![]() |
Registreren kan je hier. Problemen met registreren of reageren op de berichten? Een verloren wachtwoord? Gelieve een mail te zenden naar [email protected] met vermelding van je gebruikersnaam. |
|
Registreer | FAQ | Forumreglement | Ledenlijst |
Buitenland Internationale onderwerpen, de politiek van de Europese lidstaten, over de werking van Europa, Europese instellingen, ... politieke en maatschappelijke discussies. |
![]() |
|
Discussietools |
![]() |
#1 |
Parlementslid
Geregistreerd: 4 april 2002
Berichten: 1.549
|
![]() Muftisme en nazisme
Mohammed Amin al-Husseini werd geboren in 1893 als zoon van de Mufti van Jeruzalem en lid van een hoog in aanzien en aristocratische familie. De Husseini familie was één van de rijkste en machtigste families binnen de rivaliserende clans in de Ottomaanse provincie Judea in Palestina. Amin al-Husseini studeerde islam wetten aan de al-Azhar universiteit, en was student bij Sjeik Muhammed Rachid Rida in Cairo. Later was kreeg hij ook nog les in de Istanbul School of Administration. In 1913 vertrok hij op pelgrimstocht naar Mekka, waar hij de eervolle titel van ‘Haj’ verwierf. Hij ging als vrijwilliger bij het Ottomaanse Turkse leger tijdens WO I, maar kwam in 1917 terug naar Jeruzalem waar hij de opportunistische zijde koos van de overwinnende Britten. Hij verwierf een reputatie als zijnde een gewelddadige, fanatieke antizionistische zeloot en werd aangehouden door de Britten als opruier en aanstichter van de Arabische aanval op Joden in 1920. De eerste Palestijnse Hoge commissionair, Sir Herbert Samuel, arriveerde in Palestina op 1 juli 1920. Hij was een zwakke figuur als administrator en te snel bereid toegevingen te doen om de extremisten en de minderheid, geleid door Haj Amin al-Husseini, te bedaren. Toen de bestaande Arabische Mufti van Jeruzalem overleed in 1921, was Samuel al zodanig door antizionistische leden binnen zijn staf beïnvloedt, dat hij al-Husseini gratie verleende en hem in januari 1922, aanstelde als nieuwe Mufti. Hij vond zelfs de nieuwe titel van ‘Groot-Mufti’ uit. In datzelfde jaar werd hij eveneens verkozen tot President van de Hoge Moslimraad. Op die manier werd Al-Husseini de religieuze en politieke leider van de Arabieren. Wat tot op heden zware consequenties ten gevolge heeft. De aanstelling van de jonge al-Husseini als Mufti legde de kiemen voor een verdere ontwikkeling in het moslimfundamentalisme. Voorafgaand aan zijn klim naar de macht, waren er actieve Arabische partijen, die een coöperatieve ontwikkeling voor Palestina met zowel Arabieren als Joden voor ogen hadden. Maar al-Husseini wou daar niks van weten, hij was overtuigde voorstander om de Joden uit Palestina te verdrijven, zonder enige compromissen, zelfs indien het de Arabieren 1000 jaar zou achterstellen. William Ziff schreef in zijn boek “The Rape of Palestine” volgende samenvatting: Wat volgt uit de (1920) verwarring was een politieke avonturier genaamd Haj Amin al-Husseini. Haj Amin was veroordeeld door het Britse gerecht tot vijftien jaar dwangarbeid. Door de politie werd oogluikend toegestaan om hem te laten ontsnappen, en hij werd een vluchteling in Syrië. Kort daarna, lieten de Britten hem toe om naar Palestina terug te keren, waar hij, ondanks de oppositie van de Moslim Hoge Raad, die hem zagen als een soort hooligan, werd Haj Amin aangeduid als Grand Mufti van Jeruzalem voor het leven. (P.22) Al-Husseini vertegenwoordigde nieuwe opkomende ideeën voor militanten van een Palestijns Arabisch nationalisme,een concept dat tot voor kort onbekend was. Eens hij de macht had gegrepen, begon hij een terreur- en intimidatiecampagne tegen iedereen die tegen zijn gevoerde politiek inging. Hij vermoordde Joden bij elke gelegenheid, maar elimineerde evengoed Arabieren die hem niet steunden in zijn geweldcampagne. Husseini wou absoluut niet negotiëren noch enige compromissen sluiten in het belang van de vrede. Als jonge man had al-Husseini samengewerkt met een autochtone Jood, Abbady, die het volgende commentaar weergaf: Onthou dit, Abbady, dit was en zal Arabisch land blijven. Wij hebben niks tegen de autochtonen van dit land (Joden met een Dhimmystatuut) , maar de vreemde invasie, de zionisten, zullen uitgeroeid worden tot de laatste man. We willen geen vooruitgang, noch voorspoed. Niets dan het zwaard zal beslissen over het lot van dit land. In 1929 braken grote Arabische rellen uit tegen de Joden in Palestina. Die begonnen toen al-Husseini de Joden valselijk beschuldigde van ontwijding en het in gevaar brengen van lokale moskeeën, inclusief de al-Aqsa moskee. De kreet ging uit