![]() |
Registreren kan je hier. Problemen met registreren of reageren op de berichten? Een verloren wachtwoord? Gelieve een mail te zenden naar [email protected] met vermelding van je gebruikersnaam. |
|
|||||||
| Registreer | FAQ | Forumreglement | Ledenlijst |
| Maatschappij en samenleving Dit subforum handelt over zaken die leven binnen de maatschappij en in die zin politiek relevant (geworden) zijn. |
| Bekijk resultaten enquête: Is het beleven van een godsdienst achterlijk? | |||
| Ja, alleen zwakkelingen dienen een God |
|
64 | 32,00% |
| Alleen sommige godsdiensten zoals de Islam |
|
45 | 22,50% |
| Zeker niet, godsdienst is voor velen een noodzakelijke steunpilaar in moeilijke tijden |
|
91 | 45,50% |
| Aantal stemmers: 200. Je mag niet stemmen in deze enquête | |||
![]() |
|
|
Discussietools |
|
|
#81 |
|
Parlementslid
Geregistreerd: 4 juli 2002
Berichten: 1.771
|
III Op weg naar Jeruzalem
71 Vastberaden op weg 1. Jezus was vastbesloten naar Jeruzalem te gaan. 2. Toen zij daar naar toe trokken, liep Jezus steeds voor hen uit. Die hem volgden waren echter bevreesd en verwonderden zich (over zijn vaste besluit). 72 Vermaning tot ommekeer (Misschien tegen de achtergrond van verhalen over een ongeluk en over de afslachting van Galilese opstandelingen door Romeinse soldaten 73 Nogmaals de sabbat Op een sabbat onderrichtte Jezus in een synagoge. Daar was een vrouw, die al sinds achttien j aar ziek was. Ze was kromgebogen en kon zich niet helemaal oprichten. Toen Jezus haar zag, riep hij haar bij zich en genas haar. De overste van de synagoge was daarover vertoornd en nam nu het woord: 'Er zijn zes dagen, waarop men mag werken. Komt u op die dagen om u te laten genezen, maar niet op de sabbat!' Jezus antwoordde hem: 'Gij huichelaars! Maakt niet ieder van u zijn os of ezel ook op sabbat van de krib los om hem naar de drinkplaats te voeren! En deze vrouw, die (toch) een dochter van Abraham is, die door haar ziekte achttien jaar gevangen werd gehouden, zou op de sabbat niet van deze kluister ontboeid mogen worden?' 74 Marta en Maria Jezus trok met zijn leerlingen verder en kwam in een dorp. Daar ontving een vrouw wier naam Marta was hem in haar huis. Ze had een zuster, die Maria heette. Maria ging aan Jezus' voeten zitten en luisterde naar zijn woorden. Marta echter had het druk met het vele werk voor de gasten. Ze kwam bij Jezus en zei: 'Heer, stoort het u niet, dat mijn zuster mij al het werk laat doen? Zeg haar toch, dat ze mij moet helpen.' Jezus antwoordde haar: 'Marta, Marta, wat maakt ge u zorgen en druk om vele dingen. Slechts enkele dingen zijn noodzakelijk.' 75 Bij de rijke Zacheüs Jezus trok door Jericho. Daar woonde een man, die Zacheüs heette. Hij was een rijke oppertollenaar. Hij stond op het platte dak van zijn huis, toen Jezus langs kwam. Jezus keek naar hem op en sprak tot hem: 'Zacheüs, kom naar beneden. Ik zou heden bij u willen overnachten.' Zacheüs kwam haastig naar beneden en ontving Jezus vol blijdschap. De mensen, die dat zagen, waren geschokt en zeiden: 'Het huis van een zondaar gaat hij binnen, om bij hem te logeren!' Maar Jezus zei: 'Heden is dit huis heil ten deel gevallen, omdat ook deze man een zoon van Abraham is!' 76 Genezing van de blinde bedelaar Bartimeüs Toen Jezus met zijn leerlingen en een aanzienlijke menigte volk uit Jericho wegtrok, zat langs de weg een bedelaar, Timeüs' zoon Bartimeüs. Toen deze hoorde, dat het Jezus, de Nazarener, was, die langskwam, begon hij luidkeels te roepen: 'Zoon van David, Jezus, heb medelijden met mij!' Velen snauwden hem toe, dat hij zou zwijgen. Maar hij riep nu nog veel luider: 'Zoon van David, heb medelijden met mij!' Toen bleef Jezus staan en zei: 'Roep hem hier.' Ze riepen de blinde en zeiden tot hem: 'Heb (goede) moed! Sta op! Hij roept u!' Deze wierp zijn mantel af, sprong op en liep naar Jezus. Jezus vroeg hem: 'Wat wilt ge, dat ik (voor) u doe?' De blinde antwoordde hem: 'Rabbi, maak dat ik weer kan zien.' En Jezus sprak tot hem: Welnu, uw vertrouwen heeft u genezen.' En terstond kon hij weer zien en volgde Jezus op zijn weg. 77 Met het oog op Jeruzalem l. Toen Jezus de stad Jeruzalem voor ogen kreeg, barstte hij in tranen uit en sprak: 'Als toch ook gij op deze dag eens mocht inzien wat tot vrede dient! 2. Jeruzalem, Jeruzalem! Gij doodt de profeten en stenigt wie God tot u gezonden heeft. Hoe vaak heb ik uw kinderen bijeen willen brengen, gelijk een vogelmoeder haar kuikens onder haar vleugels bijeenbrengt! En gij hebt niet gewild. Het Oordeel zal nog over deze generatie komen.'
