadelen van een beslissing voor de burger zo veel mogelijk. Een gekozen sanctie moet in verhouding staan tot de begane misstap van de burger. Aangezien het niet-discriminatiebeginsel en de creatie van gelijke kansen voor iedereen de rode draad van dit handvest uitmaakt en reeds meermaals ter sprake is gekomen in voorgaande bepalingen lijkt het niet noodzakelijk om het principe inzake gelijkheid en onpartijdigheid hier nog te moeten herhalen. 44. Iedereen heeft het recht op informatie. De Vlaamse overheid eerbiedigt de vrijheid van alle media. Elke vorm van censuur vanwege de overheid is verboden. De redactionele onafhankelijkheid van de nieuwsredacties wordt gewaarborgd. Toelichting De grondslag van de bevoegdheid is artikel 4, 5 e en 6 e van de Bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. Het recht informatie te ontvangen wordt gewaarborgd door het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en van de Fundamentele Vrijheden en door het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten. De redactionele onafhankelijkheid is een onontbeerlijke structurele waarborg voor de onpartijdigheid van de aangeboden informatie. 45. De internationale samenwerking is een bekommernis van de Vlaamse overheid. De Vlaamse overheid oefent zijn bevoegdheden inzake ontwikkelingssamenwerking uit met het oog op duurzame en vreedzame ontwikkeling in landen van de derde wereld. De Vlaamse overheid stelt hiervoor een betekenisvolle financiering ter beschikking. De samenwerking is gericht op de zelfredzaamheid van hun bevolking en de duurzame waarborging van een menswaardig bestaan in overeenstemming met de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Toelichting De actuele bevoegdheid van Vlaanderen inzake het recht om verdragen te sluiten en inzake andere vormen van internationale samenwerking in gemeenschapsaangelegenheden is in de grondwet verankerd, met name in de artikelen 127, 128 en 167, § 3. Inzake gewestelijke aangelegenheden is deze bevoegdheid evenzeer verankerd in deze laatste bepaling, in de mate dat de internationale samenwerking resulteert in een verdrag. De uitvoering van deze grondwettelijke bepalingen inzake het sluiten van verdragen vindt men terug in artikel 81 van de Bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. Voor het overige zijn deze bepalingen beleidsintenties die het belang van een modern beleid inzake ontwikkelingssamenwerking beklemtonen. De Vlaamse overheid moet hiervoor ook in een betekenisvolle financiering voorzien. Dit impliceert dat de overheid een concreet tijdspad moet uitwerken om op korte termijn ten minste 0,7 % van het bruto regionaal product te besteden aan ontwikkelingsinitiatieven. Dit is immers het streefcijfer van de ontwikkelingsorganisatie van de Verenigde Naties (UNDP), dat ieder welvarend land bij het opstellen van de begroting aan internationale solidariteit minimaal zou moeten toewijzen. 46. De bevordering van wetenschappelijk onderzoek tot op het niveau van het Europees gemiddelde is een doelstelling van de overheid. Toelichting De grondslag van deze bevoegdheid van de gemeenschappen en de gewesten is artikel 6bis van de Bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. Het is de bevestiging van een Vlaams beleid tot bevordering van het wetenschappelijk onderzoek om via een gezamenlijke inspanning van de private en de publieke sector het wetenschappelijk onderzoek geleidelijk op te tillen tot zowat 3% van het bruto binnenlands product, zoals werd afgesproken door de Europese staatshoofden en regeringsleiders. 47. Bij de afdoening van geschillen of de behandeling van klachten heeft iedereen recht op een eerlijke behandeling van zijn zaak, binnen een redelijke termijn, door een onpartijdige instantie, waarvan de beslissingen worden gemotiveerd. Toelichting De grondslag voor deze bevoegdheid is de algemene bevoegdheid van de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaams Gewest administratieve beroepen in het leven te roepen. 