POD-MI : 2014 klokt af met 4,1% meer leefloners

[Politics.be]

Brussel, 6 februari 2015. De POD Maatschappelijke Integratie stelt in zijn laatste trimestrieel rapport vast dat het aantal personen in 2014 die bij het OCMW een beroep deden op een leefloon met 4,1% is gestegen tegenover 2013. Ter vergelijking steeg de Belgische bevolking in dezelfde periode met 0,9%.

Deze toename zal wellicht in de eerste maanden van 2015 nog sterker stijgen. Vanaf 1 januari 2015 kwamen 16.900 jongeren in aanmerking voor het beëindigingen van het recht op de inschakelingsuitkering omdat ze na een wachttijd van 310 dagen nog geen werk gevonden hadden. Op basis van een rondvraag bij de grote steden en een steekproef bij kleine en middelgrote gemeenten, konden we vaststellen dat 3795 uitgesloten personen reeds in de loop van januari 2015 van het OCMW een steunverlening kregen. Deze gegevens zullen in het volgende trimestrieel rapport geverifieerd worden. Zo zijn er enerzijds nog aanvragen lopende waarvoor nog geen beslissingen door het OCMW genomen zijn. Anderzijds zijn er nog personen die in de loop van januari nog geen actie ondernomen hebben om een aanvraag in te dienen.

Stijging aantal leefloners

De stijging van het aantal leefloners die we sinds de aanvang van de financiële en economische crisis konden vaststellen, bleef zich in 2014 voorzetten. Waar we in 2013 een stijging van 3,5% leefloners vaststelden, tonen de gegevens voor 2014 een stijging van 4,1% tegenover 2013. Deze toename blijft groter in de 5 grote steden: Antwerpen, Gent, Luik, Charleroi en Brussel (5,4%).

In absolute cijfers uitgedrukt, waren er in 2013 maandelijks 98.843 personen die een beroep deden op het leefloon. In 2014 bereiken we een maandelijks gemiddelde van 102.374 leefloners. In financiële termen uitgedrukt, komt dit neer op een toename van 7,8% van de terugbetalingen aan het OCMW voor het jaar 2014.

Julien Van Geertsom, Voorzitter POD MI: “Het aantal personen dat moeten rondkomen met een leefloon blijft stijgen. De impact hiervan is schrijnend omdat ook de kinderen in de armoede terecht komen. We merken dat vooral eenoudergezinnen met meerdere jonge kinderen enorm moeilijk uit deze situatie geraken.”

Oververtegenwoordiging aandeel jongeren

Als we dieper inzoomen op het aantal leefloners tussen 18 en 25 jaar, merken we dat ze 32,9% van de totale leefloonpopulatie uitmaken. Ter vergelijking: het aandeel jongeren tussen 18 en 25 jaar, vertegenwoordigt 10,7% van de Belgische bevolking.

In het rapport stellen we voor 2014 een stijging vast van 8% tegenover 2013 van het aantal studenten met een geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie (GPMI). Deze maatregel moedigt jongeren aan om met de hulp van de OCMW ‘s een diploma te behalen met het oog op hun professionele inschakeling in de maatschappij. Dit kan zowel voor middelbaar als voor hoger onderwijs.

Samen met cijfers over begunstigden in kader van de leefloonwet, publiceert de POD

Maatschappelijke ook cijfers over het recht op Maatschappelijke Hulp. Dit omvat twee grote onderdelen: een financiële steun (= equivalent van het leefloon) en/of een tussenkomst in de (dringende) medische hulpverlening voor vreemdelingen en asielzoekers. (Wet 2 april 1965).

Daling aanvragen asielzoekers voor financiële steun

Het aantal personen dat voor financiële hulp in aanmerking komt, nam in 2014 met 17,5% af van 21.525 in 2013 tot 18.980. (gemiddelde op basis van eerste 5 maanden van het jaar). Binnen deze groep zijn grote verschillen vast te stellen. Zo is het aantal vreemdelingen die niet ingeschreven zijn in het bevolkingsregister afgenomen met 13,2%. Asielzoekers die in aanmerking komen voor een financiële steun namen af met 55,9 %.

Het einde van de crisis in de opvang van nieuwkomers in 2012 heeft duidelijk een rol gespeeld in deze daling. Het voorbije asiel- en migratiebeleid heeft hier ook toe bijgedragen. Enkele maatregelen die we aanhalen zijn de versnelling en de verbetering van de procedures, de vermindering van de inkomende stromen, de invoering van een “filter” op de regularisatieaanvragen om medische redenen, de nieuwe voorwaarden ten aanzien van gezinshereniging, de promotie van het terugkeerbeleid, de strijd tegen misbruik en preventiecampagnes, …

Stabilisatie aantal begunstigden dringende medische hulp

De situatie is sinds 2012 gestabiliseerd met nog maandelijks ongeveer 5360 begunstigden. De evolutie verschilt wel naargelang het type gemeente of stad. Waar we in de kleine en middelgrote gemeenten en steden bijna geen verschuivingen waarnemen, stellen we toch een afname vast in de 5 grote steden: Antwerpen, Gent, Luik, Brussel en Charleroi. Tegelijkertijd merken we in deze 5 grote steden een toename van het aantal begunstigden van een niet-dringende medische hulp.

Julien Van Geertsom, Voorzitter POD MI: “We merken duidelijk een stabilisering van de medische hulpverlening. Doch zien we een daling van het aantal dringende medische hulpverleningen in de 5 grote steden. Een van de verbanden die we hierbij zien is het aantal regulariseringen die in deze periode werden doorgevoerd.”

Willy Borsus, Minister van Maatschappelijke Integratie: "De overheid heeft besloten de extra kosten voor het OCMW op zich te nemen die gegenereerd worden door de personen die het recht op een inschakelingsuitkering verloren hebben. Een bijkomende tussenkomst van € 19.600.000 ten behoeve van de OCMW werd goedgekeurd (totaal budget: € 64.000.000). Daarnaast is het van belang dat we op federaal niveau samenwerken met de regio's om de inspanningen voor sociale en socio-professionele inschakeling te verhogen. Het is belangrijk daarbij de hervormingen te ondersteunen die nieuwe kansen voor de werkgelegenheid creëren.»

De volledige analyse van het trimestrieel rapport vindt u op de website van de POD Maatschappelijke Integratie: www.mi-is.be

Bron: politics.be