Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 14 maart 2004
Berichten: 21.090
|
http://www.workforall.org/forum/html...php?storyid=40
Citaat:
Socialisme (in de marxistische zin) is een nobel idee. Ware het niet dat het geen rekening houdt met de ware natuur der dingen. Net zoals religie werd het al te dikwijls misbruikt om macht te verwerven, om voor anderen te beslissen, zichzelf privileges toe te eigenen en vooral de verworven macht en privileges te behouden. Hetzelfde kan natuurlijk optreden in naam van bv. een economisch kapitalisme maar er is evenwel een groot verschil. In een vrije markt worden de afwijkingen altijd gecorrigeerd door de markt. Het socialisme daarentegen heeft niet alleen al veel werklozen en armen gemaakt. Het heeft ook al veel doden gemaakt, vooral dan gekoppeld aan nationalisme. Denk maar aan de tientallen miljoenen mensen die in Communistisch China, de Sovjet-Unie, nationaal-socialistisch Duitsland en Noord-Korea in naam van een hoger doel een hongerdood gestorven zijn.
Het probleem komt voort uit een staatstructuur die toelaat dat belangenvermenging het beleidscriterium wordt, al dan niet in naam van de Sociale Welvaartsstaat. Vakbonden hebben hierin een belangerijke rol gespeeld ook al hebben ze aanvakelijk na 1945 bijgedragen tot het tot stand komen van welvaart voor iedereen. Het systeem is evenwel totaal gedegenereerd. De werkende bevolking is de gijzelaar geworden van zijn eigen vakbonden en politieke heersers. Het resultaat is een torenhoge belasting op arbeid, een hopeloos complex en inefficient overheidsapparaat maar vooral de massale vernietiging van welvaartsgenererende arbeidsplaatsen. De vakbonden ondertussen hebben hun voortbestaan en hun ledenaantal in steeds grotere mate te danken aan werklozen en overheidsambtenaren. Hoe kan het anders als vakbonden een vergoeding tot 10 % krijgen voor elke werkloosheidsvergoeding die ze uit betalen ? Hoe kan het anders als de overheid als werkgever de vakbondsbijdrage betaalt van zijn personeel ? Hoe kan het anders als vakbonden opgenomen worden in de raden van bestuur van die overheidsbedrijven ? Hoe kan het anders als vakbonden in naam van de democratie politieke partijen gaan dicteren welke beleidsmaatregelen de overheid mag nemen of liever, niet mag nemen ? In dezelfde context, waarom verzetten de vakbonden zich tegen het vermelden van de werkelijke loonkost, 34 % boven het brutoloon, op het loonbriefje? Is men bevreesd dat de werknemer zal beseffen dat hij ternauwernood een derde krijgt van hetgeen hij moet opbrengen in arbeid? Ondertussen hebben vakbonden net als politieke partijen geen rechtspersoon en kunnen ze straffeloos hun fondsen veilig beleggen op buitenlandse rekeningen. [size=3]Wanneer staat de burger op om een eind te maken aan deze grootschalige sociale oplichting en corruptie?[/size]
Rolf Falter heeft hierover een zeer scherpe analyse gemaakt in de De Tijd van 7 September. [lees verder ...]
Terwijl de rest van West-Europa zich opmaakt om wat te gaan doen aan de hoge werkloosheid, blijft dat thema in België onbespreekbaar. ROLF FALTER legt uit waarom.
In de eerste week van de politieke rentree heeft de Parti Socialiste van Elio Di Rupo uitgepakt met een Marshallplan voor het herstel van de Waalse economie, en het meteen door de Waalse regering gesluisd. Over de inhoud bestaan gerede twijfels: de fiscale stimuli zijn minimaal, het raken aan de versnipperde machtsstructuren blijft heel beperkt, de keuze van 74 'vrije zones' - 23 in industriële gemeenten in herstructurering, 51 in rurale gemeenten - blijft politiek bepaald, de motieven voor de extra steun aan zes sectoren (waaronder de farma- en de agrobusiness) zijn niet duidelijk.