__________________
Politiek is vloeibare geschiedenis, geschiedenis is gestolde politiek |
|
|
|
|
|
#82 |
|
Parlementslid
Geregistreerd: 4 juli 2002
Berichten: 1.771
|
IV In Jeruzalem
78 Intocht in de stad Jezus reed op een jonge ezel de stad Jeruzalem binnen. Die hem begeleidden spreidden hun mantels voor hem uit en strooiden op de weg twijgen, die ze van bomen af braken. De begeleiders, die voor hem uit liepen en achter hem volgden, riepen: 'Hosanna, geprezen, die komt in de naam des Heren! Geprezen het komend rijk van onze vader David! Hosanna in den hoge!' Hij trok de stad binnen en ging de tempel in. Nadat hij alles om hem heen in ogenschouw had genomen - het was al laat - trok hij met de twaalf naar Betanië. Op de volgende dagen onderrichtte hij overdag in de tempel, maar 's avonds verliet hij (vanwege het hem dreigende gevaar) de stad en overnachtte in Betanie of toefde op de Olijfberg. 79 Confrontatie in de tempel Toen Jezus op de dag na zijn intocht in Jeruzalem in de tempel kwam, begon hij verkopers en kopers in de tempelvoorhof naar buiten te jagen. Hij gooide tafels van geldwisselaars en stoelen van duivenverkopers om en verklaarde, dat het niet geoorloofd zij op het tempelterrein handel te drijven. Hij sprak: 'Staat er niet geschreven: "Mijn Huis zal een Huis van gebed voor alle volken worden genoemd ? Doch gij hebt er een "rovershol" van gemaakt.' De hogepriesters en schriftgeleerden hoorden hiervan en overpeinsden hoe ze hem onschadelijk konden maken. Want zij vreesden hem. 80 De vraag naar Jezus' bevoegdheid Jezus kwam met de twaalf wederom naar Jeruzalem. Terwijl hij in de tempel rondwandelde, kwamen hogepriesters, schriftgeleerden en raadsoudsten naar hem toe en vroegen hem: 'Krachtens welke bevoegdheid doet gij deze dingen? Wie heeft u daartoe de bevoegdheid gegeven?' Jezus antwoordde hun: 'Ik zal u een ding vragen. Geef mij daar antwoord op, en ik zal u zeggen, krachtens welke bevoegdheid ik dat doe. Het doopsel van Johannes kwam dat van God of van de mensen? Antwoordt mij !' Zij beraadslaagden (onderling) en antwoordden hem: 'Wij weten het niet.' Daarop zei Jezus tot hen: 'Dan zeg ook ik u niet, krachtens welke bevoegdheid ik dat doe.' 81 De belastingkwestie Het Sanhedrin zond enkele Farizeeën en aanhangers van Herodes naar Jezus, die hem op (een) woord(en) moesten zien te betrappen. Zij kwamen naar hem toe en zeiden tot hem: 'Rabbi, wij weten dat gij oprecht zijt en u niet naar de mening van anderen richt. Gij ziet de mensen niet naar de ogen, maar leert de weg van God getrouw volgens de waarheid. Is het geoorloofd, de keizer belasting te betalen? Moeten we haar betalen of niet betalen?' Jezus doorzag hun valsheid en sprak tot hen: 'Geeft mij een denarius, laat kijken.' Ze gaven hem er een, en hij zei tot hen: 'Van wie zijn deze beeldenaar en het opschrift?' Zij antwoordden hem: 'Van de keizer.' Daarop zei Jezus tot hen: 'Geef dan aan de keizer terug wat van de keizer is, maar aan God wat van God is.' 82 De vraag over het eeuwige leven Sadduceeën (die niet in voortbestaan na de dood geloofden) kwamen naar Jezus en vroegen hem: 'Rabbi, Mozes heeft ons voorgeschreven: Als een gehuwde man kinderloos sterft, moet zijn broer diens vrouw huwen en hem (de overleden broer) nakomelingen (de eerste zoon) schenken. Nu waren er eens zeven broers. De eerste huwde een vrouw en stierf kinderloos. Toen huwde de tweede die vrouw en stierf kinderloos, en evenzo de derde, en alle overigen. Ten slotte stierf ook de vrouw. Tot wie van de zeven broers zal de vrouw na de verrij zenis behoren? Ze was immers met de zeven gehuwd. Jezus antwoordde hun: 'Zijt gij niet op een dwaalspoor, omdat gij noch de Schrift(en), noch Gods Almacht kent? Want als God de mensen uit de dood opwekt, dan zullen zij zijn, als Zijn Almacht bepaalt. En dat God de doden tot leven wekt, hebt gij daarover niet in het boek Mozes in de geschiedenis van de doornstruik gelezen hoe God tot Mozes sprak: "Ik ben de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob" (die lang voor de tijd van Mozes waren gestorven)? Hij is geen God van doden, maar van levenden. Gij vergist u zeer.' 83 De vraag naar het voornaamste gebod van de Wet Een van de schriftgeleerden stelde Jezus op de proef door de vraag: 'Rabbi, wat is het voornaamste gebod van de Wet?' Jezus antwoordde hem: 'Bemin de Heer, uw God, met heel uw hart, met heel uw ziel,(en) met heel uw verstand. Dat is het voornaamste gebod. Een tweede is daaraan gelijkwaardig: Bemin uw naaste; deze is (een mens) gelijk gij. Aan deze beide geboden hangen de hele Wet en de Profeten.' 