Dies:
http://www.vub.ac.be/TOR/main/public...s/t2002_16.pdf
Citaat:
Leerlingen uit gemengde scholen zijn
minder traditioneel in hun rolopvattingen dan hun collega’s in niet-gemengde scholen en
dit na controle voor verschillen in recruteringsbasis en allerlei schoolkenmerken.
Hoewel dit onderzoek niet het laatste woord heeft in de discussie of gemengd of nietgemengd
onderwijs beter is en ook niet pretendeert aan te tonen dat de emancipatie van de
vrouw kan gebeuren via het verplicht mengen van onze scholen, kan men wel besluiten dat
leerlingen uit gemengde scholen in hun opvattingen over de rolpatronen van man en vrouw
minder conservatief zijn dan leerlingen uit niet-gemengde scholen. Dit positieve resultaat
voor gemengde scholen is fortuinlijk vermits gemengd onderwijs nu een onomkeerbaar
gegeven is. Dit feit maakt het echter ook haast onmogelijk om hier in België nog verder
onderzoek naar de invloed van het al dan niet gemengd zijn van een school te doen.
|
Dit onderzoek lijkt mijn vermoeden te bevestigen dat gemengd onderwijs een belangrijke maatschappelijke meerwaarde kan geven.
http://www.klasse.be/archieven/archi...il&nr=5667
Citaat:
|
Het blijkt immers dat vooral jongens voordeel hebben bij gemengd onderwijs. De positieve leerattitudes van de meisjes hebben een gunstig effect op hen. De meisjes daarentegen raken makkelijker in de verdrukking in een gemengde klas.
|
Dit lijkt in tegenspraak met de stelling dat vooral of enkel jongens gediscrimineerd zouden worden door gemengd onderwijs.
http://www.ond.vlaanderen.be/obpwo/p...20luik%201.htm
Citaat:
...
Toch kunnen we zonder meer besluiten dat de grotere schoolachterstand van jongens in vergelijking met meisjes geen nieuw verschijnsel is. We beschikken zelfs over duidelijke aanwijzingen dat de geslachtsverschillen inzake schoolachterstand de laatste decennia zijn afgenomen, vooral in het lager onderwijs, waar deze problematiek al grotendeels is opgelost.
...
Samenvattend kunnen we stellen dat de achterstand van meisjes inzake scholarisatie volledig is ingehaald. Dit was een geleidelijk proces, waarbij meisjes de bestaande achterstanden hebben bijgebeend op steeds hogere niveaus. Hierdoor is de aandacht verschoven naar de prestaties van jongens en meisjes tijdens de schoolloopbaan. Zo is er recent, ook in andere landen, veel ongerustheid over de slechtere schoolprestaties van jongens. Nochtans gaat het, althans in Vlaanderen, niet om een nieuw verschijnsel.
...
In de door ons bestudeerde scholen varieerde het percentage meisjes van 0,5 procent tot 100 procent. Noch voor jongens, noch voor meisjes - weergegeven in respectievelijk modellen 5a en 5b - blijkt een overwicht van meisjes (of jongens) een voordelige of een nadelige invloed te hebben op de schoolprestaties. De geslachtsratio van de leerlingen kan bijgevolg het differentieel presteren niet verklaren. Ook de geslachtsratio van leerkrachten (modellen 6a en 6b in tabel 1), heeft geen significante invloed op de studieresultaten van jongens of meisjes. De conclusie die hieruit voortvloeit is dat de feminisering van het onderwijs geen directe oorzaak is van het differentieel presteren van jongens en meisjes.
...
Uit dit eindmodel kunnen we concluderen dat het hoofdzakelijk de houdingen en de schoolcultuur zijn die het differentieel presteren verklaren. Machohoudingen en een negatieve schoolcultuur waarin machohoudingen dominant zijn en er weinig wordt geparticipeerd in het schoolleven, blijken schadelijk voor de studieprestaties van leerlingen. Daarmee wordt een volledige verklaring geboden voor het genderverschil in de gehanteerde indicator van schoolprestaties, aangezien er geen statistisch significant effect van de sekse op het differentieel presteren rest.
|
Dit lijkt mij een degelijk onderzoek en de conclusies spreken voor zich, denk ik.
28 mei 2004, 11:16
