Oorspronkelijk geplaatst door Ambiorix (Bericht 1764978)

een paar fundamentele kritieken op de strikte plan-economie:

* de ideologische basispijler van regionale gelijkheid stelt dat regionale ontwikkelingsverschillen moeten convergeren ipv divergeren, en het ruraal-stedelijk contrast (theoretisch) moet verdwijnen. Hoe is dit te verenigen met de opvatting van een snelle en lineaire economische groei, die productiecentra en accumulatie van arbeidskrachten en productiemiddelen vergt?

* hoe kan het transport naar de productie-eenheden ingewerkt worden in het algemene plan? kán dat wel? hoe lost men de toevalsrisico's op waardoor het transport de middelen niet (op tijd) ter plaatse kan brengen?

* technologische vooruitgang, hoe zit dat daarmee? wanneer opdrijven? en welke sectoren verdienen dan het meeste aandacht? hoe gaat ge tweedracht voorkomen als ge éen sector voortrekt?

Praetorian, ... iemand die kan antwoorden?