48. Bij het bepalen van administratieve boetes en straffen wordt het beginsel van evenredigheid geëerbiedigd tussen de overtreding en de sanctie en wordt rekening gehouden met de draagkracht van de overtreder. Toelichting De grondslag voor deze bevoegdheid is enerzijds artikel 11 van de Bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en wat betreft de administratieve niet strafrechtelijke boetes, de rechtspraak van het Arbitragehof die deze bevoegdheid uitdrukkelijk heeft erkend bij overtreding van een fiscale verplichting. De beginselen van strafbeleid die in deze bepaling zijn opgenomen moeten worden aanzien als beleidsbeginselen. 49. De gevallen waarin een huiszoeking kan plaats hebben moeten beantwoorden aan een dwingende maatschappelijke noodzakelijkheid. Toelichting De grondslag voor deze bevoegdheid is eveneens artikel 11 van de Bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. Huiszoekingen moeten beantwoorden aan een dwingende maatschappelijke noodzakelijkheid, op grond van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en van de Fundamentele Vrijheden, dat geen inmenging in het recht op eerbiediging van de woning gedoogt, die niet nodig zou zijn in een democratische samenleving. 50. Van de bevoegdheid tot onteigening en van het recht van voorkoop wordt slechts gebruik gemaakt, indien het algemeen nut niet op een andere wijze kan worden gerealiseerd. Toelichting De grondslag voor deze bevoegdheid zijn de artikelen 14 en 79 van de Bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. Onverminderd het verbod van afwending van macht, is deze bepaling een beleidsbeginsel. 51. De toegang tot een openbaar ambt van de Vlaamse overheid of van het Vlaamse Gewest wordt zonder discriminatie verzekerd. Inzonderheid is elk onderscheid op grond van levensbeschouwelijke of politieke overtuiging verboden. De loopbaan in het openbaar ambt mag slechts worden bepaald door relevante, objectieve en controleerbare gegevens. Vlaamse ambtenaren hebben recht op politiek verlof. De vrijheid van meningsuiting, van vergadering en vereniging zijn hen gewaarborgd. Deze vrijheden mogen slechts worden beperkt met het oog op het vrijwaren van substantiële belangen van de openbare dienst in een democratische samenleving. Toelichting De grondslag voor deze bevoegdheid is artikel 87 van de Bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. Volgens het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten heeft elke burger het recht op algemene voet van gelijkheid te worden toegelaten tot de overheidsdiensten van zijn land. Het EG-verdrag verbiedt bij de aanwerving van personen in openbare dienst elke ongelijke behandeling van burgers van de Europese unie die de Belgische nationaliteit niet bezitten, telkens het ambt of de betrekking niet de uitoefening van openbaar gezag met zich brengt. Het recht op politiek verlof van Vlaamse ambtenaren bevestigt de bestaande decretale regeling. Het laatste lid van deze bepaling vat de rechtspraak samen van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en van de Raad van State. 52. Het recht van de burger om een klacht in te dienen over de handelingen en de werking van de Vlaamse overheid wordt gewaarborgd. Het recht om kosteloos een beroep te doen op één onafhankelijke ombudsdienst wordt daartoe gewaarborgd. Het decreet bepaalt de nadere regels betreffende de onafhankelijkheid van de Vlaamse ombudsman en betreffende de werking van deze dienst, in het bijzonder op het gebied van de bevoegdheden inzake onderzoek, bemiddeling en aanbeveling en de werkwijze van de ombudsdienst. Toelichting De actuele grondslag van deze bevoegdheid is het recht van petitie, zoals gewaarborgd door artikel 28 van de federale Grondwet. Anderzijds kan verwezen worden naar het decreet van 7 juli 1998 houdende instelling van de Vlaamse ombudsdienst. De instelling behoort intussen tot een traditie op mondiaal niveau. Ook op het vlak van de Europese Unie is in artikel 43 EU-charter de mogelijkheid om een beroep te doen op de ombudsman van de Unie gewaarborgd als een grondrecht, naast het recht om een verzoekschrift in te dienen bij het Europees Parlement. Ombudsdiensten dragen bij tot een bevordering van de dialoog tussen burger en bestuur