84 De Messiaskwestie Niemand durfde Jezus meer vragen te stellen. Daarom nam Jezus in de tempel zelf het woord en stelde de vraag: 'Met welk recht zeggen de schriftgeleerden, dat de Messias Davids zoon is? David zelf heeft immers, verlicht door de Hemel, gezegd: "Jahwe sprak tot mijn Heer: Zit aan mijn rechterhand, tot ik uw vijanden onder uw voeten leg!" David zelf noemt dus de Messias "Heer"! Hoe kan hij dan zijn zoon zijn?' Het volk luisterde graag naar Jezus. 85 Het lot van de tempel Toen Jezus de tempel verliet, zei een van zijn leerlingen tot hem: 'Rabbi, kijk (toch eens), wat een stenen en wat een gebouwen!' Jezus sprak tot hem: 'Gij ziet deze machtige gebouwen. Ik (echter) zie van de waarlijke tempel Gods geen steen meer op de andere!' 86 Een echtbreekster 's Morgens kwam Jezus weer in de tempel. En veel mensen kwamen naar hem toe. Hij ging zitten en onderrichtte. Toen brachten schriftgeleerden en Farizeeën een vrouw naar hem toe, die op echtbreuk was betrapt. Ze stelden haar in het midden op en zeiden hem: 'Rabbi, deze vrouw werd op heterdaad op echtbreuk betrapt. Mozes heeft ons in de Wet geboden, dergelijke vrouwen te stenigen. Wat zegt gij ervan?' Jezus boog zich voorover en schreef met de vinger op de grond. Toen zij koppig aanhielden, richtte hij zich op en zei tot hen: 'Wie van u zonder zonde is, werpe de eerste steen op haar.' Toen boog hij zich weer voorover en schreef op de grond. Maar zij gingen heen, de een na de ander, de oudsten als eersten. En Jezus bleef alleen achter met de vrouw. Jezus richtte zich op en vroeg haar: vrouw, waar zijn ze? Heeft niemand u veroordeeld?' Zij antwoordde: Niemand.' Toen zei Jezus tot haar: Ook ik veroordeel u niet. Ga heen en zondig niet meer.' 87 Een vrouw zalft Jezus Toen Jezus in Betanië in het huis van Simon de Melaatse was en aan tafel aanlag, kwam een vrouw binnen met een albasten kruikje vol uit groene amandelen geperste kostbare olie, brak het kruikje open en goot de olie uit over Jezus' hoofd. Toen zeiden enkelen zeer geergerd tegen elkaar: 'W�*t een verkwisting! Men had deze olie voor meer dan driehonderd denariën kunnen verkopen en de opbrengst aan de armen geven.' En ze deden de vrouw hevige verwijten. Toen sprak Jezus tot hen: 'Laat haar! Waarom kwetst ge haar? Zij heeft mij een liefdesdienst bewezen. Armen hebt ge immers altijd bij u. En hun kunt ge weldoen wanneer ge wilt. Maar mij hebt ge niet altijd. Zij heeft gedaan, wat zij kon.' 88 Voorbereidingen tot de gevangenneming l. Het was twee dagen voor het Pesachfeest en het feest van de ongedesemde (ongezuurde) broden. De hogepriesters en schriftgeleerden overlegden, hoe zij Jezus door list in handen zouden kunnen krijgen en hem doden, doch niet op de feestdag,0pdat het volk niet in oproer zou komen. 2. Toen ging Judas, een van de twaalf, naar de hogepriesters, om Jezus aan hen over te leveren. Toen zij dat hoorden, waren ze verheugd en beloofden hem geld. Hij wachtte op een gunstige gelegenheid om Jezus over te leveren. 89 Afscheidsmaaltijd 1. Op de eerste dag van de ongedesemde broden, waarop men het Pesachlam slachtte, vroegen zijn leerlingen aan Jezus: 'Rabbi, waar wilt ge, dat wij het Pesahlam voorbereiden?' Jezus zond twee van zijn leerlingen naar de stad en zei tot hen (klaarblijkelijk op grond van een in verband daarmee gemaakte afspraak): 'Gaat naar de stad. Daar zult ge een man, die (als herkenningsteken) een aarden waterkruik draagt, tegenkomen. gaat met hem mee naar het huis waar hij binnengaat, en zegt aan de eigenaar van het huis: "De rabbi laat vragen: Waar is het onderdak voor mij, waar ik met mijn leerlingen het Pesachlam kan eten?" Hij zal u een grote bovenzaal met rustbedden tonen, die al is voorbereid. Maak daar voor ons het Pesachmaal klaar.' De leerlingen gingen naar de stad en vonden alles zoals Jezus het hun had gezegd, en bereidden het Pesachmaal. 2. Toen het avond was geworden, kwam Jezus met de twaalf. Terwijl ze aan tafel aanlagen en de voorspijs aten, zei hij, dat een, die met hem at, hem zou overleveren. Daardoor bedroefd geworden zei de een na de ander tot hem: 'Maar ik toch niet?' Jezus zei tot hen: 'Een van u, die met mij uit de schotel eet.' 3. Aan het begin van de eigenlijke maaltijd nam Jezus brood, sprak het tafelgebed, brak het brood en gaf het hun met de woorden: 'Neemt! (het brood, een teken van leven en heil.) Dit ben ik! Herinnert u altijd: Ik ben het leven en het heil.' 4. (Na de eigenlijke maaltijd, waarbij ze het Pesachlam gegeten hadden,) nam Jezus een beker (met wijn), sprak het dankgebed, gaf hem aan hen, en zij dronken eruit. Hij zei tot hen: 'Dat is het verbond, dat met mijn bloed bezegeld wordt voor allen! Waarlijk, ik zeg u: 'Ik zal nimmermeer van de vrucht van de wijnstok drinken.' (Tot besluit van de Pesachviering zongen zij de (gebruikelijke) hymne en trokken toen naar de Olijfberg.)
