7 juni 2021, 10:24
|
#41
|
Secretaris-Generaal VN
Geregistreerd: 24 februari 2009
Locatie: Grenoble, Frankrijk
Berichten: 114.740
|
Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door Walvader
De wetenschap van waarschijnlijke modellen
Fons Dewulf benadrukt dat wetenschapscommunicatie over gezondheid nooit neutraal kan zijn.
Wetenschapsfilosoof. FWO post-doctoraal onderzoeker (UGent). Fons Dewulf
Marc Van Ranst gaf in 2019 een veel?*besproken lezing over wetenschappelijke communicatie aan het beleids?*instituut Chatham House. Daarin benadrukte hij de noodzaak om in tijden van een pandemie een eenduidige boodschap te laten domineren in de media: zo vermijd je paniek en voorkom je desinformatie in de populatie. Eén cruciale vraag stelde Van Ranst zich niet: in wiens naam moet die eenduidige boodschap spreken? Op het einde van zijn lezing zei hij dat zijn a?*politieke status een belangrijke sleutel was tot zijn succes als griepcommissaris. Dit kan niet correct zijn: Van Ranst verschafte risicoanalyses aan de overheid, en elke risicoanalyse kan maar zinvol zijn als je bepaalde waarden vooropstelt, bijvoorbeeld wat je een aanvaardbare dodentol vindt, in welk deel van je populatie, enzovoort.
Het idee dat wetenschapscommunicatie over gezondheid politiek neutraal kan zijn, is een illusie. Een lockdown als strategie, bijvoorbeeld, krijgt slechts een betekenis tegenover een doelstelling en als je die afweegt tegen haar nadelen. Toen Van Ranst in oktober of maart in de media verkondigde voorstander te zijn van een nieuwe lockdown, deed hij dat niet als waardevrije spreekbuis van een waardevrije praktijk – misschien ziet hij zichzelf wel als zo’n spreekbuis, maar dat is een vergissing.
Een kwestie van waarden
Dat wil niet zeggen dat wetenschappers nooit over gezondheidsbeleid aan het woord mogen komen. Alleen zouden ze beter ook nadenken over de waarden en doelstellingen die zij centraal stellen. Daarmee komt Van Ransts project van een eenduidige ?*publieke boodschap op de helling te staan, want over waarden en doel?*stellingen verschil je snel van mening. Dat is geen ramp. Zoals wetenschappers zelf al meer dan een jaar aangeven, de politici nemen uiteindelijk de beslissingen.
In zijn lezing vermeldde Van Ranst ook kort dat het moeilijk is om beslissingen te nemen op basis van onvolledige informatie. Helaas zei hij niets over hoe je daarmee als wetenschapper moet omgaan. Opnieuw spelen waarden onherroepelijk een rol: toen de vaccinologen in januari beweerden dat het vaccin van AstraZeneca veilig was, dan bedoelden ze niet dat er nooit ernstige bijwerkingen konden optreden. Instellingen als het EMA gebruiken drempelwaarden voor de frequentie van bijwerkingen om te bepalen of een vaccin ‘veilig genoeg’ is. Je kunt die drempels hoger of lager maken naar gelang het risico dat je wilt nemen, en op basis daarvan heb je meer of minder informatie nodig om tot een beslissing te komen. De politieke en economische context waarin zo’n beslissing genomen moet worden, speelt dan een grote rol. Hoe groter de economische en sociale urgentie van het probleem, hoe meer je geneigd bent om risico te lopen bij je oplossing.
De overheid nam het voorbije jaar veel maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus, ook al had ze geen betrouwbare info over hoe effi?*ciënt die zouden zijn. Een afweging tussen het potentieel positieve en nega?*tieve effect van zo’n maatregel maak je op basis van de risico’s die je op dat ?*moment wilt nemen. Je kunt het debat over waarden, over wat gezondheidsbeleid moet doen, hier niet uit weg?*nemen.
Verkeerd zelfbeeld
In een recente lezing aan de Universiteit van Vlaanderen omschreef Niel Hens zijn modellen over de verspreiding van het virus als neutrale informatie waarmee beleidsmakers aan de slag gaan. Die naïeve voorstelling klopt niet. De wiskundige modellen functioneren slechts bij gratie van informatie over besmettingen, en die informatie is maar beschikbaar dankzij een testbeleid. Vanwege dit beleid is de gezondheid van onze lichamen al een jaar lang een constante, publieke aangelegenheid, dat is allesbehalve politiek neutraal. De informatie die de bevolking aanlevert voor Hens’ modellen heeft ingrijpend veranderd hoe wij leven. Hens zegt ook niet hoe de projecties uit die modellen worden voorgesteld aan beleidsmakers. Vanwege de vooronderstellingen van de modellen heeft elk scenario maar een bepaalde waarschijnlijkheid. Hoe moet je die waarschijnlijkheid interpreteren als beleidsmaker? En hoe wil je die scenario’s voorstellen in de media? Hens’ modellen hebben een publieke functie gekregen, maar de publieke reflectie op hun betekenis blijft achter.
We leven in een wetenschappelijke samenleving. Bijna elk aspect van ons leven is onderwerp van onderzoek dat doorstroomt naar beleid. Wetenschappelijk onderzoek en de communicatie ervan zijn deel van de publieke ruimte waarin conflict en debat over waarden centraal staan. Wetenschappers en hun instellingen kunnen maar beter het zelfbeeld ontgroeien waar zij aan de zijlijn staan van dat debat. Door hun onderzoek en hun adviezen zijn ze er onlosmakelijk mee verbonden.
BRON: De STANDAARD
|
Prachtige analyse. Waarvan het kernidee hier allang belicht werd: puur wetenschappelijk kan men enkel opties met verschillende uitkomsten voorleggen, maar de keuze tussen die uitkomsten is altijd een politieke keuze, nooit een wetenschappelijke, omdat, terecht, die afgewogen wordt aan een waardeschaal, wat inherent politiek is. Wetenschap heeft geen waardenschaal.
|
|
|