Maar blijkbaar was er vooral haast, om het pijnlijke thema zo snel als mogelijk te evacueren. Want vijf jaar geleden was er al eens een groots herstelplan, van de hand van de toenmalige minister-president, die Elio Di Rupo heette. Wat daarmee gebeurd is, is een vraag die niet wordt gesteld. Zoals men beter ook niet vraagt waarom de Parti Socialiste in Di Rupo's eigen Bergen al veertig jaar lang vanuit een absolute machtspositie een werkloosheid van 25 procent en meer als een door God gestuurde fataliteit heeft aanvaard.
Alle branie in zijn interview met Humo ('De VLD mag deze regering niet vergiftigen', Humo, 6 september) ten spijt - je moet maar durven de premier aan te porren haast te maken, nadat je eigen partij van in de eerste uren van de regeringsformatie in 2003 op alle remmen is gaan staan - kan de man die verleden jaar nog door sommigen tot 'regent van België' op het schild werd getild, niet verbergen dat hij een has been is.
Zowel in West-Duitsland als in Frankrijk hebben de politieke tenoren beslist dat de werkloosheid in hun land teruggebracht moet worden tot een peil dat in Zweden, Denemarken, Nederland en Groot-Brittannië inmiddels courant is. Na drie jaar zwijmelen tussen recessie en microgroei dringt tot Old Europe door dat men zich in de geglobaliseerde wereldeconomie niet meer de kosten van een immer stijgende en torenhoge werkloosheid kan veroorloven. Vooral niet als die tegelijk gepaard gaat met tienduizenden vacatures die niet ingevuld geraken, tenzij door evenveel immigranten uit verre oorden. Die brengen talloze familieleden mee, plaatsen de al overvolle en zelden kapitaalkrachtige steden van West-Europa voor grote problemen, en ontdekken razendsnel dat je beter eeuwigdurend kan stempelen en in het zwart bijverdienen dan officieel laaggeschoold werk te aanvaarden.
Elders in Europa, ook in onze buurlanden, is men al aan remedies toe: minder sociale lasten, loonmatiging, subsidiëring van lage lonen, beperkte duur van de werkloosheidsuitkering, systematische opvolging van werklozen, minder loodzware ontslagregelingen, minder remmen op deeltijdse arbeid, arbeidsduur op jaarbasis, het langer aan het werk houden van oudere werknemers. Dat levert in totaal minder uitgaven en meer inkomsten voor de sociale zekerheid op, zeer nuttig bij de toenemende vergrijzing.
We staan nergens
In België staat men nog nergens, vooral omdat de Parti Socialiste de fraaie ambities van het regeerakkoord op dat vlak telkens weer afremt met veto's, en als het moet zelfs met gekrijs van Laurette Onkelinx. Daar is Frank Vandenbroucke, de geestelijke vader van die passages in het regeerakkoord, voor naar het Martelaarsplein geëmigreerd. De Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) is een conglomeraat met een jaarlijkse omzet van 8 miljard euro, en ruim 1,1 miljoen uitkeringsbehoeftigen, van wie 100.000 al langer dan tien jaar. Dat grootwarenhuis heeft naast werkloosheidsuitkeringen ook brugpensioenen, loopbaanonderbrekingen, omscholingen en tijdskredieten in de aanbieding - allemaal dingen die ooit politiek verkocht zijn als tewerkstellingsmaatregel. Het bedient ook mensen die niet willen werken, afgestudeerden die nooit gewerkt hebben, vrouwen die thuis blijven voor de kinderen, mensen die een diploma hebben waarvoor geen werk is maar zich toch niet willen omscholen, werknemers van wie het bedrijf af en toe een paar dagen stilligt, of de vele duizenden handigaards die berekend hebben dat ze aan hun uitkering, aangevuld met zwartwerk, meer overhouden dan aan het minimumloon, verminderd met beroepskosten.
Dienstbetoon helpt je wegwijs te maken in zo'n groot magazijn en dus behoort de RVA tot de kernactiviteit van talloze politici, maar vooral van de vakbonden. En uiteraard van de PS in het mekka en medina van de hoge werkloosheid, Brussel en Wallonië.
Uniek in de wereld is de Belgische combinatie waarbij de uitkeringsbevoegdheid van een verplicht werkloosheidsstelsel toevertrouwd is aan een feitelijk monopolie van de vakbonden. Het is een monopolie dat gehandhaafd wordt doordat het ministerie van Arbeid sedert 1918 altijd in handen is geweest van een socialist of ACW'er, net als de bevoegde gewestministeries sedert 1988.