__________________
Politiek is vloeibare geschiedenis, geschiedenis is gestolde politiek |
|
|
|
|
|
#83 |
|
Parlementslid
Geregistreerd: 4 juli 2002
Berichten: 1.771
|
V Lijdensgeschiedenis
90 Op het landgoed Getsemane Jezus kwam met zijn leerlingen op het landgoed Getsemane. Ontsteltenis en angst grepen hem aan. En hij zei tot hen: 'Ik ben dodelijk geschokt. Blijft hier en waak met mij !' Hij liep een eindj e verder en wierp zich ter aarde. Hij bad: 'Abba, Allerbemindste Vader, (voor) U is alles mogelijk. Laat deze kelk aan mij voorbijgaan. Maar, niet wat ik wil, maar wat Gij wilt, geschiede!' Hij kwam terug, vond hen slapend en sprak tot Petrus: Simon, slaapt ge? Hebt ge niet één uur kunnen waken? Waakt en bidt, dat ge niet in bekoring (verleiding) geraakt!' Hij ging weer weg en bad. En hij kwam terug en vond hen wederom in slaap. Zij wisten niet wat ze hem moesten antwoorden. En hij kwam voor de derde keer (terug) en sprak tot hen: 'Gij slaapt voort en rust uit? Nu is het zover. Staat op, laten wij gaan!' 91 Gevangenneming Meteen kwam Judas, een van de twaalf, en met hem een troep mannen met zwaarden en knuppels, op bevel van de hogepriesters, schriftgeleerden en raadsoudsten. Die hem overleverde, had met de mannen een teken afgesproken: 'Die ik zal kussen, die is het. Neemt die gevangen en brengt hem behoedzaam op.' Judas liep op Jezus toe, zei tot hem 'Rabbi' en omarmde en kuste hem. Zij echter sloegen de hand aan hem en namen hem gevangen. Iemand (uit de troep vervolgers) trok het zwaard, raakte een dienaar van de hogepriester en sloeg hem een oor af. Jezus sprak tot hen: 'Als tegen een rover zijt gij uitgetogen, om mij gevangen te nemen. Dagelijks was ik in de tempel en gaf er onderricht. En ge hebt mij niet gevangengenomen.' Allen lieten hem in de steek. Slechts een jongeman volgde hem. Toen zij deze grepen,1iet hij het hemd, dat hij om zijn blote lichaam droeg, achter, en vluchtte naakt weg. Ze brachten Jezus naar de (zetelende) hogepriester. 92 Voor hetjoodse Sanhedrin Alle groepen van het Sanhedrin, hogepriesters, raadsoudsten en schriftgeleerden, kwamen bijeen. Jezus werd verhoord. Getuigen brachten onder andere tegen hem in, dat Jezus zich in zijn toespraken aan de Tempel had vergrepen; en de hogepriester vroeg hem, of hij de Messias en uitverkoren Afgezant Gods was. Jezus zweeg. Daarop bevond het Sanhedrin Jezus schuldig en nam bij het ochtendgloren het besluit, Jezus bij de Romeinse bezettingsmacht aan te klagen,1iet hem boeien en leverde hem over aan Pilatus. 93 Petrus' loochening Petrus was (hem) op een afstand tot op de binnenhof van het paleis van de hogepriester gevolgd. Hij was (nu) bij de dienaren en warmde zich bij het vuur. Terwijl Petrus beneden in de hof was, kwam een van de dienstmeisjes van de hogepriester. En toen ze Petrus zich zag warmen, keek ze hem aan en zei: 'Gij waart ook bij Jezus de Nazarener.' Maar hij loochende: 'Ik begrijp niet wat ge bedoelt...' en hij liep weg naar de voorhof. Het dienstmeisje zag hem daar wederom en zei tegen de omstanders: Die daar is ook een van hen.' Even later zeiden die mensen tegen Petrus: 'Waarempel, gij zijt een van hen: ge zijt immers ook (een) Galileeër.' Maar hij begon te vloeken en te zweren: 'Ik ken die mens niet, waar gij het over hebt.' 94 Voor de Romeinse landvoogd Pilatus verhoorde Jezus. En de hogepriesters klaagden hem aan vanwege politieke rebellie. Maar Jezus antwoordde niet, zodat Pilatus zich verbaasde. Ter gelegenheid van het feest schonk Pilatus (zoals gebruikelijk) een gevangene de vrijheid, om wiens gratiëring het volk kon verzoeken. Dus trok de menigte op (naar de residentie van de landvoogd) en verzocht om vrijlating van een gevangene. Pilatus antwoordde hun: 'Als ge wilt, laat ik voor u de "koning der joden" vrij.' De menigte echter, opgehitst door de hogepriesters, riep dat hij liever Barabbas vrij zou laten. Deze was een man, die samen met opstandelingen in de gevangenis lag, die tijdens de (recente) opstand een moord hadden gepleegd. Daarop liet Pilatus Barabbas vrij. Jezus echter liet hij geselen en gaf hem over om gekruisigd te worden. 95 Bespotting door de soldaten De soldaten brachten Jezus naar het pretorium. Ze trokken hem een purperen mantel aan en zetten hem een doornenkroon, die zij gevlochten hadden, op. Ze begroetten hem met 'Heil u, koning der joden' en betoonden hem eer, door voor hem op hun knieën te vallen. Nadat ze hem bespot hadden, ontdeden zij hem van de purperen mantel en trokken hem zijn eigen kleren weer aan. 96 Kruisiging Zij voerden Jezus (uit het pretorium en uit de stad) weg. Ze dwongen een voorbijganger, die van het veld kwam, een zekere Simon, een Cyreneeer (Simon van Cyrene), de vader van A1exander en van Rufus, de kruisbalk voor hem te dragen. Ze brachten hem naar de plaats Golgota, wat Schedelplaats betekent, en wilden hem een verdovende drank, met mirre gekruide wijn, geven, maar hij nam hem niet aan. Ze kruisigden hem. Het was negen uur in de morgen toen ze hem kruisigden. De reden van zijn veroordeling stond in het opschrift: 'De koning der joden'. Samen met hem kruisigden ze twee bandieten, de een rechts, de ander links van hem. Omstanders hoonden hem. De soldaten verdeelden zijn kleren onderling, door te dobbelen om wie wat zou nemen. Met luider stemme bad Jezus de stervenspsalm Eloi, Eloi, lema sabachtani' (Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten?). Er keken ook vrouwen op een afstand toe, onder hen Maria van Magdala, Maria, de vrouw van Jakobus de Kleine, Maria de moeder van Joses, en Salome, die hem in Galilea gevolgd waren en hem hadden gediend, alsmede andere vrouwen, die met hem naar Jeruzalem waren getrokken.
