![]() |
Registreren kan je hier. Problemen met registreren of reageren op de berichten? Een verloren wachtwoord? Gelieve een mail te zenden naar [email protected] met vermelding van je gebruikersnaam. |
|
Registreer | FAQ | Forumreglement | Ledenlijst |
Godsdienst en levensovertuiging In dit forum kan je discussiëren over diverse godsdiensten en levensovertuigingen. |
![]() |
|
Discussietools |
![]() |
#101 | |
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 3 juni 2004
Berichten: 22.119
|
![]() Citaat:
Natuurlijk is dit niet zo. Hij kan geen vierkante cirkel maken of een ronde driehoek; dat is met zichzelf in tegenspraak. Maar de idee van Gods almacht lijkt wel in te houden, dat Hij alles kan wat niet duidelijk met zichzelf in tegenspraak is. Een subtieler probleem is aan de orde in een andere vraag: kan God een steen scheppen die zo zwaar is dat hij hem niet kan optillen? Als Hij zo’n steen niet kan scheppen dat is Hij niet almachtig, maar als Hij het wel zou kunnen, zou God ook niet de Almachtige zijn, want Hij kan de steen niet opheffen. Zulke logische verkenningen zijn onmisbaar waardevol, omdat ze laten zien hoe moeilijk het is om over God te spreken. Een van de belangrijkste regels van de theologie is dat men zich zorgvuldig rekenschap heeft van wat woorden betekenen. Woorden met een bepaalde algemene betekenis hebben soms specifieke, subtiele of genuanceerde betekenis in een theologische context. ‘Almacht’ is daar een uitstekend voorbeeld van. Kijk, je zou nu kunnen zeggen: “ Als God goed is, dan zou Hij zijn schepselen volmaakt gelukkig willen zien, en als Hij almachtig is, kan hij doen wat Hij wil. Maar de schepselen zijn niet gelukkig dus; God is niet goed, of niet almachtig, of geen van beide.” Maar deze redenering is gebaseerd op een verkeerd beeld van Gods almacht en eigenlijk lijkt het wel een beetje op het eerste voorbeeld van de vierkante cirkel. Ik leg uit waarom. Almachtig zijn betekent niet dat je alles kan. Zodra God gekozen heeft om bepaalde dingen te doen of te laten zijn andere mogelijkheden uitgesloten. Een almachtige God, in de zin van een God die alles kan, is niet voor logica vatbaar. Sommigen zullen zeggen dat God ons verstand te boven gaat, wat ik uiteraard onderschrijf, maar toch geloof ik dat men het geloof ook door de rede kan onderzoeken. Als je zegt: “God kan een schepsel een vrije wil geven en tegelijkertijd die vrije wil onthouden, slaag je er niet in om iets van betekenis over God te zeggen. Zinloze woordcombinaties, krijgen niet plotseling zin omdat wij er de woorden ‘God kan’ voorzetten. Het blijft waar dat alle ‘dingen’ mogelijk zijn bij God: maar de intrinsieke onmogelijkheden zijn geen ‘dingen’ maar ‘nietsen’. God kan dus niets doen wat logisch onmogelijk is. Maar ik ga nog verder: God kan niets doen wat in tegenspraak is met zijn goddelijke natuur. Het is niet alleen de logica, maar het is Gods natuur zelf, waar door Hij sommige dingen niet kan doen. Almacht in de spreekwoordelijke betekenis, van de macht om alles te kunnen, is niet noodzakelijker wijs iets goed. Als God op die manier almachtig was, zou hij kunnen liegen of onrecht plegen. Maar het is zonneklaar dat dit niet overeenkomt met de christelijke opvatting over God. Ik bedoel dit. Er wordt vaak gezegd dat God almachtig is. Maar het is moeilijk te begrijpen waarom, omdat het onzeker is, wat er bedoeld wordt, wanneer men zegt ‘God kan alles doen’… Als we zeggen dat God almachtig is, omdat Hij alles kan doen waar toe Hij in staat is, hebben we een cirkelredenering; dan zeggen we niets meer dan dat God almachtig is omdat Hij almachtig is…. Zondigen is tekortschieten in een volmaakte handeling. Kunnen zondigen is dus een tekort kunnen schieten in een handeling, het heen niet strookt met almacht. Juist omdat God almachtig is kan Hij niet zondigen. Je zou nu kunnen zeggen dat God in zijn diepste wezen eigenlijk onderworpen is aan een factor, die hem dwingt om betrouwbaar te handelen. Wat dan weer op zich Zijn vrijheid beperkt en Hem tot on-god maakt. Maar de betrouwbaarheid van God is verankerd in de goddelijke natuur zelf. God handelt niet betrouwbaar omdat iets of iemand Hem daartoe dwingt, maar omdat Hij zelf opzettelijk en in vrijheid heeft verkozen om zo te handelen. Dit betekent dat je kunt spreken van een soort absolute macht, die verwijst naar de mogelijkheden die God had, voor Hij enige handeling of ordening van de wereld had gekozen, maar ook van een geordineerde macht van God die verwijst naar de stand van zaken nu, waarin de orde weerspiegelt is, die God heeft vastgesteld. Dit zijn niet twee mogelijkheden die God nu nog heeft, Het zijn verschillende momenten in de heilsgeschiedenis. We hebben te maken met de manier waarop God nu de dingen ordent. Dit onderscheid is moeilijk maar wel belangrijk. Daarom ga ik er nog wat dieper op in. Neem nu een eerste situatie waarin God alle mogelijkheden voor Hem ziet, bijvoorbeeld al of niet de wereld te scheppen. God kan voor alle mogelijkheden kiezen, dat is de absolute macht van God. Maar eens de mogelijkheid gekozen en tot stand gebracht komen we in een situatie van geordineerde almacht van God. Een situatie waarin zijn almacht beperkt is door zijn eigen besluit. Wat ik bedoel is dat God wanneer God bepaalde keuzen maakt, Hij moet besluiten om andere besluiten niet te actualiseren. Het kiezen van het ene is het verwerpen van het andere. Zodra God ervoor kiest om de wereld te scheppen is de mogelijkheid om deze niet te scheppen terzijde gesteld. Dit betekent dat God ooit eens dingen kon doen die Hij nu niet meer kan doen. God had kunnen besluiten om de wereld niet te scheppen, maar Hij heeft die keuze opzettelijk verworpen. Die verwerping betekent dat die mogelijkheid nu niet meer openstaat. Dit lijkt op het eerste gezicht tot een paradoxale situatie te leiden. Vanwege de goddelijke almacht is God nu niet meer in staat iets te doen. Door Zijn macht uit te oefenen heeft Hij zijn keuzen beperkt. Voor mij staat vast dat God niet alles kan. God heeft opzettelijk de mogelijkheden beperkt. Is dat een tegenstrijdigheid? Nee. Als God werkelijk alles kan doen, dan moet Hij zich ook kunnen verbinden aan een bepaald plan en daarbij blijven. Volgens mijn mening is het zelfs zo dat ‘het kwade’ de tegenpool van wat God is, is ontstaan uit datgene wat God niet wil. Ik zie ‘het kwaad’ als een al even mysterieuze kracht die zijn oorsprong vindt in datgene wat God niet wilde toen Hij schiep. Dat ‘nietige’ is wat de wil van God weerspreekt. Het is niet ‘niets’, maar datgene wat dreigt met ‘vernietsen’, en dat dus een bedreiging is uit de doeleinden van God met de wereld. Datgene wat Gods plan tegenspreekt zowel met de wereld al met het leven van de individuele mens. Dit brengt ons bij verschillende entiteiten in de godenwereld, maar ook onder mensen. De wereld zoals wij die nu kennen als organisch geheel is dynamisch en niet statisch; er gebeurt iets. De werkelijkheid is opgebouwd uit blokken van actuele entiteiten of actuele gebeurtenissen en wordt dus gekenmerkt door wording, verandering, gebeuren. Al deze entiteiten hebben een zekere vrijheid om zich te ontwikkelen en beïnvloedt te worden door hun omgeving. Het proces van ontwikkeling wordt dus afgeschilderd tegen een achtergrond van blijvende orde, die beschouwd wordt al een voor groei onmisbaar regelend principe. Zo is ook God een entiteit, van andere entiteiten te onderscheiden, omdat Hij niet alleen almachtig is maar ook onvergankelijk. Andere entiteiten zijn van beperkte duur; God is permanent. Het oorzakelijk verband, tussen Goed en kwaad is dus niet een kwestie van entiteiten die gedwongen zijn op een bepaalde manier van handelen; het is een kwestie van invloed en overreding. Entiteiten beïnvloeden elkaar, maar dan op een ‘dipolaire wijze’, mentaal en fysiek. Dit geld ook voor God. God kan alleen ‘overredend’ handelen, binnen de grenzen van het proces zelf. God ‘houdt zich aan de regels’ van het proces. Zoals God andere entiteiten beïnvloedt zo wordt Hij zelf door hen beïnvloed. God is een mede-lijdend God die ons begrijpt. Deze manier van denken, geeft dan ook meteen een verklaring aan het natuurlijk kwaad zoals aardbevingen, hongersnoden en andere natuurrampen. God kan alleen pogen het proces van binnenuit, door overreding of aantrekkingskracht, te beïnvloeden. Iedere entiteit geniet een zekere mate van vrijheid en creativiteit, en God kan die niet doorbreken. Het is zo dat de individuele componenten van de wereld, vrij zijn om goddelijke pogingen tot beïnvloeding of overreding te negeren. Zij zijn niet verplicht om God te gehoorzamen. God is dus noch voor het morele, noch voor het natuurlijke kwaad verantwoordelijk. Om te besluiten wil ik nog iets zeggen over het fenomeen 'tijd', omdat dit ook Paulus |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#102 | |