en zijn aanvullend ten aanzien van de bestaande vormen van rechtsbescherming. Er bestaat een consensus over de basisbeginselen van de ombudsfunctie en de werking van de ombudsdiensten, met name: •ze staan kosteloos ten dienste van het publiek en treden op als er sprake is van onbehoorlijk bestuur of wanneer een klacht niet ernstig is behandeld; •ze werken onafhankelijk en krijgen daartoe de nodige middelen; •ze zijn bevoegd om een onderzoek in te stellen, om te bemiddelen en aanbevelingen te formuleren; •ze houden zich aan het beroepsgeheim en treden volledig onpartijdig op; •ze stellen een jaarverslag op met hun vaststellingen en aanbevelingen; het jaarverslag wordt publiek gemaakt en is toegankelijk voor iedereen. Het decreet regelt deze aspecten van de werking nader. Enkele ervan vergen enige toelichting. Ombudsdienst De ombudsdienst is een volledig onafhankelijk orgaan, dat direct toegankelijk is voor alle burgers. Deze onafhankelijkheid wordt onder meer gewaarborgd door de benoeming van de ombudsman door het parlement en door de verschillende bevoegdheden en werkingsinstrumenten waarover de ombudsman beschikt. De centrale opdracht bestaat erin klachten te onderzoeken over de handelingen en de werking van de Vlaamse overheid in de brede zin, dit wil zeggen zowel de eigen departementen als de instellingen die opdrachten uitvoeren in opdracht van de Vlaamse overheid. Uit deze klachten volgen al naar gelang het probleem concrete oplossingen en aanbevelingen, gericht aan de administratieve overheden en de wetgevende macht. 53. Binnen de grenzen van de Grondwet en de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen bevordert het decreet de rechtstreekse raadpleging van de bevolking. Aan de raadpleging van de bevolking wordt een opkomstplicht verbonden. Het geldige resultaat van de raadpleging heeft een bindend karakter voor de Vlaamse overheid. Toelichting Deze bepaling is een beleidsbeginsel. De grondslag van de bevoegdheid volksraadplegingen te organiseren op het niveau van het Nederlandse taalgebeid zal verschillend zijn naargelang het onderwerp van de bevraging. 54. Ter bevordering van de kwaliteit van de democratische samenleving heeft iedereen het recht om maatschappelijke ideeën in te dienen bij het Vlaams Parlement op de wijze door het decreet bepaald. Deze ideeën zijn in overeenstemming met de universele waarde van de rechten van de mens. Toelichting Deze bepaling is een moderne vertaling van het door artikel 28 van de federale Grondwet erkende petitierecht. Het wil de burger toelaten om op een positieve wijze bij te dragen tot de kwaliteit van de democratische samenleving door hem of haar het recht te geven om voorstellen en maatschappelijke ideeën in te dienen bij het Vlaams Parlement. Het parlement zal hiervoor een papieren en een elektronische ideeënbus oprichten en een soepele procedure uitwerken waardoor gevolg kan worden gegeven aan deze particuliere initiatieven. 55. Vlaanderen heeft als wapen in goud een leeuw van sabel, geklauwd en getongd van keel. De vlag van Vlaanderen is geel met een zwarte leeuw, rood geklauwd en getongd. Het volkslied van Vlaanderen bestaat in de eerste twee strofen van de “De Vlaamse Leeuw”. De Vlaamse feestdag is 11 juli. Toelichting In bovenstaande bepaling wordt uiting gegeven aan de traditionele symbolen van de Vlaamse overheid. Met betrekking tot de Vlaamse feestdag wil de Vlaamse overheid beklemtonen dat zij ijvert voor de nationale erkenning van haar feestdag. 56. Elke scholier ontvangt voor het einde van de leerplicht een exemplaar van de tekst van het Handvest van Vlaanderen en van de federale Grondwet. Toelichting Op grond van deze bepaling ontvangt iedere jongere voor het einde van de leerplicht een exemplaar van het Handvest van Vlaanderen en van de federale Grondwet. Hierdoor last de Vlaamse overheid in haar onderwijs een moment in om jongeren bewust te maken van hun plaats in het democratisch bestel. Deze bewustwording mag niet gezien worden als een inleiding tot het staatsrecht maar dient de thematiek van burgerzin en individuele verantwoordelijkheid aan te brengen. |