__________________
Politiek is vloeibare geschiedenis, geschiedenis is gestolde politiek |
|
|
|
|
|
#84 |
|
Parlementslid
Geregistreerd: 4 juli 2002
Berichten: 1.771
|
VI Jezus' laatste dagen
97 Reddende ingreep van Jozef van Arimatea en Nikodemus l. Tegen drie uur in de middag drenkte iemand (uit de met Jezus bevriende kring van Jozef van Arimatea en van Nikodemus) een spons met een (sterk verdovende) drank, stak deze op een lans en gaf Jezus te drinken. Daarop slaakte Jezus een luide kreet,(raakte bewusteloos,) en zijn hoofd zonk voorover op zijn borst. Allen die er omheen stonden geloofden dat Jezus nu gestorven was. 2. De soldaten braken van de beiden, die met Jezus gekruisigd waren, de benen, opdat zij niet op sabbat nog levend aan de kruisen bleven hangen. Maar toen ze bij Jezus kwamen, merkten zij, dat hij al gestorven was, zij braken zij n benen niet; een van de soldaten stak een lans in zijn zijde. 3. Toen ging Jozef van Arimatea, een aanzienlijk lid van de (Hoge) Raad, naar Pilatus en verzocht hem om het lichaam van Jezus. Pilatus verbaasde zich echter dat Jezus al zou zijn gestorven. Maar toen hij van de hoofdman-over-honderd vernam dat Jezus al dood was, schonk hij Jozefhet lijk. 4. Jozef van Arimatea en Nikodemus hadden al voorbereidingen getroffen voor de noodzakelijke behandeling van Jezus in een nieuwe grafkamer, die in een nabijgelegen hof uit de rots was gehouwen: de aankoop van ongeveer 33 kilogram van een melange van geneeskruiden, mirre en aloe, linnen zwachtels en een kostbaar linnen. 5. Zij namen nu Jezus van het kruis af en brachten hem naar dat rotsgra£ Daar hulden zij Jezus in (kompressen met) mirre en aloe en sloegen daaroverheen het grote linnen om zijn lichaam. 6. Maria van Magdala en Maria, de moeder van Joses, zagen, waar Jezus was neergelegd; zij zaten tegenover het graf. 98 Het lege graf l. Op de eerste dag van de week, de zon kwam juist op, gingen Maria van Magdala, Maria, de moeder van Jakobus, en Salome naar het graf, om Jezus te balsemen. Zij vroegen zich af: 'Wie zal voor ons die zware steen voor de ingang van het grafwegrollen?' (Maar) toen zagen ze dat deze was weggenomen. Maria van Magdala snelde naar Simon Petrus en Johannes en zei tot hen: 'Ze hebben de Heer uit het graf weggenomen, en wij weten niet, waar ze hem hebben neergelegd.' De beide andere vrouwen echter gingen het graf (de grafkamer) binnen en vonden geen lichaam. Ze waren radeloos. Toen schrokken zij: want opeens traden twee jonge mannen in wit gewaad op hen toe en zeiden: 'Schrikt niet! Gij zoekt Jezus van Nazaret, die gekruisigd werd. Hij is ontwaakt en leeft. Hij is niet hier. Zie daar de plek, waar ze hem hadden neergelegd.' Toen gingen zij naar buiten en vluchtten van het graf weg. Schrik en ontsteltenis hadden hen aangegrepen, en zij zeiden er niemand iets van. 2.(Na wat Maria van Magdala tot hen gesproken had) snelden Petrus en Johannes naar het graf. Johannes kwam daar als eerste, boog zich voorover en zag de zwachtels liggen, ging echter niet naar binnen. Toen kwam Petrus, ging het graf binnen, zag eveneens de zwachtels, maar ook een linnen, dat dichtgevouwen op een aparte plek lag. Zij keerden radeloos terug naar huis. 99 Maria van Magdala ziet Jezus terug Maria van Magdala bleef bij het graf en weende. Toen vroegen twee mannen in wit gewaad haar, waarom ze huilde. Ze antwoordde: 'Omdat ze Jezus hebben weggenomen, en ik weet niet waar ze hem hebben neergelegd.' Daarna draaide zij zich om en zag Jezus voor haar staan, maar herkende hem niet; zij meende dat het de tuinman was. Hij sprak tot haar: 'Vrouw, waarom huilt ge?' Ze antwoordde hem: 'Als gij hem weggedragen hebt, zeg mij dan, waar ge hem hebt neergelegd. Dan zal ik hem halen.' Jezus sprak tot haar: 'Maria!' Toen herkende ze hem en zei tot hem: 'Raboeni', dat betekent: mijn Meester'. En Jezus sprak tot haar: 'Raak mij niet aan! Ik ben nog niet gestorven. Maar ga naar de broeders en zeg hun, dat ik weldra zal sterven.' Maria ging naar de leerlingen van Jezus en berichtte dat zij Jezus had gezien en wat hij haar had