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 3 juni 2004
Berichten: 22.119
|
![]() Citaat:
Natuurlijk is dit niet zo. Hij kan geen vierkante cirkel maken of een ronde driehoek; dat is met zichzelf in tegenspraak. Maar de idee van Gods almacht lijkt wel in te houden, dat Hij alles kan wat niet duidelijk met zichzelf in tegenspraak is. Een subtieler probleem is aan de orde in een andere vraag: kan God een steen scheppen die zo zwaar is dat hij hem niet kan optillen? Als Hij zo’n steen niet kan scheppen dat is Hij niet almachtig, maar als Hij het wel zou kunnen, zou God ook niet de Almachtige zijn, want Hij kan de steen niet opheffen. Zulke logische verkenningen zijn onmisbaar waardevol, omdat ze laten zien hoe moeilijk het is om over God te spreken. Een van de belangrijkste regels van de theologie is dat men zich zorgvuldig rekenschap heeft van wat woorden betekenen. Woorden met een bepaalde algemene betekenis hebben soms specifieke, subtiele of genuanceerde betekenis in een theologische context. ‘Almacht’ is daar een uitstekend voorbeeld van. Kijk, je zou nu kunnen zeggen: “ Als God goed is, dan zou Hij zijn schepselen volmaakt gelukkig willen zien, en als Hij almachtig is, kan hij doen wat Hij wil. Maar de schepselen zijn niet gelukkig dus; God is niet goed, of niet almachtig, of geen van beide.” Maar deze redenering is gebaseerd op een verkeerd beeld van Gods almacht en eigenlijk lijkt het wel een beetje op het eerste voorbeeld van de vierkante cirkel. Ik leg uit waarom. Almachtig zijn betekent niet dat je alles kan. Zodra God gekozen heeft om bepaalde dingen te doen of te laten zijn andere mogelijkheden uitgesloten. Een almachtige God, in de zin van een God die alles kan, is niet voor logica vatbaar. Sommigen zullen zeggen dat God ons verstand te boven gaat, wat ik uiteraard onderschrijf, maar toch geloof ik dat men het geloof ook door de rede kan onderzoeken. Als je zegt: “God kan een schepsel een vrije wil geven en tegelijkertijd die vrije wil onthouden, slaag je er niet in om iets van betekenis over God te zeggen. Zinloze woordcombinaties, krijgen niet plotseling zin omdat wij er de woorden ‘God kan’ voorzetten. Het blijft waar dat alle ‘dingen’ mogelijk zijn bij God: maar de intrinsieke onmogelijkheden zijn geen ‘dingen’ maar ‘nietsen’. God kan dus niets doen wat logisch onmogelijk is. Maar ik ga nog verder: God kan niets doen wat in tegenspraak is met zijn goddelijke natuur. Het is niet alleen de logica, maar het is Gods natuur zelf, waar door Hij sommige dingen niet kan doen. Almacht in de spreekwoordelijke betekenis, van de macht om alles te kunnen, is niet noodzakelijker wijs iets goed. Als God op die manier almachtig was, zou hij kunnen liegen of onrecht plegen. Maar het is zonneklaar dat dit niet overeenkomt met de christelijke opvatting over God. Ik bedoel dit. Er wordt vaak gezegd dat God almachtig is. Maar het is moeilijk te begrijpen waarom, omdat het onzeker is, wat er bedoeld wordt, wanneer men zegt ‘God kan alles doen’… Als we zeggen dat God almachtig is, omdat Hij alles kan doen waar toe Hij in staat is, hebben we een cirkelredenering; dan zeggen we niets meer dan dat God almachtig is omdat Hij almachtig is…. Zondigen is tekortschieten in een volmaakte handeling. Kunnen zondigen is dus een tekort kunnen schieten in een handeling, het heen niet strookt met almacht. Juist omdat God almachtig is kan Hij niet zondigen. Je zou nu kunnen zeggen dat God in zijn diepste wezen eigenlijk onderworpen is aan een factor, die hem dwingt om betrouwbaar te handelen. Wat dan weer op zich Zijn vrijheid beperkt en Hem tot on-god maakt. Maar de betrouwbaarheid van God is verankerd in de goddelijke natuur zelf. God handelt niet betrouwbaar omdat iets of iemand Hem daartoe dwingt, maar omdat Hij zelf opzettelijk en in vrijheid heeft verkozen om zo te handelen. Dit betekent dat je kunt spreken van een soort absolute macht, die verwijst naar de mogelijkheden die God had, voor Hij enige handeling of ordening van de wereld had gekozen, maar ook van een geordineerde macht van God die verwijst naar de stand van zaken nu, waarin de orde weerspiegelt is, die God heeft vastgesteld. Dit zijn niet twee mogelijkheden die God nu nog heeft, Het zijn verschillende momenten in de heilsgeschiedenis. We hebben te maken met de manier waarop God nu de dingen ordent. Dit onderscheid is moeilijk maar wel belangrijk. Daarom ga ik er nog wat dieper op in. Neem nu een eerste situatie waarin God alle mogelijkheden voor Hem ziet, bijvoorbeeld al of niet de wereld te scheppen. God kan voor alle mogelijkheden kiezen, dat is de absolute macht van God. Maar eens de mogelijkheid gekozen en tot stand gebracht komen we in een situatie van geordineerde almacht van God. Een situatie waarin zijn almacht beperkt is door zijn eigen besluit. Wat ik bedoel is dat God wanneer God bepaalde keuzen maakt, Hij moet besluiten om andere besluiten niet te actualiseren. Het kiezen van het ene is het verwerpen van het andere. Zodra God ervoor kiest om de wereld te scheppen is de mogelijkheid om deze niet te scheppen terzijde gesteld. Dit betekent dat God ooit eens dingen kon doen die Hij nu niet meer kan doen. God had kunnen besluiten om de wereld niet te scheppen, maar Hij heeft die keuze opzettelijk verworpen. Die verwerping betekent dat die mogelijkheid nu niet meer openstaat. Dit lijkt op het eerste gezicht tot een paradoxale situatie te leiden. Vanwege de goddelijke almacht is God nu niet meer in staat iets te doen. Door Zijn macht uit te oefenen heeft Hij zijn keuzen beperkt. Voor mij staat vast dat God niet alles kan. God heeft opzettelijk de mogelijkheden beperkt. Is dat een tegenstrijdigheid? Nee. Als God werkelijk alles kan doen, dan moet Hij zich ook kunnen verbinden aan een bepaald plan en daarbij blijven. Volgens mijn mening is het zelfs zo dat ‘het kwade’ de tegenpool van wat God is, is ontstaan uit datgene wat God niet wil. Ik zie ‘het kwaad’ als een al even mysterieuze kracht die zijn oorsprong vindt in datgene wat God niet wilde toen Hij schiep. Dat ‘nietige’ is wat de wil van God weerspreekt. Het is niet ‘niets’, maar datgene wat dreigt met ‘vernietsen’, en dat dus een bedreiging is uit de doeleinden van God met de wereld. Datgene wat Gods plan tegenspreekt zowel met de wereld al met het leven van de individuele mens. Dit brengt ons bij verschillende entiteiten in de godenwereld, maar ook onder mensen. De wereld zoals wij die nu kennen als organisch geheel is dynamisch en niet statisch; er gebeurt iets. De werkelijkheid is opgebouwd uit blokken van actuele entiteiten of actuele gebeurtenissen en wordt dus gekenmerkt door wording, verandering, gebeuren. Al deze entiteiten hebben een zekere vrijheid om zich te ontwikkelen en beïnvloedt te worden door hun omgeving. Het proces van ontwikkeling wordt dus afgeschilderd tegen een achtergrond van blijvende orde, die beschouwd wordt al een voor groei onmisbaar regelend principe. Zo is ook God een entiteit, van andere entiteiten te onderscheiden, omdat Hij niet alleen almachtig is maar ook onvergankelijk. Andere entiteiten zijn van beperkte duur; God is permanent. Het oorzakelijk verband, tussen Goed en kwaad is dus niet een kwestie van entiteiten die gedwongen zijn op een bepaalde manier van handelen; het is een kwestie van invloed en overreding. Entiteiten beïnvloeden elkaar, maar dan op een ‘dipolaire wijze’, mentaal en fysiek. Dit geld ook voor God. God kan alleen ‘overredend’ handelen, binnen de grenzen van het proces zelf. God ‘houdt zich aan de regels’ van het proces. Zoals God andere entiteiten beïnvloedt zo wordt Hij zelf door hen beïnvloed. God is een mede-lijdend God die ons begrijpt. Deze manier van denken, geeft dan ook meteen een verklaring aan het natuurlijk kwaad zoals aardbevingen, hongersnoden en andere natuurrampen. God kan alleen pogen het proces van binnenuit, door overreding of aantrekkingskracht, te beïnvloeden. Iedere entiteit geniet een zekere mate van vrijheid en creativiteit, en God kan die niet doorbreken. Het is zo dat de individuele componenten van de wereld, vrij zijn om goddelijke pogingen tot beïnvloeding of overreding te negeren. Zij zijn niet verplicht om God te gehoorzamen. God is dus noch voor het morele, noch voor het natuurlijke kwaad verantwoordelijk. Om te besluiten wil ik nog iets zeggen over het fenomeen 'tijd', omdat dit ook al Paulus |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#103 | |