Het monopolie levert de vakbonden ook leden op, want het is best handig als je als werkloze in de problemen komt dat je meteen ook je lidgeld hebt betaald aan de vereniging die over je lot beslist. Werkloosheid helpt sommige vakbondscentrales in Wallonië aan 40 procent van hun leden en meer dan de helft van hun inkomsten. De werkgevers mogen overigens mee profiteren: de oplopende kosten van oudere werknemers kunnen ze via de brugpensioenen door de RVA laten afschrijven, terwijl voor een dagje zonder bestellingen de economische werkloosheid een uitweg biedt.
Wie krijgt daar beweging in? De kiezer in Wallonië en Brussel blijft voor de PS stemmen, mede omdat de MR en het cdH Elio Di Rupo nalopen voor deelname aan de macht. In Vlaanderen ligt de VLD op apegapen, zoekend naar een nieuwe voorzitter en een manier om Jean-Marie Dedecker uit de partij te wrikken zonder dat dit tot twee brokstukken van de electorale omvang van Spirit en N-VA leidt. De sp.a heeft tijdens de regeringsonderhandelingen van 2003 - meer zelfs dan de VLD - bewezen dat ze het werkloosheidsstelsel wil hervormen, maar is niet de partij die de PS zal dumpen. Vele Vlaamse kiezers blijven wantrouwig tegenover CD&V, omdat de indruk bestaat dat de vakbond er nog veel te zeggen heeft. De partij is wel opnieuw marktleider, maar meer door het wegzakken van paars dan door de eigen groei.
Aardverschuiving
Over een jaar zijn er gemeenteraadsverkiezingen, en maximaal acht maanden later federale parlementsverkiezingen. De kans op een vloedgolf van ontevredenheid richting Vlaams Belang, op een doorbraak naar de macht van die partij en dus op het absolute onbekende voor het bestuur van dit land, blijft zeer reëel. Ze blijft ook toenemen zolang de PS vanuit haar machtspositie elke vorm van diepgaande sociaal-economische hervormingen kan blijven blokkeren. In die zin is de partij van Elio Di Rupo, die al 17 jaar ononderbroken aan de macht is, een even grote hypotheek op de toekomst en op België geworden als de formatie van Filip Dewinter.
Het kabinet dat na de volgende federale verkiezingen zal aantreden, moet hoe dan ook het werkloosheidsprobleem aanpakken. Dat zou het best gebeuren met een centrumrechtse meerderheid in Wallonië. En als de PS daar incontournable blijft, omdat te veel Waalse kiezers best tevreden blijken met gesubsidieerd verval, zal er eerst een staatshervorming aan moeten voorafgaan die van het federale België minder overlaat dan van het federale Zwitserland. Daar zal dan vooraf over gepraat moeten worden met de christelijke vakbond, met de boodschap dat die zoals onder Jef Houthuys destijds, de lijn kan trekken van de onvermijdelijke verandering, of de verandering zal ondergaan. Er is, in onze hyperconcurrentiële markteconomie waarin de werknemer even vervangbaar lijkt als een moer, veel meer toekomstperspectief voor een vakbond dan onwrikbaar te blijven zitten op een zak geld, zoals Xavier Verboven, algemeen secretaris van het ABVV, gisteren nog bepleitte ('Alles staat of valt met financiering SZ', De Tijd, 6 september). Wie in de Wetstraat tussen de regels leest, heeft zijn boodschap maar al te best begrepen: over loopbaaneinde valt wel degelijk met deze vakbond te praten, op voorwaarde dat men van de inkomsten van de vakbond blijft.
Vermits het zo goed als zeker is dat de uitgebluste Guy Verhofstadt na de volgende verkiezingen niet terugkeert in de Wetstraat 16 - hoewel Old Europe op het punt staat grote delen van zijn Burgermanifest te gaan toepassen - kan de hoofdverantwoordelijkheid niet anders dan naar de Vlaamse marktleider van vandaag verschuiven. Het maatpak voor de nieuwe regent van België wordt dezer dagen bij de alomtegenwoordige Yves Leterme afgeleverd. Zijn 'window of opportunity' is begroot op maximaal anderhalf jaar.
De auteur is journalist bij De Tijd
|
|