tandem |
28 september 2014 16:18 |
De toekomst van het kapitalisme in de 21ste eeuw
Stellingen ten behoeve van de discussie
1. Wanneer het kapitalisme omschreven wordt als een stelsel waarbij de beschikkingsmacht over productiefactor kapitaal die over andere productiefactoren (zoals arbeid en natuurlijke hulpbronnen) domineert, dan is dit stelsel eeuwen oud. Maar in de huidige fase van de wereldgeschiedenis is dit stelsel kapitalistischer dan ooit tevoren. Dat is vooral toe te schrijven aan steeds verder voortschrijdende: - globalisering van de economie;
- transnationalisatie van ondernemingen;
- economische machtsconcentraties in mega ondernemingen;
- machtsconcentratie bij banken en financiële ondernemingen;
- vernieuwing van informatie- en communicatietechnologieën in onderlinge samenhang.
2. Een en ander leidt tot steeds verder voortschrijdende
- aanslagen op het natuurlijk milieu (inclusief klimaatverslechtering, biodiversiteitsverlies, afnemende bodemvruchtbarheid, toenemende schaarste aan grondstoffen, fossiele energie en water);
- marginalisering, flexibilisering en informalisering van arbeid, voor zover die zelf geen beschikkingsmacht heeft over vormen van kapitaal, en verslechtering van arbeidsvoorwaarden;
- vergroting van sociaaleconomische ongelijkheid vooral binnen afzonderlijke landen (meer dan tussen landen), waarbij hoogste inkomens- en vermogensklassen steeds rijker worden, de koopkrachtige middenklasse zich zal weten te handhaven, de perspectieven van de lagere middenklasse stagneren en de armste bevolkingsgroepen verder wegzinken, omdat hun inkomen relatief afneemt evenals hun toegang tot basisvoorzieningen (onderwijs, gezondheidszorg, water en sanitatie, huisvesting, e.d.).
3. Sociaal-politieke gevolgen van deze toenemende schaarste en grotere ongelijkheden die zich thans reeds laten zien, en die steeds scherper zullen worden, zijn
- toenemend consumentisme, mede onder invloed van moderne communicatiemiddelen;
- uitsluiting van steeds grotere groepen mensen van toegang tot de markt, naast uitbuiting van arbeid verricht door mensen behorend tot de lagere middenklasse en de onderklasse;
- talrijke complexe conflicten binnen landen (religieus fundamentalisme, nadruk op etnische identiteit, herlevend nationalisme, in combinatie met economische tegenstellingen), met steeds meer grensoverschrijdende gevolgen;
- sterkere geopolitieke polarisatie (onder meer vanwege strijd om toegang tot schaarse hulpbronnen);
- steeds meer nadruk op 'homeland security' als cruciale waarde, steeds minder op duurzaamheid.
....
|