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 3 juni 2004
Berichten: 22.119
|
![]() Citaat:
Natuurlijk is dit niet zo. Hij kan geen vierkante cirkel maken of een ronde driehoek; dat is met zichzelf in tegenspraak. Maar de idee van Gods almacht lijkt wel in te houden, dat Hij alles kan wat niet duidelijk met zichzelf in tegenspraak is. Een subtieler probleem is aan de orde in een andere vraag: kan God een steen scheppen die zo zwaar is dat hij hem niet kan optillen? Als Hij zo’n steen niet kan scheppen dat is Hij niet almachtig, maar als Hij het wel zou kunnen, zou God ook niet de Almachtige zijn, want Hij kan de steen niet opheffen. Zulke logische verkenningen zijn onmisbaar waardevol, omdat ze laten zien hoe moeilijk het is om over God te spreken. Een van de belangrijkste regels van de theologie is dat men zich zorgvuldig rekenschap heeft van wat woorden betekenen. Woorden met een bepaalde algemene betekenis hebben soms specifieke, subtiele of genuanceerde betekenis in een theologische context. ‘Almacht’ is daar een uitstekend voorbeeld van. Kijk, je zou nu kunnen zeggen: “ Als God goed is, dan zou Hij zijn schepselen volmaakt gelukkig willen zien, en als Hij almachtig is, kan hij doen wat Hij wil. Maar de schepselen zijn niet gelukkig dus; God is niet goed, of niet almachtig, of geen van beide.” Maar deze redenering is gebaseerd op een verkeerd beeld van Gods almacht en eigenlijk lijkt het wel een beetje op het eerste voorbeeld van de vierkante cirkel. Ik leg uit waarom. Almachtig zijn betekent niet dat je alles kan. Zodra God gekozen heeft om bepaalde dingen te doen of te laten zijn andere mogelijkheden uitgesloten. Een almachtige God, in de zin van een God die alles kan, is niet voor logica vatbaar. Sommigen zullen zeggen dat God ons verstand te boven gaat, wat ik uiteraard onderschrijf, maar toch geloof ik dat men het geloof ook door de rede kan onderzoeken. Als je zegt: “God kan een schepsel een vrije wil geven en tegelijkertijd die vrije wil onthouden, slaag je er niet in om iets van betekenis over God te zeggen. Zinloze woordcombinaties, krijgen niet plotseling zin omdat wij er de woorden ‘God kan’ voorzetten. Het blijft waar dat alle ‘dingen’ mogelijk zijn bij God: maar de intrinsieke onmogelijkheden zijn geen ‘dingen’ maar ‘nietsen’. God kan dus niets doen wat logisch onmogelijk is. Maar ik ga nog verder: God kan niets doen wat in tegenspraak is met zijn goddelijke natuur. Het is niet alleen de logica, maar het is Gods natuur zelf, waar door Hij sommige dingen niet kan doen. Almacht in de spreekwoordelijke betekenis, van de macht om alles te kunnen, is niet noodzakelijker wijs iets goed. Als God op die manier almachtig was, zou hij kunnen liegen of onrecht plegen. Maar het is zonneklaar dat dit niet overeenkomt met de christelijke opvatting over God. Ik bedoel dit. Er wordt vaak gezegd dat God almachtig is. Maar het is moeilijk te begrijpen waarom, omdat het onzeker is, wat er bedoeld wordt, wanneer men zegt ‘God kan alles doen’… Als we zeggen dat God almachtig is, omdat Hij alles kan doen waar toe Hij in staat is, hebben we een cirkelredenering; dan zeggen we niets meer dan dat God almachtig is omdat Hij almachtig is…. Zondigen is tekortschieten in een volmaakte handeling. Kunnen zondigen is dus een tekort kunnen schieten in een handeling, het heen niet strookt met almacht. Juist omdat God almachtig is kan Hij niet zondigen. Je zou nu kunnen zeggen dat God in zijn diepste wezen eigenlijk onderworpen is aan een factor, die hem dwingt om betrouwbaar te handelen. Wat dan weer op zich Zijn vrijheid beperkt en Hem tot on-god maakt. Maar de betrouwbaarheid van God is verankerd in de goddelijke natuur zelf. God handelt niet betrouwbaar omdat iets of iemand Hem daartoe dwingt, maar omdat Hij zelf opzettelijk en in vrijheid heeft verkozen om zo te handelen. Dit betekent dat je kunt spreken van een soort absolute macht, die verwijst naar de mogelijkheden die God had, voor Hij enige handeling of ordening van de wereld had gekozen, maar ook van een geordineerde macht van God die verwijst naar de stand van zaken nu, waarin de orde weerspiegelt is, die God heeft vastgesteld. Dit zijn niet twee mogelijkheden die God nu nog heeft, Het zijn verschillende momenten in de heilsgeschiedenis. We hebben te maken met de manier waarop God nu de dingen ordent. Dit onderscheid is moeilijk maar wel belangrijk. Daarom ga ik er nog wat dieper op in. Neem nu een eerste situatie waarin God alle mogelijkheden voor Hem ziet, bijvoorbeeld al of niet de wereld te scheppen. God kan voor alle mogelijkheden kiezen, dat is de absolute macht van God. Maar eens de mogelijkheid gekozen en tot stand gebracht komen we in een situatie van geordineerde almacht van God. Een situatie waarin zijn almacht beperkt is door zijn eigen besluit. Wat ik bedoel is dat God wanneer God bepaalde keuzen maakt, Hij moet besluiten om andere besluiten niet te actualiseren. Het kiezen van het ene is het verwerpen van het andere. Zodra God ervoor kiest om de wereld te scheppen is de mogelijkheid om deze niet te scheppen terzijde gesteld. Dit betekent dat God ooit eens dingen kon doen die Hij nu niet meer kan doen. God had kunnen besluiten om de wereld niet te scheppen, maar Hij heeft die keuze opzettelijk verworpen. Die verwerping betekent dat die mogelijkheid nu niet meer openstaat. Dit lijkt op het eerste gezicht tot een paradoxale situatie te leiden. Vanwege de goddelijke almacht is God nu niet meer in staat iets te doen. Door Zijn macht uit te oefenen heeft Hij zijn keuzen beperkt. Voor mij staat vast dat God niet alles kan. God heeft opzettelijk de mogelijkheden beperkt. Is dat een tegenstrijdigheid? Nee. Als God werkelijk alles kan doen, dan moet Hij zich ook kunnen verbinden aan een bepaald plan en daarbij blijven. Volgens mijn mening is het zelfs zo dat ‘het kwade’ de tegenpool van wat God is, is ontstaan uit datgene wat God niet wil. Ik zie ‘het kwaad’ als een al even mysterieuze kracht die zijn oorsprong vindt in datgene wat God niet wilde toen Hij schiep. Dat ‘nietige’ is wat de wil van God weerspreekt. Het is niet ‘niets’, maar datgene wat dreigt met ‘vernietsen’, en dat dus een bedreiging is uit de doeleinden van God met de wereld. Datgene wat Gods plan tegenspreekt zowel met de wereld al met het leven van de individuele mens. Dit brengt ons bij verschillende entiteiten in de godenwereld, maar ook onder mensen. De wereld zoals wij die nu kennen als organisch geheel is dynamisch en niet statisch; er gebeurt iets. De werkelijkheid is opgebouwd uit blokken van actuele entiteiten of actuele gebeurtenissen en wordt dus gekenmerkt door wording, verandering, gebeuren. Al deze entiteiten hebben een zekere vrijheid om zich te ontwikkelen en beïnvloedt te worden door hun omgeving. Het proces van ontwikkeling wordt dus afgeschilderd tegen een achtergrond van blijvende orde, die beschouwd wordt al een voor groei onmisbaar regelend principe. Zo is ook God een entiteit, van andere entiteiten te onderscheiden, omdat Hij niet alleen almachtig is maar ook onvergankelijk. Andere entiteiten zijn van beperkte duur; God is permanent. Het oorzakelijk verband, tussen Goed en kwaad is dus niet een kwestie van entiteiten die gedwongen zijn op een bepaalde manier van handelen; het is een kwestie van invloed en overreding. Entiteiten beïnvloeden elkaar, maar dan op een ‘dipolaire wijze’, mentaal en fysiek. Dit geld ook voor God. God kan alleen ‘overredend’ handelen, binnen de grenzen van het proces zelf. God ‘houdt zich aan de regels’ van het proces. Zoals God andere entiteiten beïnvloedt zo wordt Hij zelf door hen beïnvloed. God is een mede-lijdend God die ons begrijpt. Deze manier van denken, geeft dan ook meteen een verklaring aan het natuurlijk kwaad zoals aardbevingen, hongersnoden en andere natuurrampen. God kan alleen pogen het proces van binnenuit, door overreding of aantrekkingskracht, te beïnvloeden. Iedere entiteit geniet een zekere mate van vrijheid en creativiteit, en God kan die niet doorbreken. Het is zo dat de individuele componenten van de wereld, vrij zijn om goddelijke pogingen tot beïnvloeding of overreding te negeren. Zij zijn niet verplicht om God te gehoorzamen. God is dus noch voor het morele, noch voor het natuurlijke kwaad verantwoordelijk. Om te besluiten wil ik nog iets zeggen over het fenomeen 'tijd', omdat dit ook al aan Paulus |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#104 | |
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 3 juni 2004
Berichten: 22.119
|
![]() Citaat:
Natuurlijk is dit niet zo. Hij kan geen vierkante cirkel maken of een ronde driehoek; dat is met zichzelf in tegenspraak. Maar de idee van Gods almacht lijkt wel in te houden, dat Hij alles kan wat niet duidelijk met zichzelf in tegenspraak is. Een subtieler probleem is aan de orde in een andere vraag: kan God een steen scheppen die zo zwaar is dat hij hem niet kan optillen? Als Hij zo’n steen niet kan scheppen dat is Hij niet almachtig, maar als Hij het wel zou kunnen, zou God ook niet de Almachtige zijn, want Hij kan de steen niet opheffen. Zulke logische verkenningen zijn onmisbaar waardevol, omdat ze laten zien hoe moeilijk het is om over God te spreken. Een van de belangrijkste regels van de theologie is dat men zich zorgvuldig rekenschap heeft van wat woorden betekenen. Woorden met een bepaalde algemene betekenis hebben soms specifieke, subtiele of genuanceerde betekenis in een theologische context. ‘Almacht’ is daar een uitstekend voorbeeld van. Kijk, je zou nu kunnen zeggen: “ Als God goed is, dan zou Hij zijn schepselen volmaakt gelukkig willen zien, en als Hij almachtig is, kan hij doen wat Hij wil. Maar de schepselen zijn niet gelukkig dus; God is niet goed, of niet almachtig, of geen van beide.” Maar deze redenering is gebaseerd op een verkeerd beeld van Gods almacht en eigenlijk lijkt het wel een beetje op het eerste voorbeeld van de vierkante cirkel. Ik leg uit waarom. Almachtig zijn betekent niet dat je alles kan. Zodra God gekozen heeft om bepaalde dingen te doen of te laten zijn andere mogelijkheden uitgesloten. Een almachtige God, in de zin van een God die alles kan, is niet voor logica vatbaar. Sommigen zullen zeggen dat God ons verstand te boven gaat, wat ik uiteraard onderschrijf, maar toch geloof ik dat men het geloof ook door de rede kan onderzoeken. Als je zegt: “God kan een schepsel een vrije wil geven en tegelijkertijd die vrije wil onthouden, slaag je er niet in om iets van betekenis over God te zeggen. Zinloze woordcombinaties, krijgen niet plotseling zin omdat wij er de woorden ‘God kan’ voorzetten. Het blijft waar dat alle ‘dingen’ mogelijk zijn bij God: maar de intrinsieke onmogelijkheden zijn geen ‘dingen’ maar ‘nietsen’. God kan dus niets doen wat logisch onmogelijk is. Maar ik ga nog verder: God kan niets doen wat in tegenspraak is met zijn goddelijke natuur. Het is niet alleen de logica, maar het is Gods natuur zelf, waar door Hij sommige dingen niet kan doen. Almacht in de spreekwoordelijke betekenis, van de macht om alles te kunnen, is niet noodzakelijker wijs iets goed. Als God op die manier almachtig was, zou hij kunnen liegen of onrecht plegen. Maar het is zonneklaar dat dit niet overeenkomt met de christelijke opvatting over God. Ik bedoel dit. Er wordt vaak gezegd dat God almachtig is. Maar het is moeilijk te begrijpen waarom, omdat het onzeker is, wat er bedoeld wordt, wanneer men zegt ‘God kan alles doen’… Als we zeggen dat God almachtig is, omdat Hij alles kan doen waar toe Hij in staat is, hebben we een cirkelredenering; dan zeggen we niets meer dan dat God almachtig is omdat Hij almachtig is…. Zondigen is tekortschieten in een volmaakte handeling. Kunnen zondigen is dus een tekort kunnen schieten in een handeling, het heen niet strookt met almacht. Juist omdat God almachtig is kan Hij niet zondigen. Je zou nu kunnen zeggen dat God in zijn diepste wezen eigenlijk onderworpen is aan een factor, die hem dwingt om betrouwbaar te handelen. Wat dan weer op zich Zijn vrijheid beperkt en Hem tot on-god maakt. Maar de betrouwbaarheid van God is verankerd in de goddelijke natuur zelf. God handelt niet betrouwbaar omdat iets of iemand Hem daartoe dwingt, maar omdat Hij zelf opzettelijk en in vrijheid heeft verkozen om zo te handelen. Dit betekent dat je kunt spreken van een soort absolute macht, die verwijst naar de mogelijkheden die God had, voor Hij enige handeling of ordening van de wereld had gekozen, maar ook van een geordineerde macht van God die verwijst naar de stand van zaken nu, waarin de orde weerspiegelt is, die God heeft vastgesteld. Dit zijn niet twee mogelijkheden die God nu nog heeft, Het zijn verschillende momenten in de heilsgeschiedenis. We hebben te maken met de manier waarop God nu de dingen ordent. Dit onderscheid is moeilijk maar wel belangrijk. Daarom ga ik er nog wat dieper op in. Neem nu een eerste situatie waarin God alle mogelijkheden voor Hem ziet, bijvoorbeeld al of niet de wereld te scheppen. God kan voor alle mogelijkheden kiezen, dat is de absolute macht van God. Maar eens de mogelijkheid gekozen en tot stand gebracht komen we in een situatie van geordineerde almacht van God. Een situatie waarin zijn almacht beperkt is door zijn eigen besluit. Wat ik bedoel is dat God wanneer God bepaalde keuzen maakt, Hij moet besluiten om andere besluiten niet te actualiseren. Het kiezen van het ene is het verwerpen van het andere. Zodra God ervoor kiest om de wereld te scheppen is de mogelijkheid om deze niet te scheppen terzijde gesteld. Dit betekent dat God ooit eens dingen kon doen die Hij nu niet meer kan doen. God had kunnen besluiten om de wereld niet te scheppen, maar Hij heeft die keuze opzettelijk verworpen. Die verwerping betekent dat die mogelijkheid nu niet meer openstaat. Dit lijkt op het eerste gezicht tot een paradoxale situatie te leiden. Vanwege de goddelijke almacht is God nu niet meer in staat iets te doen. Door Zijn macht uit te oefenen heeft Hij zijn keuzen beperkt. Voor mij staat vast dat God niet alles kan. God heeft opzettelijk de mogelijkheden beperkt. Is dat een tegenstrijdigheid? Nee. Als God werkelijk alles kan doen, dan moet Hij zich ook kunnen verbinden aan een bepaald plan en daarbij blijven. Volgens mijn mening is het zelfs zo dat ‘het kwade’ de tegenpool van wat God is, is ontstaan uit datgene wat God niet wil. Ik zie ‘het kwaad’ als een al even mysterieuze kracht die zijn oorsprong vindt in datgene wat God niet wilde toen Hij schiep. Dat ‘nietige’ is wat de wil van God weerspreekt. Het is niet ‘niets’, maar datgene wat dreigt met ‘vernietsen’, en dat dus een bedreiging is uit de doeleinden van God met de wereld. Datgene wat Gods plan tegenspreekt zowel met de wereld al met het leven van de individuele mens. Dit brengt ons bij verschillende entiteiten in de godenwereld, maar ook onder mensen. De wereld zoals wij die nu kennen als organisch geheel is dynamisch en niet statisch; er gebeurt iets. De werkelijkheid is opgebouwd uit blokken van actuele entiteiten of actuele gebeurtenissen en wordt dus gekenmerkt door wording, verandering, gebeuren. Al deze entiteiten hebben een zekere vrijheid om zich te ontwikkelen en beïnvloedt te worden door hun omgeving. Het proces van ontwikkeling wordt dus afgeschilderd tegen een achtergrond van blijvende orde, die beschouwd wordt al een voor groei onmisbaar regelend principe. Zo is ook God een entiteit, van andere entiteiten te onderscheiden, omdat Hij niet alleen almachtig is maar ook onvergankelijk. Andere entiteiten zijn van beperkte duur; God is permanent. Het oorzakelijk verband, tussen Goed en kwaad is dus niet een kwestie van entiteiten die gedwongen zijn op een bepaalde manier van handelen; het is een kwestie van invloed en overreding. Entiteiten beïnvloeden elkaar, maar dan op een ‘dipolaire wijze’, mentaal en fysiek. Dit geld ook voor God. God kan alleen ‘overredend’ handelen, binnen de grenzen van het proces zelf. God ‘houdt zich aan de regels’ van het proces. Zoals God andere entiteiten beïnvloedt zo wordt Hij zelf door hen beïnvloed. God is een mede-lijdend God die ons begrijpt. Deze manier van denken, geeft dan ook meteen een verklaring aan het natuurlijk kwaad zoals aardbevingen, hongersnoden en andere natuurrampen. God kan alleen pogen het proces van binnenuit, door overreding of aantrekkingskracht, te beïnvloeden. Iedere entiteit geniet een zekere mate van vrijheid en creativiteit, en God kan die niet doorbreken. Het is zo dat de individuele componenten van de wereld, vrij zijn om goddelijke pogingen tot beïnvloeding of overreding te negeren. Zij zijn niet verplicht om God te gehoorzamen. God is dus noch voor het morele, noch voor het natuurlijke kwaad verantwoordelijk. Om te besluiten wil ik nog iets zeggen over het fenomeen 'tijd', omdat dit ook al aan bod Paulus |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#105 | |
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 3 juni 2004
Berichten: 22.119
|
![]() Citaat:
Natuurlijk is dit niet zo. Hij kan geen vierkante cirkel maken of een ronde driehoek; dat is met zichzelf in tegenspraak. Maar de idee van Gods almacht lijkt wel in te houden, dat Hij alles kan wat niet duidelijk met zichzelf in tegenspraak is. Een subtieler probleem is aan de orde in een andere vraag: kan God een steen scheppen die zo zwaar is dat hij hem niet kan optillen? Als Hij zo’n steen niet kan scheppen dat is Hij niet almachtig, maar als Hij het wel zou kunnen, zou God ook niet de Almachtige zijn, want Hij kan de steen niet opheffen. Zulke logische verkenningen zijn onmisbaar waardevol, omdat ze laten zien hoe moeilijk het is om over God te spreken. Een van de belangrijkste regels van de theologie is dat men zich zorgvuldig rekenschap heeft van wat woorden betekenen. Woorden met een bepaalde algemene betekenis hebben soms specifieke, subtiele of genuanceerde betekenis in een theologische context. ‘Almacht’ is daar een uitstekend voorbeeld van. Kijk, je zou nu kunnen zeggen: “ Als God goed is, dan zou Hij zijn schepselen volmaakt gelukkig willen zien, en als Hij almachtig is, kan hij doen wat Hij wil. Maar de schepselen zijn niet gelukkig dus; God is niet goed, of niet almachtig, of geen van beide.” Maar deze redenering is gebaseerd op een verkeerd beeld van Gods almacht en eigenlijk lijkt het wel een beetje op het eerste voorbeeld van de vierkante cirkel. Ik leg uit waarom. Almachtig zijn betekent niet dat je alles kan. Zodra God gekozen heeft om bepaalde dingen te doen of te laten zijn andere mogelijkheden uitgesloten. Een almachtige God, in de zin van een God die alles kan, is niet voor logica vatbaar. Sommigen zullen zeggen dat God ons verstand te boven gaat, wat ik uiteraard onderschrijf, maar toch geloof ik dat men het geloof ook door de rede kan onderzoeken. Als je zegt: “God kan een schepsel een vrije wil geven en tegelijkertijd die vrije wil onthouden, slaag je er niet in om iets van betekenis over God te zeggen. Zinloze woordcombinaties, krijgen niet plotseling zin omdat wij er de woorden ‘God kan’ voorzetten. Het blijft waar dat alle ‘dingen’ mogelijk zijn bij God: maar de intrinsieke onmogelijkheden zijn geen ‘dingen’ maar ‘nietsen’. God kan dus niets doen wat logisch onmogelijk is. Maar ik ga nog verder: God kan niets doen wat in tegenspraak is met zijn goddelijke natuur. Het is niet alleen de logica, maar het is Gods natuur zelf, waar door Hij sommige dingen niet kan doen. Almacht in de spreekwoordelijke betekenis, van de macht om alles te kunnen, is niet noodzakelijker wijs iets goed. Als God op die manier almachtig was, zou hij kunnen liegen of onrecht plegen. Maar het is zonneklaar dat dit niet overeenkomt met de christelijke opvatting over God. Ik bedoel dit. Er wordt vaak gezegd dat God almachtig is. Maar het is moeilijk te begrijpen waarom, omdat het onzeker is, wat er bedoeld wordt, wanneer men zegt ‘God kan alles doen’… Als we zeggen dat God almachtig is, omdat Hij alles kan doen waar toe Hij in staat is, hebben we een cirkelredenering; dan zeggen we niets meer dan dat God almachtig is omdat Hij almachtig is…. Zondigen is tekortschieten in een volmaakte handeling. Kunnen zondigen is dus een tekort kunnen schieten in een handeling, het heen niet strookt met almacht. Juist omdat God almachtig is kan Hij niet zondigen. Je zou nu kunnen zeggen dat God in zijn diepste wezen eigenlijk onderworpen is aan een factor, die hem dwingt om betrouwbaar te handelen. Wat dan weer op zich Zijn vrijheid beperkt en Hem tot on-god maakt. Maar de betrouwbaarheid van God is verankerd in de goddelijke natuur zelf. God handelt niet betrouwbaar omdat iets of iemand Hem daartoe dwingt, maar omdat Hij zelf opzettelijk en in vrijheid heeft verkozen om zo te handelen. Dit betekent dat je kunt spreken van een soort absolute macht, die verwijst naar de mogelijkheden die God had, voor Hij enige handeling of ordening van de wereld had gekozen, maar ook van een geordineerde macht van God die verwijst naar de stand van zaken nu, waarin de orde weerspiegelt is, die God heeft vastgesteld. Dit zijn niet twee mogelijkheden die God nu nog heeft, Het zijn verschillende momenten in de heilsgeschiedenis. We hebben te maken met de manier waarop God nu de dingen ordent. Dit onderscheid is moeilijk maar wel belangrijk. Daarom ga ik er nog wat dieper op in. Neem nu een eerste situatie waarin God alle mogelijkheden voor Hem ziet, bijvoorbeeld al of niet de wereld te scheppen. God kan voor alle mogelijkheden kiezen, dat is de absolute macht van God. Maar eens de mogelijkheid gekozen en tot stand gebracht komen we in een situatie van geordineerde almacht van God. Een situatie waarin zijn almacht beperkt is door zijn eigen besluit. Wat ik bedoel is dat God wanneer God bepaalde keuzen maakt, Hij moet besluiten om andere besluiten niet te actualiseren. Het kiezen van het ene is het verwerpen van het andere. Zodra God ervoor kiest om de wereld te scheppen is de mogelijkheid om deze niet te scheppen terzijde gesteld. Dit betekent dat God ooit eens dingen kon doen die Hij nu niet meer kan doen. God had kunnen besluiten om de wereld niet te scheppen, maar Hij heeft die keuze opzettelijk verworpen. Die verwerping betekent dat die mogelijkheid nu niet meer openstaat. Dit lijkt op het eerste gezicht tot een paradoxale situatie te leiden. Vanwege de goddelijke almacht is God nu niet meer in staat iets te doen. Door Zijn macht uit te oefenen heeft Hij zijn keuzen beperkt. Voor mij staat vast dat God niet alles kan. God heeft opzettelijk de mogelijkheden beperkt. Is dat een tegenstrijdigheid? Nee. Als God werkelijk alles kan doen, dan moet Hij zich ook kunnen verbinden aan een bepaald plan en daarbij blijven. Volgens mijn mening is het zelfs zo dat ‘het kwade’ de tegenpool van wat God is, is ontstaan uit datgene wat God niet wil. Ik zie ‘het kwaad’ als een al even mysterieuze kracht die zijn oorsprong vindt in datgene wat God niet wilde toen Hij schiep. Dat ‘nietige’ is wat de wil van God weerspreekt. Het is niet ‘niets’, maar datgene wat dreigt met ‘vernietsen’, en dat dus een bedreiging is uit de doeleinden van God met de wereld. Datgene wat Gods plan tegenspreekt zowel met de wereld al met het leven van de individuele mens. Dit brengt ons bij verschillende entiteiten in de godenwereld, maar ook onder mensen. De wereld zoals wij die nu kennen als organisch geheel is dynamisch en niet statisch; er gebeurt iets. De werkelijkheid is opgebouwd uit blokken van actuele entiteiten of actuele gebeurtenissen en wordt dus gekenmerkt door wording, verandering, gebeuren. Al deze entiteiten hebben een zekere vrijheid om zich te ontwikkelen en beïnvloedt te worden door hun omgeving. Het proces van ontwikkeling wordt dus afgeschilderd tegen een achtergrond van blijvende orde, die beschouwd wordt al een voor groei onmisbaar regelend principe. Zo is ook God een entiteit, van andere entiteiten te onderscheiden, omdat Hij niet alleen almachtig is maar ook onvergankelijk. Andere entiteiten zijn van beperkte duur; God is permanent. Het oorzakelijk verband, tussen Goed en kwaad is dus niet een kwestie van entiteiten die gedwongen zijn op een bepaalde manier van handelen; het is een kwestie van invloed en overreding. Entiteiten beïnvloeden elkaar, maar dan op een ‘dipolaire wijze’, mentaal en fysiek. Dit geld ook voor God. God kan alleen ‘overredend’ handelen, binnen de grenzen van het proces zelf. God ‘houdt zich aan de regels’ van het proces. Zoals God andere entiteiten beïnvloedt zo wordt Hij zelf door hen beïnvloed. God is een mede-lijdend God die ons begrijpt. Deze manier van denken, geeft dan ook meteen een verklaring aan het natuurlijk kwaad zoals aardbevingen, hongersnoden en andere natuurrampen. God kan alleen pogen het proces van binnenuit, door overreding of aantrekkingskracht, te beïnvloeden. Iedere entiteit geniet een zekere mate van vrijheid en creativiteit, en God kan die niet doorbreken. Het is zo dat de individuele componenten van de wereld, vrij zijn om goddelijke pogingen tot beïnvloeding of overreding te negeren. Zij zijn niet verplicht om God te gehoorzamen. God is dus noch voor het morele, noch voor het natuurlijke kwaad verantwoordelijk. Om te besluiten wil ik nog iets zeggen over het fenomeen 'tijd', omdat dit ook al aan bod kwam. Paulus |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#106 | |
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 3 juni 2004
Berichten: 22.119
|
![]() Citaat:
