Jong CD&V: Twaalf punten voor London 2012

[Politics.be]

De Olympische Spelen zijn achter de rug. Onze topsporters zijn op weg naar huis na het piekmoment waarvoor ze vele jaren keihard hebben getraind. JONGCD&V ziet heel wat knappe prestaties maar stelt ook vast dat er nog heel wat werk aan de winkel is. Politici en sportverantwoordelijken gaven al hun visie over deze Spelen en het beleid van de voorbije jaren. Vele theorieën bestaan over hoe London 2012 een meer succesvolle olympische operatie kan worden. Vele theorieën zijn déj�* vu en déj�* entendu, onder meer ook 4 jaar geleden na de Olympische Spelen in Athene. JONGCD&V hoopt dat op korte termijn de daad bij het woord wordt gevoegd en dat de nodige ingrepen plaatsvinden zodat we over 4 jaar met nog betere prestaties kunnen terugkeren uit Londen.

JONGCD&V gelooft in het belang van topsportinvestering door de gemeenschap in het kader van een algemeen sportstimulerend beleid en is ervan overtuigd dat volgende elementen de kwalitatieve groei van het topsportbeleid in Vlaanderen kunnen garanderen.

Met deze twaalf punten is JONGCD&V er zeker van dat we in 2012 in Londen en in 2016 een pak goede prestaties afleveren. De eerste 6 punten hebben een rechtstreekse impact op het begeleidingstraject 2012-2016, de overige zijn flankerende maatregelen die het (top)sportklimaat extra aantrekkelijk moeten maken.



1. JONGCD&V wil de investering in kwalitatieve sportopleiding binnen de sportclubs verder uitbouwen en de plaats van de sportclub binnen de topsportstructuur expliciteren. Via netwerken van sportclubs kan de samenwerking tussen de sportclubs en de topsportfederatie worden gemaximaliseerd met het oog op de verbreding van de topsportbasis en het wegwerken van louter toevalsgestuurde talentdetectie.
Om een brede basis te verzekeren en de inbedding van het jonge topsporttalent in een vertrouwde pedagogische omgeving zo lang mogelijk te behouden, moeten de sportfederaties extra middelen ter beschikking krijgen om sportclubs die zich inschrijven in het topsportverhaal en aan de kwaliteitscriteria inzake begeleiding voldoen, te professionaliseren. De toekenning van een label topsportclub in het kader van een sportspecifiek kwaliteitscontrolesysteem moet de toewijzing van middelen objectiveren.

Voor wat betreft de infrastructuur zal de overheid deze sportclubs moeten ondersteunen door de nodige topsportinfrastructuur ter beschikking te stellen zodat alles voorhanden is om de jonge atleten in alle omstandigheden de juiste opleiding te geven. Dit vergt voor bepaalde sporten een verregaande inhaalbeweging. Hierbij kan ook gedacht worden aan een PPS-structuur.

2. JONGCD&V wil enkel meebouwen aan een topsportstructuur die kinderen en jongeren van bij aanvang van het pre-topsporttraject enkel in volwaardig medisch en pedagogisch verantwoorde omstandigheden opvangt. Essentieel daarin is de discussie over het belang en de rol van de directe leefomgeving van de sporter (ouders, thuisclub, school, …), de verhouding tussen deze actoren en het evenwicht tussen korte- en lange termijnresultaten doorheen het opleidingstraject. In het topsportverhaal staat de (jonge) sporter en (het monitoren van) diens welbevinden permanent centraal.

3. JONGCD&V wil doorgedreven investeren in de opleiding van trainers zodat toekomstgericht kan gebouwd worden aan een stabiele opleidingsstructuur. Meerbepaald betekent dit de verdere uitbouw van een opleidings- en begeleidingsaanbod met het oog op kwalitatieve pre- en basistopsportbegeleiding en de geïntensifieerde uitbouw van een professionele toptrainerspool.

