N-VA : Faciliteitenonderwijs: derde dovemansgesprek

[Politics.be]

Gisteren boog de commissie Institutionele Zaken van de Senaat zich over het voorstel van interpretatief decreet met betrekking tot het faciliteitenonderwijs, n.a.v. een derde belangenconflict dat ditmaal werd ingeroepen door het ter zake niet bevoegde Waals Parlement. In navolging van N-VA-parlementslid Kris Van Dijck in het Vlaams Parlement, verlaat N-VA-senator Helga Stevens resoluut deze dolgedraaide carrousel.

Nu al bijna anderhalf jaar geleden – op 13 december 2007 – keurde de Commissie Onderwijs van het Vlaams Parlement het voorstel van de decreet in kwestie unaniem goed. Het voorstel bevestigt de grondwettelijke bevoegdheid en verantwoordelijkheid van de Vlaamse Gemeenschap ten aanzien van het Vlaamse Franstalige basisonderwijs in de Vlaamse randgemeenten. De N-VA wil met dit decreet de kwaliteit van dit Vlaamse Franstalige onderwijs waarborgen, zoals dit gebeurt voor alle andere kinderen die in Vlaanderen wonen, en tegelijk juridische duidelijkheid creëren voor de betrokken scholen.

Meteen schreeuwde men echter moord en brand in het Parlement van de Franstalige Gemeenschap en men stemde er onmiddellijk een belangenconflict. De procedure leidde echter niet tot een overeenkomst. Daarom riep men maar een tweede belangenconflict in, ditmaal via de Franse Gemeenschapscommissie (COCOF). Ook deze procedure liep op niets uit. Als derde riep het Waalse Parlement – dat op geen enkele manier voor onderwijs bevoegd is! - dan maar een belangenconflict in.

Helga Stevens: “Noch ikzelf, noch een ander lid van de N-VA wensen nog langer mee te spelen in de carrousel van belangenconflicten die worden ingeroepen tegen dit voorstel van decreet. Vandaag gaat het godbetert om een belangenconflict dat is ingeroepen door een parlement – dat van het Waalse Gewest – dat helemaal niet voor onderwijs bevoegd is! Dit is puur misbruik van het systeem van belangenconflicten. Het enige wat hiermee wordt bereikt is dat alles vertraging oploopt. Een toonbeeld van federale disloyauteit van de kant van de Franstaligen. De N-VA zal dan ook niet verder deelnemen aan de inhoudelijke bespreking.”

Het vervolg van de procedure is dat de senaatscommissie binnen een termijn van 30 dagen een gemotiveerd advies uitbrengt aan het Overlegcomité. Dit laatste beschikt over een termijn van 60 dagen om na te gaan of een oplossing mogelijk is. Nadien wordt de procedure in het Vlaams Parlement hervat en zal het voorstel van interpretatief decreet ter stemming worden voorgelegd aan de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement.


Bron: politics.be