Natuurlijk is dit niet zo. Hij kan geen vierkante cirkel maken of een ronde driehoek; dat is met zichzelf in tegenspraak. Maar de idee van Gods almacht lijkt wel in te houden, dat Hij alles kan wat niet duidelijk met zichzelf in tegenspraak is. Een subtieler probleem is aan de orde in een andere vraag: kan God een steen scheppen die zo zwaar is dat hij hem niet kan optillen? Als Hij zo’n steen niet kan scheppen dat is Hij niet almachtig, maar als Hij het wel zou kunnen, zou God ook niet de Almachtige zijn, want Hij kan de steen niet opheffen. Zulke logische verkenningen zijn onmisbaar waardevol, omdat ze laten zien hoe moeilijk het is om over God te spreken. Een van de belangrijkste regels van de theologie is dat men zich zorgvuldig rekenschap heeft van wat woorden betekenen. Woorden met een bepaalde algemene betekenis hebben soms specifieke, subtiele of genuanceerde betekenis in een theologische context. ‘Almacht’ is daar een uitstekend voorbeeld van. Kijk, je zou nu kunnen zeggen: “ Als God goed is, dan zou Hij zijn schepselen volmaakt gelukkig willen zien, en als Hij almachtig is, kan hij doen wat Hij wil. Maar de schepselen zijn niet gelukkig dus; God is niet goed, of niet almachtig, of geen van beide.” Maar deze redenering is gebaseerd op een verkeerd beeld van Gods almacht en eigenlijk lijkt het wel een beetje op het eerste voorbeeld van de vierkante cirkel. Ik leg uit waarom. Almachtig zijn betekent niet dat je alles kan. Zodra God gekozen heeft om bepaalde dingen te doen of te laten zijn andere mogelijkheden uitgesloten. Een almachtige God, in de zin van een God die alles kan, is niet voor logica vatbaar. Sommigen zullen zeggen dat God ons verstand te boven gaat, wat ik uiteraard onderschrijf, maar toch geloof ik dat men het geloof ook door de rede kan onderzoeken. Als je zegt: “God kan een schepsel een vrije wil geven en tegelijkertijd die vrije wil onthouden, slaag je er niet in om iets van betekenis over God te zeggen. Zinloze woordcombinaties, krijgen niet plotseling zin omdat wij er de woorden ‘God kan’ voorzetten. Het blijft waar dat alle ‘dingen’ mogelijk zijn bij God: maar de intrinsieke onmogelijkheden zijn geen ‘dingen’ maar ‘nietsen’. God kan dus niets doen wat logisch onmogelijk is. Maar ik ga nog verder: God kan niets doen wat in tegenspraak is met zijn goddelijke natuur. Het is niet alleen de logica, maar het is Gods natuur zelf, waar door Hij sommige dingen niet kan doen. Almacht in de spreekwoordelijke betekenis, van de macht om alles te kunnen, is niet noodzakelijker wijs iets goed. Als God op die manier almachtig was, zou hij kunnen liegen of onrecht plegen. Maar het is zonneklaar dat dit niet overeenkomt met de christelijke opvatting over God. Ik bedoel dit. Er wordt vaak gezegd dat God almachtig is. Maar het is moeilijk te begrijpen waarom, omdat het onzeker is, wat er bedoeld wordt, wanneer men zegt ‘God kan alles doen’… Als we zeggen dat God almachtig is, omdat Hij alles kan doen waar toe Hij in staat is, hebben we een cirkelredenering; dan zeggen we niets meer dan dat God almachtig is omdat Hij almachtig is…. Zondigen is tekortschieten in een volmaakte handeling. Kunnen zondigen is dus een tekort kunnen schieten in een handeling, het heen niet strookt met almacht. Juist omdat God almachtig is kan Hij niet zondigen. Je zou nu kunnen zeggen dat God in zijn diepste wezen eigenlijk onderworpen is aan een factor, die hem dwingt om betrouwbaar te handelen. Wat dan weer op zich Zijn vrijheid beperkt en Hem tot on-god maakt. Maar de betrouwbaarheid van God is verankerd in de goddelijke natuur zelf. God handelt niet betrouwbaar omdat iets of iemand Hem daartoe dwingt, maar omdat Hij zelf opzettelijk en in vrijheid heeft verkozen om zo te handelen. Dit betekent dat je kunt spreken van een soort absolute macht, die verwijst naar de mogelijkheden die God had, voor Hij enige handeling of ordening van de wereld had gekozen, maar ook van een geordineerde macht van God die verwijst naar de stand van zaken nu, waarin de orde weerspiegelt is, die God heeft vastgesteld. Dit zijn niet twee mogelijkheden die God nu nog heeft, Het zijn verschillende momenten in de heilsgeschiedenis. We hebben te maken met de manier waarop God nu de dingen ordent. Dit onderscheid is moeilijk maar wel belangrijk. Daarom ga ik er nog wat dieper op in. Neem nu een eerste situatie waarin God alle mogelijkheden voor Hem ziet, bijvoorbeeld al of niet de wereld te scheppen. God kan voor alle mogelijkheden kiezen, dat is de absolute macht van God. Maar eens de mogelijkheid gekozen en tot stand gebracht komen we in een situatie van geordineerde almacht van God. Een situatie waarin zijn almacht beperkt is door zijn eigen besluit. Wat ik bedoel is dat God wanneer God bepaalde keuzen maakt, Hij moet besluiten om andere besluiten niet te actualiseren. Het kiezen van het ene is het verwerpen van het andere. Zodra God ervoor kiest om de wereld te scheppen is de mogelijkheid om deze niet te scheppen terzijde gesteld. Dit betekent dat God ooit eens dingen kon doen die Hij nu niet meer kan doen. God had kunnen besluiten om de wereld niet te scheppen, maar Hij heeft die keuze opzettelijk verworpen. Die verwerping betekent dat die mogelijkheid nu niet meer openstaat. Dit lijkt op het eerste gezicht tot een paradoxale situatie te leiden. Vanwege de goddelijke almacht is God nu niet meer in staat iets te doen. Door Zijn macht uit te oefenen heeft Hij zijn keuzen beperkt. Voor mij staat vast dat God niet alles kan. God heeft opzettelijk de mogelijkheden beperkt. Is dat een tegenstrijdigheid? Nee. Als God werkelijk alles kan doen, dan moet Hij zich ook kunnen verbinden aan een bepaald plan en daarbij blijven. Volgens mijn mening is het zelfs zo dat ‘het kwade’ de tegenpool van wat God is, is ontstaan uit datgene wat God niet wil. Ik zie ‘het kwaad’ als een al even mysterieuze kracht die zijn oorsprong vindt in datgene wat God niet wilde toen Hij schiep. Dat ‘nietige’ is wat de wil van God weerspreekt. Het is niet ‘niets’, maar datgene wat dreigt met ‘vernietsen’, en dat dus een bedreiging is uit de doeleinden van God met de wereld. Datgene wat Gods plan tegenspreekt zowel met de wereld al met het leven van de individuele mens. Dit brengt ons bij verschillende entiteiten in de godenwereld, maar ook onder mensen. De wereld zoals wij die nu kennen als organisch geheel is dynamisch en niet statisch; er gebeurt iets. De werkelijkheid is opgebouwd uit blokken van actuele entiteiten of actuele gebeurtenissen en wordt dus gekenmerkt door wording, verandering, gebeuren. Al deze entiteiten hebben een zekere vrijheid om zich te ontwikkelen en beïnvloedt te worden door hun omgeving. Het proces van ontwikkeling wordt dus afgeschilderd tegen een achtergrond van blijvende orde, die beschouwd wordt al een voor groei onmisbaar regelend principe. Zo is ook God een entiteit, van andere entiteiten te onderscheiden, omdat Hij niet alleen almachtig is maar ook onvergankelijk. Andere entiteiten zijn van beperkte duur; God is permanent. Het oorzakelijk verband, tussen Goed en kwaad is dus niet een kwestie van entiteiten die gedwongen zijn op een bepaalde manier van handelen; het is een kwestie van invloed en overreding. Entiteiten beïnvloeden elkaar, maar dan op een ‘dipolaire wijze’, mentaal en fysiek. Dit geld ook voor God. God kan alleen ‘overredend’ handelen, binnen de grenzen van het proces zelf. God ‘houdt zich aan de regels’ van het proces. Zoals God andere entiteiten beïnvloedt zo wordt Hij zelf door hen beïnvloed. God is een mede-lijdend God die ons begrijpt. Deze manier van denken, geeft dan ook meteen een verklaring aan het natuurlijk kwaad zoals aardbevingen, hongersnoden en andere natuurrampen. God kan alleen pogen het proces van binnenuit, door overreding of aantrekkingskracht, te beïnvloeden. Iedere entiteit geniet een zekere mate van vrijheid en creativiteit, en God kan die niet doorbreken. Het is zo dat de individuele componenten van de wereld, vrij zijn om goddelijke pogingen tot beïnvloeding of overreding te negeren. Zij zijn niet verplicht om God te gehoorzamen. God is dus noch voor het morele, noch voor het natuurlijke kwaad verantwoordelijk. Om te besluiten wil ik nog iets zeggen over het fenomeen 'tijd', omdat dit ook al aan bod kwam. Wat is Paulus |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#107 | |
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 3 juni 2004
Berichten: 22.119
|
![]() Citaat:
Natuurlijk is dit niet zo. Hij kan geen vierkante cirkel maken of een ronde driehoek; dat is met zichzelf in tegenspraak. Maar de idee van Gods almacht lijkt wel in te houden, dat Hij alles kan wat niet duidelijk met zichzelf in tegenspraak is. Een subtieler probleem is aan de orde in een andere vraag: kan God een steen scheppen die zo zwaar is dat hij hem niet kan optillen? Als Hij zo’n steen niet kan scheppen dat is Hij niet almachtig, maar als Hij het wel zou kunnen, zou God ook niet de Almachtige zijn, want Hij kan de steen niet opheffen. Zulke logische verkenningen zijn onmisbaar waardevol, omdat ze laten zien hoe moeilijk het is om over God te spreken. Een van de belangrijkste regels van de theologie is dat men zich zorgvuldig rekenschap heeft van wat woorden betekenen. Woorden met een bepaalde algemene betekenis hebben soms specifieke, subtiele of genuanceerde betekenis in een theologische context. ‘Almacht’ is daar een uitstekend voorbeeld van. Kijk, je zou nu kunnen zeggen: “ Als God goed is, dan zou Hij zijn schepselen volmaakt gelukkig willen zien, en als Hij almachtig is, kan hij doen wat Hij wil. Maar de schepselen zijn niet gelukkig dus; God is niet goed, of niet almachtig, of geen van beide.” Maar deze redenering is gebaseerd op een verkeerd beeld van Gods almacht en eigenlijk lijkt het wel een beetje op het eerste voorbeeld van de vierkante cirkel. Ik leg uit waarom. Almachtig zijn betekent niet dat je alles kan. Zodra God gekozen heeft om bepaalde dingen te doen of te laten zijn andere mogelijkheden uitgesloten. Een almachtige God, in de zin van een God die alles kan, is niet voor logica vatbaar. Sommigen zullen zeggen dat God ons verstand te boven gaat, wat ik uiteraard onderschrijf, maar toch geloof ik dat men het geloof ook door de rede kan onderzoeken. Als je zegt: “God kan een schepsel een vrije wil geven en tegelijkertijd die vrije wil onthouden, slaag je er niet in om iets van betekenis over God te zeggen. Zinloze woordcombinaties, krijgen niet plotseling zin omdat wij er de woorden ‘God kan’ voorzetten. Het blijft waar dat alle ‘dingen’ mogelijk zijn bij God: maar de intrinsieke onmogelijkheden zijn geen ‘dingen’ maar ‘nietsen’. God kan dus niets doen wat logisch onmogelijk is. Maar ik ga nog verder: God kan niets doen wat in tegenspraak is met zijn goddelijke natuur. Het is niet alleen de logica, maar het is Gods natuur zelf, waar door Hij sommige dingen niet kan doen. Almacht in de spreekwoordelijke betekenis, van de macht om alles te kunnen, is niet noodzakelijker wijs iets goed. Als God op die manier almachtig was, zou hij kunnen liegen of onrecht plegen. Maar het is zonneklaar dat dit niet overeenkomt met de christelijke opvatting over God. Ik bedoel dit. Er wordt vaak gezegd dat God almachtig is. Maar het is moeilijk te begrijpen waarom, omdat het onzeker is, wat er bedoeld wordt, wanneer men zegt ‘God kan alles doen’… Als we zeggen dat God almachtig is, omdat Hij alles kan doen waar toe Hij in staat is, hebben we een cirkelredenering; dan zeggen we niets meer dan dat God almachtig is omdat Hij almachtig is…. Zondigen is tekortschieten in een volmaakte handeling. Kunnen zondigen is dus een tekort kunnen schieten in een handeling, het heen niet strookt met almacht. Juist omdat God almachtig is kan Hij niet zondigen. Je zou nu kunnen zeggen dat God in zijn diepste wezen eigenlijk onderworpen is aan een factor, die hem dwingt om betrouwbaar te handelen. Wat dan weer op zich Zijn vrijheid beperkt en Hem tot on-god maakt. Maar de betrouwbaarheid van God is verankerd in de goddelijke natuur zelf. God handelt niet betrouwbaar omdat iets of iemand Hem daartoe dwingt, maar omdat Hij zelf opzettelijk en in vrijheid heeft verkozen om zo te handelen. Dit betekent dat je kunt spreken van een soort absolute macht, die verwijst naar de mogelijkheden die God had, voor Hij enige handeling of ordening van de wereld had gekozen, maar ook van een geordineerde macht van God die verwijst naar de stand van zaken nu, waarin de orde weerspiegelt is, die God heeft vastgesteld. Dit zijn niet twee mogelijkheden die God nu nog heeft, Het zijn verschillende momenten in de heilsgeschiedenis. We hebben te maken met de manier waarop God nu de dingen ordent. Dit onderscheid is moeilijk maar wel belangrijk. Daarom ga ik er nog wat dieper op in. Neem nu een eerste situatie waarin God alle mogelijkheden voor Hem ziet, bijvoorbeeld al of niet de wereld te scheppen. God kan voor alle mogelijkheden kiezen, dat is de absolute macht van God. Maar eens de mogelijkheid gekozen en tot stand gebracht komen we in een situatie van geordineerde almacht van God. Een situatie waarin zijn almacht beperkt is door zijn eigen besluit. Wat ik bedoel is dat God wanneer God bepaalde keuzen maakt, Hij moet besluiten om andere besluiten niet te actualiseren. Het kiezen van het ene is het verwerpen van het andere. Zodra God ervoor kiest om de wereld te scheppen is de mogelijkheid om deze niet te scheppen terzijde gesteld. Dit betekent dat God ooit eens dingen kon doen die Hij nu niet meer kan doen. God had kunnen besluiten om de wereld niet te scheppen, maar Hij heeft die keuze opzettelijk verworpen. Die verwerping betekent dat die mogelijkheid nu niet meer openstaat. Dit lijkt op het eerste gezicht tot een paradoxale situatie te leiden. Vanwege de goddelijke almacht is God nu niet meer in staat iets te doen. Door Zijn macht uit te oefenen heeft Hij zijn keuzen beperkt. Voor mij staat vast dat God niet alles kan. God heeft opzettelijk de mogelijkheden beperkt. Is dat een tegenstrijdigheid? Nee. Als God werkelijk alles kan doen, dan moet Hij zich ook kunnen verbinden aan een bepaald plan en daarbij blijven. Volgens mijn mening is het zelfs zo dat ‘het kwade’ de tegenpool van wat God is, is ontstaan uit datgene wat God niet wil. Ik zie ‘het kwaad’ als een al even mysterieuze kracht die zijn oorsprong vindt in datgene wat God niet wilde toen Hij schiep. Dat ‘nietige’ is wat de wil van God weerspreekt. Het is niet ‘niets’, maar datgene wat dreigt met ‘vernietsen’, en dat dus een bedreiging is uit de doeleinden van God met de wereld. Datgene wat Gods plan tegenspreekt zowel met de wereld al met het leven van de individuele mens. Dit brengt ons bij verschillende entiteiten in de godenwereld, maar ook onder mensen. De wereld zoals wij die nu kennen als organisch geheel is dynamisch en niet statisch; er gebeurt iets. De werkelijkheid is opgebouwd uit blokken van actuele entiteiten of actuele gebeurtenissen en wordt dus gekenmerkt door wording, verandering, gebeuren. Al deze entiteiten hebben een zekere vrijheid om zich te ontwikkelen en beïnvloedt te worden door hun omgeving. Het proces van ontwikkeling wordt dus afgeschilderd tegen een achtergrond van blijvende orde, die beschouwd wordt al een voor groei onmisbaar regelend principe. Zo is ook God een entiteit, van andere entiteiten te onderscheiden, omdat Hij niet alleen almachtig is maar ook onvergankelijk. Andere entiteiten zijn van beperkte duur; God is permanent. Het oorzakelijk verband, tussen Goed en kwaad is dus niet een kwestie van entiteiten die gedwongen zijn op een bepaalde manier van handelen; het is een kwestie van invloed en overreding. Entiteiten beïnvloeden elkaar, maar dan op een ‘dipolaire wijze’, mentaal en fysiek. Dit geld ook voor God. God kan alleen ‘overredend’ handelen, binnen de grenzen van het proces zelf. God ‘houdt zich aan de regels’ van het proces. Zoals God andere entiteiten beïnvloedt zo wordt Hij zelf door hen beïnvloed. God is een mede-lijdend God die ons begrijpt. Deze manier van denken, geeft dan ook meteen een verklaring aan het natuurlijk kwaad zoals aardbevingen, hongersnoden en andere natuurrampen. God kan alleen pogen het proces van binnenuit, door overreding of aantrekkingskracht, te beïnvloeden. Iedere entiteit geniet een zekere mate van vrijheid en creativiteit, en God kan die niet doorbreken. Het is zo dat de individuele componenten van de wereld, vrij zijn om goddelijke pogingen tot beïnvloeding of overreding te negeren. Zij zijn niet verplicht om God te gehoorzamen. God is dus noch voor het morele, noch voor het natuurlijke kwaad verantwoordelijk. Om te besluiten wil ik nog iets zeggen over het fenomeen 'tijd', omdat dit ook al aan bod kwam. Wat is tijd? Tijd = massa + beweging. Zonder massa, geen tijd dus en zonder beweging ook niet. Gezien God verantwoordelijk is voor zowel het ontstaan de massa als voor het begin der bewegingen, staat God boven het fenomeen 'tijd'. Meer nog, Hij is de creator daarvan. Niets beweegt uit zichzelf, maar alles wordt door iets anders bewogen. Tot men uiteindelijk niet anders kan dan uitkomen bij de onbewogen Beweger, die zelf beweegt zonder bewogen te worden. Ik stop nu want het is al veel te lang geworden. Paulus Laatst gewijzigd door Paulus : 6 mei 2006 om 08:17. |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#108 |
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 3 juni 2004
Berichten: 22.119
|
![]() Blijkbaar heb ik door een toevallige toetsencombinatie deze thread vervelends lang gemaakt. Sorry daarvoor.
