Autonomie voor de metal-gemeenschap!
Men voert hier altijd diskussies over het zelfbeschikkingsrecht van de volkeren. Maar waarom zouden die volkeren altijd aan een grondgebied of taal moeten gebonden zijn? Zigeuners zijn een voorbeeld van een niet-grondgebonden volk. En de metalfans vormen ook zo'n internationaal volkje zonder gemeenschappelijke taal, maar wel met een gemeenschappelijk muziekgenre. Een West-Vlaamse metalfan voelt zich meer verbonden met metalfans uit Papoea-Nieuw-Guinea en Mongolië dan met een West-Vlaamse smarlappenfan die naast hem woont. En op Graspop kwamen 100.000 metalfans samen, die zichzelf als één grote, internationale familie beschouwen. Ze zouden eigenlijk best recht hebben op een eigen niet-grondgebonden metal-"staat".
Waarom zouden "sub"kulturen eigenlijk minder recht hebben om zichzelf als een "volk" of "etnie" te beschouwen dan gemeenschappen op basis van gebied, taal, godsdienst? Ze vertonen immers alle kenmerken van een "volk" of "etnie": gebruiken, erekodes, klederdracht, muziek, tatoeages, piercings, taal ("slang" genaamd), enz. Sociologisch gezien kan je ze beschouwen als een soort modern tribes, new tribes of urban tribes ( http://www.gis.net/~cht/tribeessay.html). De wereldreizigers onder hen kun je zelfs modern nomads, new nomads of urban nomads noemen. Met andere woorden: de akademische en traditionele opvattingen over het begrip "volk" zijn allang door de praktijk achterhaald. De wereld is veel mobieler geworden, waardoor grenzen automatisch vervagen. "Coupled with the easy access to world culture via cable TV, video and music, ethnicity is no longer a Big Deal. Who you ARE is the thing, not where your great grandparents came from or went to."
The rise of the new tribes
http://www.gis.net/~cht/tribeessay.html
Citaat:
De Standaard, maandag 25 juni 2007
http://www.standaard.be/Artikel/Deta...7&kanaalid=434
'Graspop, dat is één grote familie'
Graspop is: als één collectief organisme woest met je vuist in de lucht hameren.
Van onze redacteur
Filip Huysegems
'Welwel, van u hier te zien. U had ik hier echt niet verwacht.' Een oude bekende, laat ik haar K. noemen, klampt mij aan op de weide van Graspop, de heavy-metaldriedaagse die afgelopen weekend in Dessel, in de Noorderkempen, plaatsvond. De verbazing is wederzijds. Ik had haar niet direct herkend, met dat blauwe haar.
Het blijkt dat wij allebei trouwe bezoekers zijn van dit jaarlijkse festival. Zij zit er iets dieper in dan ik; de discussies over subgenres - snel metaal, dood metaal, gotisch metaal, enzovoort - laat ik aan mij voorbijgaan. Behalve dat Graspop elk jaar een schitterende cataloog toont van het beste wat metal te bieden heeft, komen we beslist ook voor de sfeer. 'Graspop, da's één grote familie, jong.'
Als u zich moeilijk een idee kunt vormen van een heavy-metalfestival, stel het u dan zo voor: een grasvlakte vol metallo's met overwegend zwarte T-shirts; veel mannen dragen een Schotse rok; broeken met camouflageprint deden het dit jaar ook goed. De haren mogen erg lang zijn, maar kaal kan ook, of heel lang en kaal langs de zijkanten. Vrouwen die van gotisch metaal houden, kunnen opteren voor een 'koningin van onderland'-look, met veel zwart leer en kant. K. is van de gothic-metalschool.
Ook al zingen de groepen op de vier podia over een universum waarin de wereld duizend apocalypsen beleeft, waarin bloedig slag wordt geleverd en waarin stormen razen van woede en wraak, op het veld heerst de gezellige sfeer van een kermis. Dit jaar staan er zelfs botsautootjes. De Metal Market biedt snuisterijen te koop naar ieders smaak. Doodskoppen, draken als presse-papier, posters, laarzen als uit manga-strips, drinkhoorns in vikingenstijl. Aan een soort incheckbalie naast het hoofdpodium kun je op gezette tijden aanschuiven om een handtekening van Uw Favoriete Groepen te bemachtigen.
Community
Het festival ademt een hoog community-gehalte uit. Je komt hier samen met gelijkgezinden in een alternatieve samenlevingsvorm, waar andere ideeën gelden over wat 'normaal' is. Hier kun je lekker loos gaan, als één collectief organisme dezelfde kant op headbangen, of woest met je vuist in de lucht hameren. Je kunt een rok dragen of met bloot bovenlijf in de modder een uiltje knappen. Want je weet: ik ben niet alleen.
Dit jaar waren de hoofdvogels op de affiche zonder uitzondering oudere jongeren. Aerosmith, de grote naam voor vrijdag, werd in de jaren zeventig groot met volumineuze hardrock. Iron Maiden schonk het genre in de jaren tachtig onverwoestbare klassiekers als 'The number of the beast' en 'Run for the hills'. Ozzy Osbourne is tegenwoordig vooral bekend als excentriek tv-verschijnsel, maar op het einde van de jaren zestig introduceerde hij met Black Sabbath het occulte in het metalgenre.
Nochtans is Graspop geen festival dat grossiert in vergane glories. 'Wat vind jij van Chrisje?' vraagt iemand die ik van haar noch pluim ken. We staan toevallig zij aan zij in de voorste linies voor het hoofdpodium, in afwachting van het optreden van de mij onbekende mooie jongen Chris Cornell. Geen nood, mijn kersverse kameraad onderricht mij prompt over het muzikale traject van Cornell - Soundgarden, Audioslave - en over de muziekscene van Seattle waaruit hij is voortgesproten. Stevige muziek, melodieus, jaagt zijn stem soepel de hogere regionen in. 'Nou, en als-ie uit Temple of the dog speelt, dan ga ik janken. Het is een eerbetoon aan een vriend die toen stierf...' De rest van de les verzuipt in de krachtige akkoorden van Chrisjes openingsnummer en het enthousiaste geschrei van de massa.
Op het hoofdpodium passeren de acts die het makkelijkst te verhapstukken zijn. In de kleinere tenten kun je getuige zijn van het extremere werk. De Metal Dome-tent bijvoorbeeld is het reservaat waar je groepen bezig kunt zien die op het randje van de muzikaliteit opereren. Hun nummers zijn melodisch en zelfs ritmisch bijna structuurloos. Bij het optreden van een groep waarvan de naam in de mist van mijn geest is verdwenen, zag ik een op en neer stuiterende basgitarist een snaar kapot rukken; hij verving ze al spelende, en op het einde had ik niet de indruk dat ik iets gemist had.
Tegelijk voert Graspop ook artiesten voor het voetlicht die virtuoze, haarscherpe solo's uit hun pols schudden als waren ze Paganini. Daarvoor was onder meer Joe Satriani uitgenodigd, maar ook de uitgekiende duo-solo's van Iron Maiden mogen er nog altijd zijn.
In metal gaat het erom grenzen op te zoeken. De grenzen van het vocale: hoge, gillende falsetstemmen en diep, reutelend gegrom. De grenzen van de virtuositeit en de grens waar muziek overgaat in stramienloos lawaai. De sonische grenzen van hoge gitaarsolo's en powerakkoorden op lager dan normaal gestemde gitaren. Het festival laat je toe even buiten de grenzen van het alledaagse te stappen. Graspop is een sterk concept.
|
|