4. Een nieuwe algemene topsportopleidingsstructuur aanpasbaar naar leeftijd i.f.v. specifieke noden sportdiscipline. De omkadering neemt stapsgewijs toe. Wat voorhanden is in eerdere fases blijft behouden en wordt aangevuld in de volgende fase.

5. Verantwoord topsporten gaat voor JONGCD&V hand in hand met wetenschappelijk onderbouwde trainingsopbouw en - begeleiding. De afstemming tussen de verschillende kenniscentra in ons land en de verzameling/het betrekken van internationale wetenschappelijke knowhow moet verder worden gestimuleerd.

6. De samenwerking tussen sport en onderwijs moet verder worden uitgebouwd. JONGCD&V meent dat niet louter in de creatie van topsportfaciliteiten binnen zorgvuldig geselecteerde topsportscholen aandacht moet zijn voor talentdetectie en -ontwikkeling.
Binnen de reguliere lestijden lichamelijke opvoeding in basis- en de eerste graad van het secundair onderwijs, moet sportspecifieke talentdetectie een plaats krijgen. In samenwerking met de sportfederaties moeten hiertoe de nodige instrumenten worden ontwikkeld. Op basis van de verzamelde gegevens wordt een actieve toeleiding naar de sportclub georganiseerd waardoor meer bewegingskansen worden gecreëerd.
De sportfederatie structureert de talentdetectie binnen haar clubs op een gelijkaardige manier.

7. Politiek en het toekennen van professionele statuten moeten volledig los worden gekoppeld van elkaar. Maximaliseer de expertise van de sporters en laat politieke doelstellingen uit het topsportbeleid.

8. De federale regering dient dringend werk te maken van een fiscale vrijstelling op (medaille)premies die uitgekeerd worden door erkende sportorganisaties aan onze atleten naar aanleiding van internationale kampioenschappen.

9. De parafiscale vrijstelling voor vrijwilligers moet omhoog naar 2.500 euro per jaar. Daarnaast moet vrijwilligersverlof voor verantwoordelijken in vrijwilligersorganisaties mogelijk worden. Vrijwilligerswerk moet toegankelijker worden voor werkzoekenden en voor legale vreemdelingen. Vrijwilligers moeten kunnen rekenen op een collectieve verzekeringspolis, met middelen uit de Nationale Loterij. Momenteel wordt al 1 miljoen euro uitgetrokken en via de provincies besteed voor de verzekering van eenmalige initiatieven. Dit bedrag moet blijvend voorzien worden. JONGCD&V wil deze verzekering uitbreiden naar structureel vrijwilligerswerk.

10. Men moet in de toekomst streven naar een vooraf bepaald aantal vaste controles per sporttak bij sportmanifestaties. Naast deze vaste controles moet het aantal buiten competitie controles fors toenemen.
Binnen het dopingbeleid moet men naast het opsporen van doping via controles,... ook aan dopingpreventie gaan doen.

Sporters dienen ook duidelijk geïnformeerd te worden over wat doping is en wat niet (bvb voedingssupplementen). Dit is vooral nodig bij amateursporters.

Landen of federaties die aanzetten tot dopinggebruik of gebruik onbestraft laten, dienen gestraft te worden.

11. Een topsportcarrière is relatief kort. Voor JONGCD&V moet Vlaanderen haar topsporters een degelijke opleiding garanderen, zodat de na-carrière geen wrange nasmaak laat. De planning van de periode na de topsportcarrière moet van bij aanvang onderdeel uitmaken van de topsportopleiding.

12. JONGCD&V hoopt oprecht dat België en Nederland het WK voetbal van 2018 binnenhalen. JONGCD&V is voorstander van de organisatie van dit wereldkampioenschap voetbal. Daarnaast moeten we kijken om naast het voetbal ook andere topmanifestaties naar ons land te lokken en indien nodig hiervoor de vereiste infrastructuur te voorzien.

Klik hier voor het volledige topsportplan van JONGCD&V.

Namens JONGCD&V,


Bert De Brabandere
Voorzitter JONGCD&V



Bron: politics.be