gezegd. Doch zij geloofden haar niet. 100 Jezus' leerlingen zien hem terug 1. Op een avond stond Jezus opeens voor zijn leerlingen en begroette hen met: 'Vrede zij met u.' Zij schrokken en werden door angst aangegrepen. Zij meenden een geest te zien. Jezus sprak tot hen: 'Weest niet ontsteld, ziet mijn handen en voeten. Ik ben het zelf. Betast mij: een geest heeft geen lichaam.' Hij toonde hun zijn handen en voeten. Maar zij konden het van blijdschap nog (maar) altijd niet geloven en stonden verbaasd. Toen sprak Jezus tot hen: 'Hebt ge iets te eten?' Zij gaven hem een stuk geroosterde vis. Hij nam het en at het voor hun ogen op. 2. Thomas, die Tweeling werd genoemd, was die dag niet bij hen. Ze zeiden tot hem: 'Wij hebben de Heer gezien.' Maar hij antwoordde: 'Als ik niet in zijn handen de littekens van de nagelen zie en met mijn vingers aanraak en mijn hand in zijn zijde leg, zal ik dat nooit ofte nimmer geloven.' Acht dagen later waren de leerlingen weer samen, en Thomas was er (nu) ook bij. Toen kwam Jezus terug, begroette hen met: 'Vrede zij met u' en sprak tot Thomas: 'Leg uwvingers op mijn handen en in mijn zijde,' En Thomas zei tot hem: 'Mijn Heer!' 3. Twee van Jezus' leerlingen waren onderweg van Jeruzalem naar Emmaüs. Zij spraken met elkaar over al datgene wat (de afgelopen dagen in Jeruzalem) gebeurd was. Dan voegde Jezus zich bij hen en ging met hen mee; maar zij herkenden hem niet. Hij luisterde naar hen en vroeg hun, over welke gebeurtenissen zij spraken. Toen bleven ze (met) bedroefd (gelaat) staan. Een van hen, zijn naam was Kleopas, antwoordde hem: 'Zijt gij dan de enige in Jeruzalem, die niet weet, wat daar dezer dagen is geschied?' En hij sprak tot hen: 'Wat dan?' Zij antwoordden hem: 'Dat met Jezus van Nazaret, die een profeet was, machtig in woord en daad, en hoe hij ter dood veroordeeld en gekruisigd is. Wij hebben gehoopt, dat hij het is, die Israël zal verlossen.' Toen sprak hij langdurig met hen, en in hun harten ontvlamde nieuwe moed. Toen zij het dorp naderden, deed Jezus alsof hij verder zou gaan. Zij drongen bij hem aan: 'Blijf bij ons, want de avond is immers nabij, (en) de dag loopt ten einde.' Jezus ging met hen de herberg in, en zij aten en dronken tezamen. Toen herkenden zij hem ineens, maar hij nam afscheid van hen. De beiden keerden dadelijk terug naar Jeruzalem en vertelden Jezus' leerlingen wat zij hadden meegemaakt. 101 Afscheid en Jezus' heengaan Jezus sprak tot zijn leerlingen: 'God heeft mij Zijn volmacht verleend. Gaat uit en verkondigt alle volkeren de Blijde Boodschap van het Rijk Gods en maakt alle mensen mijn leerlingen. Ik zal bij u zijn alle dagen tot aan de voleinding der wereld.' Na deze woorden zegende hij hen; en nog terwijl hij hen zegende, stierf hij. Twee mannen in een wit gewaad, die erbij waren, troostten hen.
__________________
Politiek is vloeibare geschiedenis, geschiedenis is gestolde politiek |
|
|
|
|
|
#85 |
|
Parlementslid
Geregistreerd: 4 juli 2002
Berichten: 1.771
|
VII De Pinkstergebeurtenis
Al Jezus' leerlingen waren in een huis bijeen. Daar scheen het hun toe, alsof opeens uit de hemel een gedruis kwam als van een aanrazende storm, die het hele huis waarin zij waren, vulde. Zij zagen tongen als van vuur, die zich deelden en zich op een ieder van hen vestigden. En allen werden van de heilige Geest vervuld. Daarop trad Petrus met de andere elf leerlingen van Jezus voor de (toegelopen) menigte, verhief zijn stem en sprak tot haar: 'Gij allen, bewoners van Jeruzalem! Dit zij u verkondigd, verneemt mijn woorden. Het hele volk van Israel moet de waarheid kennen: God heeft Jezus, juist die Jezus, die gij gekruisigd hebt, Heer en Zijn Gezalfde gemaakt!' En zeer vele toehoorders werden op die dag leerlingen van Jezus.
__________________
Politiek is vloeibare geschiedenis, geschiedenis is gestolde politiek |
|
|
|
|
|
#86 |
|
Parlementslid
Geregistreerd: 4 juli 2002
Berichten: 1.771
|
Darwin, om het de lezers en ook wat makkelijker te maken ben ik zo vrij geweest om deze teksten dan ook hier te publiceren.
Prima informatie trouwens!