Mocht de moderator van dienst op de één of andere wijze alleen de laatste post laten staan, waar ik het ook heb over het fenomeen 'tijd' in relatie tot het Godsbestaan, binnen de logica. Alvast bedankt voor het lezen Paulus. Laatst gewijzigd door Paulus : 6 mei 2006 om 08:56. |
![]() |
![]() |
![]() |
#109 | |
Eur. Commissievoorzitter
Geregistreerd: 22 februari 2004
Locatie: where the birds sing a pretty song
Berichten: 8.389
|
![]() Citaat:
Logica is de kerker van de menselijke geest. God kan wel degelijk een steen maken die zo zwaar is dat hij hem niet kan optillen, kijk maar: God maakt een steen die zo zwaar is dat hij hem niet kan optillen. Het staat er, zie je wel dat hij het kan? De taal is een fenomeen binnen de schepping van god, god is geen fenomeen binnen de taal. Zoals bomen niet kunnen vliegen, zo kunnen taal en logica niet aan god geraken. Laatst gewijzigd door Flippend Rund : 6 mei 2006 om 09:34. |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#110 | |
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 3 juni 2004
Berichten: 22.119
|
![]() Citaat:
Blijkbaar kwam ik niet goed over. Jammer. Paulus. Laatst gewijzigd door Paulus : 6 mei 2006 om 11:20. |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#111 |
Provinciaal Statenlid
Geregistreerd: 4 augustus 2005
Berichten: 612
|
![]() Om te besluiten wil ik nog iets zeggen over het fenomeen 'tijd', omdat dit ook al aan bod kwam. Wat is tijd? Tijd = massa + beweging. Zonder massa, geen tijd dus en zonder beweging ook niet. Gezien God verantwoordelijk is voor zowel het ontstaan de massa als voor het begin der bewegingen, staat God boven het fenomeen 'tijd'. Meer nog, Hij is de creator daarvan. Niets beweegt uit zichzelf, maar alles wordt door iets anders bewogen. Tot men uiteindelijk niet anders kan dan uitkomen bij de onbewogen Beweger, die zelf beweegt zonder bewogen te worden. Ik stop nu want het is al veel te lang geworden. Paulus[/quote] 8) De tijd beweegt zich in één richting: Heb het al eens geplaats maar nu nog eens . Alhoewel tijd universeel is, kan geen enkel levend mens zeggen wat Tijd is. Tijd is even onpeilbaar als ruimte. Niemand kan verklaren waar de stroom das tijds is begonnen of waarheen hij gaat. Deze dingen behoren tot de onbrensde kennis van Jehovah, van wie wordt gezegd dat Hij "van onbepaalde tijd tot onbepaalde tijd God Is. Ps.90:2. De tijd heeft evenwel bepaalde kenmerken die begrepen kunnen worden. De kennelijke snelheid waarmee hij verloopt, kan worden gemeten. Nog een kenmerk is dat hij zich slechts in één richting voortbeweegt. Net als eenrichtingverkeer beweegt de tijd zich meedogeloos in die ene richting: voorwaarts, altijd voorwaarts. Ongeacht hoe snel deze voorwaartse beweging ook mag zijn, men kan de tijd nooit in tegenovergestelde richting laten gaan. Wij leven in het tegenwoordige heden. Dit heden is echter in beweging, waarbij het voortdurend verandert in het verleden. Dit proces kan niet worden stopgezet. Het verleden: Het verleden is voorbij, het is geschiedenis en kan nooit worden herhaald. Iedere poging om het verleden terug te roepen, is even onmogelijk als te trachten een waterval omhoog te laten storten of een pijl te doen terugvliegen naar de boog die hem afschoot. Onze fouten hebben hun afdruk op de lange weg van de tijd achter gelaten, een afdruk die alleen door Jehovah kan worden uitgewist.(Jes.43:25). Evenzo hebben de goeden daden die iemand in het verleden heeft verricht, een verslag gevormd dat met de zegen van Jehovah "tot hem zal terugkeren" (Spr.12:14; 13:22). Men heeft met betrekking tot het verleden gezegevierd of verloren. Verder heeft men er in het geheel geen vat meer op. Over de goddelozen staat geschreven: Want als gras zullen zij snel verdorren, en als groen gras zullen zij verwelken. Ps.37:1-2. De toekomst: Met de toekomst is het anders gesteld. Deze komt ons altijd tegemoet. Met de hulp van Gods Woord kunnen wij hindernissen onderscheiden die voor ons opdeonen, en ons erop voorbereiden hieraan het hoofd te bieden. Wij kunnen voor ons zelf "schatten in de hemel" vergaren (Matth.6:20). Deze schatten zullen niet door de stroom des tijds worden weggespoeld. Ze zullen in ons bezit blijven en tot in een eeuwige zegenrijke toekomst blijven bestaan. Wij stellen belang in een verstandig gebruik van de tijd, aangezien dit van invloed is op deze toekomst. --- Ef.5:15-16.---. 8) Groet Ronny |
![]() |
![]() |
![]() |
#112 | ||
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 3 juni 2004
Berichten: 22.119
|
![]() Citaat:
Ik vind dat wij mekaar niet tegenspreken ronny. Als we het over 'tijd' hebben, bedoel ik dan. Paulus. |
||
![]() |
![]() |
![]() |
#113 | |
Provinciaal Statenlid
Geregistreerd: 4 augustus 2005
Berichten: 612
|
![]() Citaat:
![]() ![]() |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#114 | |
Perm. Vertegenwoordiger VN
|
![]() Citaat:
In de semitische taal wordt het woord "r-bb" gebruikt zowel als voor meester als voor de "al-machtige", het verschilt alleen van taal naar taal in dit geval binnen de semitische talen bv in het arabisch zegt men r-bb en in het aramees a-bb de r wordt eraf gevallen , a-bb opzich wordt ook gebruikt voor het begrip "vader", het begrip vader-meester-god is bijna hetzelfde in het semitisch taal want vader-meester-god is een persoonlijkheid die de hoogste rang bekleed van de maatschappij en de verwarring ermee heel groot is, alleen is het probleem door verwaarlozing van deze talen het begrip verloren gegaan een de vertalers ook te vaag zijn in hun vertalingen door hun gebrek aan de kennis van deze talen, dus god-meester is open voor misbruik(bv het misbruiken van het woord god om door het woord "vader" te vervangen worden ,bewust of onbewust) door zijn ruime interpretatie, maar voor wie de context van de bijbel-thora-psalmen-koran kent zal ook begrijpen dat de aanbidding van één god en het verafschuwing van afgoden een zuil is binnen deze vier boeken en wie aan deze zuil aanraakt is zoals het aanraken aan de boom des verderfs, waaraan adam heeft gegeten en daardoor uit de paradijs geband was,. amen. P.S: Het veranderen van een woord of klank in de semitische taal geeft helemaal en andere betekenis voor het woord ,en soms heb je de context nodig om het woord zelf te begrijpen,.
__________________
"Moslim freedom, Now !!!" "Free people around the ka3ba for a free faith around the world !" ![]() Laatst gewijzigd door Lincoln : 6 mei 2006 om 12:03. |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#115 | |
Eur. Commissievoorzitter
Geregistreerd: 22 februari 2004
Locatie: where the birds sing a pretty song
Berichten: 8.389
|
![]() Citaat:
Maar god wil begrijpen, dus god maakt de geleerde. En doorheen de geleerde probeert god het te begrijpen. Hoe zou hij het anders ooit kunnen doen? God heeft geen stel van mystieke hersens die ergens boven de werkelijkheid zweven. Laatst gewijzigd door Flippend Rund : 6 mei 2006 om 12:17. |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#116 |
Perm. Vertegenwoordiger VN
|
![]() Helaas voor u heb ik geen woorden meer.
__________________
"Moslim freedom, Now !!!" "Free people around the ka3ba for a free faith around the world !" ![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
#117 | |
Provinciaal Statenlid
Geregistreerd: 19 april 2006
Berichten: 793
|
![]() Citaat:
![]() Voor mij betekent dit dan dat ze niet beantwoorden aan de definitie van 'God'.
__________________
multiculturele samenleving: een bonte maatschappij bestaande uit een evenwichtige verdeling van vele verscheidene culturen en religies. Hierbij bestaat dan wel respekt voor de oorspronkelijke cultuur/religie van de autochtone bevolking. De multiculturele samenleving is geen biculturele samenleving bestaande uit autochtonen en daarnaast een invasiemacht van een competitieve cultuur met uitbreidingsdrang zoals de islam. '' |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#118 |
Provinciaal Statenlid
Geregistreerd: 19 april 2006
Berichten: 793
|
![]() staan deze 5 gebeden ergens in het NL te lezen?
|
![]() |
![]() |
![]() |
#119 | |
Provinciaal Statenlid
Geregistreerd: 19 april 2006
Berichten: 793
|
![]() Citaat:
__________________
multiculturele samenleving: een bonte maatschappij bestaande uit een evenwichtige verdeling van vele verscheidene culturen en religies. Hierbij bestaat dan wel respekt voor de oorspronkelijke cultuur/religie van de autochtone bevolking. De multiculturele samenleving is geen biculturele samenleving bestaande uit autochtonen en daarnaast een invasiemacht van een competitieve cultuur met uitbreidingsdrang zoals de islam. '' Laatst gewijzigd door Webcrusader : 6 mei 2006 om 21:10. |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#120 | ||
Perm. Vertegenwoordiger VN
|
![]() Citaat:
Ik zal het nog hier terug posten: Citaat:
__________________
"Moslim freedom, Now !!!" "Free people around the ka3ba for a free faith around the world !" ![]() |
||
![]() |
![]() |