__________________
Politiek is vloeibare geschiedenis, geschiedenis is gestolde politiek |
|
|
|
|
|
#87 |
|
Vreemdeling
|
Waauw de bijbel online op politics LOL. Kijk ik versta dat mensen geloven en heb daar ook veel respect voor. Ben trouwens zelf nog heel katholiek geweest ben 5 keer naar Lourdes in Frankrijk geweest. Bij mij is de grote ommekeer er gekomen op 11 september het was daarvoor ook al bezig maar dat heeft me echt doen inzien dat godsdienst enkel tot doel heeft oorlog te voeren. Kijk naar Israël en naar Noord-Ierland. Ik ben tegen oorlog praat zo een dingen uit. Vroeger waren er de kruistochten nu de bom aanslagen en terreur. Op die wijze kan ik absoluut niet meer geloven. Ik heb respect voor de mensen die er nog opelijk durven voor uitkomen maar deze mensen moeten ook respect hebben voor de niet of ex gelovigen.
|
|
|
|
|
|
#88 |
|
Staatssecretaris
Geregistreerd: 14 augustus 2002
Berichten: 2.701
|
Nog wat commentaar op het volgend Koraan-citaat:
“[4.34] Mannen zijn voogden over de vrouwen omdat Allah de enen boven de anderen heeft doen uitmunten en omdat zij van hun rijkdommen besteden. Deugdzame vrouwen zijn dus zij, die gehoorzaam zijn en heimelijk bewaren, hetgeen Allah onder haar hoede heeft gesteld. En degenen, van wie gij ongehoorzaamheid vreest, wijst haar terecht en laat haar in haar bedden alleen en *tuchtigt* haar. Als zij u dan daarna gehoorzamen, zoekt geen weg tegen haar. Waarlijk, Allah is Verheven, Groot. “ Dit citaat lijkt ondubbelzinnig te bevestigen dat volgens de Koraan vrouwen die eventueel ongehoorzaam zouden kunnen zijn, moeten worden getuchtigd. Dat is een duidelijke richtlijn voor het uitoefenen van fysiek geweld, waarvoor geen equivalent is te vinden in het Nieuw Testament (Paulus vindt wel dat de vrouwen moeten zwijgen in de kerk - Cor.I, 14, 34-35, maar er is nergens sprake van een richtlijn om te slaan of ander fysiek geweld uit te oefenen). --------- We moeten echter controleren of we de passage niet verkeerd verstaan. Een representatieve voorbeeld van islamitische commentaar , zoals te vinden op het internet: http://www.metimes.com/issue99-44/co...tay_silent.htm “THE RIGHT TO BEAT Husbands also think that they have the right to hit their wives, since they think Islam gives them the green light to do so. In fact, many believe that according to Islam, hitting one's wife is the only way to ensure proper behavior. Several Muslim theologians, however, refute this interpretation, saying that the "hitting" is permitted in Sura 4,34 of the Quran, "As to those women on whose part ye fear disloyalty and ill conduct, admonish them [first], [next] refuse to share their beds. And last beat them," (4,34) by no means permits brutally beating someone. "It all depends on how each school of thought interprets the Quran. What is meant by hitting, is a light slap on the hand and not brutal beating," said Ahmed Hassanien, professor of Sharia (Islamic law) at Al Azhar University.” Besluit: Wij verstaan het artikel niet verkeerd. De vrouw mag volgens de Koraan dus wel degelijk worden geslagen, al bestaan er theologische meningsverschillen over de toegelaten kracht van de slagen. ---------------- Het meest indrukwekkend vond ik echter de vaststelling, dat op talloze websites gewoon wordt ontkend dat er in de heilige teksten van de Koraan een ondubbelzinnige grond is te vinden voor het slaan van vrouwen, zelfs indien ze gehoorzaam zijn. Nog indrukwekkender vind ik het feit, dat op heel wat politiek correcte websites dit gegeven gewoonweg wordt ontkend of verzwegen. Een typisch voorbeeld: de beste aller moslimwerelden, beschreven op een anti-racistische site: http://www.australiansagainstracism.org/resources8.html ... “Is it true that Islam oppresses women? Islam gave women unprecedented rights: • Equality in spiritual matters • The right to an independent identity (Muslim women, traditionally, do not change their name when they marry) • The right to own property • The right to inherit property and leave property to be inherited • The right to education • The right to earn a living There are many examples from early Muslim history of women who worked for a living, held public office, were renowned for their learning and taught both men and women, assumed leadership positions and even fought in battle. However (as has happened in other religious systems, including Christianity) over the years patriarchal customs eroded women’s Islamic rights so that they were almost entirely forgotten in many Muslim societies. As a result, women are denied their rights to education, employment and ownership of property in many places and are kept subservient to men. This is the effect of culture and custom and not Islamic teaching, although some conservative people justify their attitudes in religious terms. For example, some people use the Quranic requirement for modesty to justify requiring women to hide their whole bodies under a burqa or to exclude women and girls from higher education or employment on the grounds that it would be immodest for them to be in the same room as unrelated males. Where these views predominate, women’s lives are unduly restricted. In progressive Muslim societies today – Malaysia is a good example - women are able to participate in business, education and public life as freely as women participate in these areas in Australia”. ... Met andere woorden: er is geen vuiltje aan de lucht, en de enige problemen die bestaan worden veroorzaakt - net als in het christendom - doordat de oorspronkelijke leer in vele moslim-samenlevingen werd vergeten. Over vers 4:34 geen woord. Ik vind dit pure misleiding.
__________________
WIJ LEVEN NIET IN EEN DEMOCRATIE, WIJ LEVEN IN EEN PARTICRATIE |
|
|
|
|
|
#89 | |
|
Partijlid
Geregistreerd: 4 juli 2002
Berichten: 254
|
Citaat:
|
|
|
|
|
|
|
#90 | |
|
Minister-President
|
Citaat:
ik wil u zeggen dat bijna iedereen naar een dominee is gaan luisteren, de communie heeft gedaan! De kerken zaten bomvol, als er nood is zijn de mensen gelovig ( in de oorlogen zaten ze ook bomvol ), maar als alles "goed" gaat, dan niet! Thomas |
|
|
|
|
|
|
#91 |
|
Vreemdeling
Geregistreerd: 12 april 2002
Berichten: 2
|
Betreffende Godsdienst.
Verstandige mensen zouden moeten verstaan dat we geen enkel kennis hebben van zowel ons zonnestelsel of het Heelaal. Denken dat er een mysterieus IETS het universum zou geschapen hebben is totaal onlogisch.Waar was dat IETS dan voor de schepping? Waarom zou hij het Heeleel geschapen hebben? Neen er bestaat geen IETS,de mens ,ttz het leven is een toevallig verschijsel welke in uitzonderlijke omstandigheden kan onstaan. Een verstandig mens moet leren het leven te aanvaarden met al het aangename en het onaangenaame,dat is de enige levenskunst. Tegen pilaren gaan babelen of smeken heeft nooit en zal nooi iets bijbrengen. Maar de mensen zijn vanuit de wieg gehersenspoeld met jesuke of mahometje of schivatje of boudhatje en dragen dat gans hun leven met zich omdat ze dom zijn en niets willen leren of onderzoeken.Daardoor zijn ze en blijven ze de prooi van de shamaans. Ik heb medelijden met die mensen. amen en uit.[/b] |
|
|
|
|
|
#92 | |
|
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 19 juni 2002
Berichten: 43.125
|
Citaat:
Teveel laatste-oordeelsvisioenen van 'latter-day-saints' gelezen? Of heeft vader de wiet-doos niet goed gesloten, en zat jij stiekem aan zijn fijne Maroq? Of heeft moeder de spacecake toch iets te hard gekruid? Of stookt er iemand illegaal fijne graanjenever ten uwen huize????? |
|
|
|
|
|
|
#93 |
|
Parlementslid
Geregistreerd: 4 juli 2002
Berichten: 1.771
|
Dourack, u slaagt er in om de meeste fouten in één posting te schrijven. U verdient een lap rond uw oren!
__________________
Politiek is vloeibare geschiedenis, geschiedenis is gestolde politiek |
|
|
|
|
|
#94 |
|
Provinciaal Statenlid
|
god heeft de mens geschapen?
god is alwetend? op beide vragen is het antwoord ja, of dat hebben die katloten mij toch proberen wijs te maken. maar god heeft de mens niet perfect gemaakt, hij heeft hem een paar zwakheden gegeven. (zie ik met mijn eigen ogen, ondervind ik ook aan mijn eigen) indien god alwetend was zou hij toch moeten geweten hebben tot wat die zwakheden zouden leiden dus wou hij van den beginne al geen perfecte wereld en is hij dus niet het goede hemzelf. (logische conclusie) in de het nieuwe testament staat mischien niet zoveel verkeerd, maar hun god (net zoals die van bijna alle godsdiensten) heeft wel alle miserie hier bewust gecreëerd. met mijn stelling probeer ik eigenlijk niets specifiek te bewijzen, behalve dan dat er iets serieus mis is met hetgeen al de godsdiensten beweren.
__________________
ge verziekt de maatschappij! |
|
|
|
|
|
#95 | |
|
Gouverneur
Geregistreerd: 4 juli 2002
Berichten: 1.115
|
Citaat:
|
|
|
|
|
|
|
#96 |
|
Provinciaal Statenlid
|
aangezien god alwetend is had hij dat moeten weten toen hij die vrije wil gaf.
aangezien er in den beginnen enkel god was, is satan dan ook door god geschapen?
__________________
ge verziekt de maatschappij! |
|
|
|
|
|
#97 | |
|
Parlementslid
Geregistreerd: 4 juli 2002
Berichten: 1.771
|
Citaat:
Geloven mag van mij, maar zie eens in dat de wereld een fysisch onstaan kent en geen schepping van een of andere god is. Eens je daar kan in komen dan kan geloof gezien worden als een aannemelijke hobby. Eerder niet. Want zo schuw je de biologische realiteit.
__________________
Politiek is vloeibare geschiedenis, geschiedenis is gestolde politiek |
|
|
|
|
|
|
#98 |
|
Minister-President
|
Ik geloof en daarmee basta, en wie heeft daarmee problemen mee, niemand? ok, thx!
thomas |
|
|
|
|
|
#99 | |
|
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 19 juni 2002
Berichten: 43.125
|
Citaat:
Dat zie ik nu eens perfect zitten. Ik begrijp plots ook het ontstaan van een god(heid). Die is er dan eveneens gekomen door des mensen verering van hem God is dus ook een menselijk concept, verwekt door een biochemisch patroon in het synaptisch netwerk van de menselijke hersenenactiviteit. Hij bestaat als electrogalvanische stroompjes in het hoofd van zijn bedenkers! Uiteraard dus enkel zolang er aan hem (of haar) gedacht wordt...... Bedankt om het verlichtende inzicht aan te reiken. |
|
|
|
|
|
|
#100 | |
|
Gouverneur
Geregistreerd: 4 juli 2002
Berichten: 1.115
|
Citaat:
Uw verdere pseudo-wetenschappelijke uitlatingen maken weinig indruk op mij en vallen eerder onder een van de redenen om u hier op het forum een gele kaart te bezorgen. ("kwetsend") |
|
|
|
|