van de Arabische massa: “Itbakh al-Yahud!!” --- “Slacht de Joden!!” Na het bloedbad onder de Joden in Hebron, verspreidde de Mufti foto’s van afgeslachte Joden en claimde dat de doden Arabieren waren, vermoord door de Joden. Net voor de oorlog liet de Mufti, Hanzar-troepen parachuteren in Palestina om de Joodse waterbronnen in Tel Aviv te vergiftigen. Zes prominente Arabische leiders vormden in april 1936 het Arabisch Hoger Comité, samen met de Groot-Mufti Haj Amin al-Husseini, als hoofd van deze organisatie, protesteerden ze met vereende krachten tegen de Britse steun aan de Zionistische vooruitgang in Palestina. In diezelfde maand braken rellen uit in Jaffa, wat het begin betekende van een periode van drie jaar geweld en burgerlijke strijd in Palestina, dat beter bekent staat als de ‘Arabische opstand”. Het Arabisch Hoger Comité leidde de terroristische campagne tegen Joodse en Britse doelen. Handig gebruik makend van de Arabische onrust, versterkte al-Husseini zijn controle over de Palestijnse Arabieren via een moordcampagne op Joden en niet-meegaande Arabieren . Tezelfdertijd rekruteerde hij gewapende milities, en kreeg hij financiële steun vanuit de moslimwereld door anti-joodse propaganda. In 1937 drukte de Groot-Mufti zijn solidariteit uit met Duitsland, en vroeg het Nazi-Derderijk zich te verzetten tegen de oprichting van een Joodse Staat, de Joodse immigratie naar Palestina te stoppen en de Arabische bevolking van wapens te voorzien. Als gevolg van een moordaanslag op de Britse inspecteur-generaal van de Palestijnse politiemacht en de moord door Arabische extremisten op Joden en gematigde Arabieren, werd het Arabisch Hoger Comité illegaal verklaard door de Britten. De Groot-Mufti verloor zijn presidentschap in de Hoge Moslimraad, zijn lidmaatschap bij de ‘Waqf committee’ en werd gedwongen naar Syrië te vluchten in 1937. De Britten deporteerden eveneens de Arabische burgemeester van Jeruzalem samen met nog andere leden van het Arabisch Hoger Comité. Volgens de documentatie op het Neurenberg en Eichman tribunaal, financierde nazi-Duitsland al-Hussein’s inspanningen in de 1936-39 opstand in Palestina. Adolf Eichman bezocht Palestina en ontmoette al-Husseini in die tijd en onderhield een geregeld contact met hem vanuit Berlijn. Al-Husseini verzocht de Asmogendheden in 1940, om de Arabische rechten te herkennen: …om de kwestie van de Joodse elementen in Palestina en andere Arabische landen in overeenstemming met de nationale en raciale belangen van de Arabieren te regelen, op dezelfde wijze als deze die gebruikt worden om het Joodse probleem op te lossen in Duitsland en Italië. Ondertussen hielp Syrië de pro-nazi opstand in 1941 en verdedigde hij de uitroeiing van Joden via een radio uitzending in het Midden-Oosten. Hij verbleef nadien als speciale gast van Hitler in Berlijn voor de rest van de Tweede Wereldoorlog. Ondertussen rekruteerden ze Balkan moslims voor de beruchte SS-bergdivisies, die probeerden om Joodse gemeenschappen uit te roeien in het hele gebied. In 1942 werd een “Islamitische Zentral-Institut zu Berlin e.V.” opgericht, waarvan al-Husseini de beschermheer werd. Tijdens een feestgelegenheid waarbij ook Goebbels aanwezig was, stelde al-Husseini zich voor als ‘Führer’ van 400 miljoen Arabieren, vijand van het Zionisme, Engelse grootmachtdromen en Bolsjewieken. Om in de partizanenoorlog tegen Tito stand te houden, gaf Hitler toestemming op 10/2/1943 om een moslimdivisie van de ‘Waffen-SS’ op te richten voor de Balkan. Daarvoor werden vooral Bosnische moslims aangeworven. Vanuit het SS-hoofdkwartier werden imams in de diverse bataljons aangenomen en de islamitische voedselvoorschriften werden toegepast. Als er nadien ook nog een Mullah-school in Dresden werd geopend, sloten zich vele moslim personaliteiten aan voor de werving in de Balkan. Na de militaire opleiding in Zuid-Frankrijk kregen ze de benaming "13. Waffengebirgsdivision der SS Handschar”. Om zijn autoriteit niet te verliezen bij de moslimtroepen, verbleef al-Husseini ondertussen in Kroatië. Tegen 19 april 1943 hadden zich meer dan 20.000 moslimvrijwilligers gemeld. Eveneens in het jaar 1944 werden nog twee andere moslimtroepen binnen de Waffen-SS opgericht. De "21. Waffengebirgsdivision der SS Skanderbeg" en de "23. Waffengebirgsdivision der SS Kama" dat overwegend uit Kroaten bestond. In mei 1945, net één dag voor de overgave van nazi-Duitsland, vluchtte al-Husseini naar Zwitserland, waar hij aan de Fransen werd uitgeleverd. Maar de Britten zagen af van een uitlevering, omdat ze hun politiek tegenover de Arabische landen niet in gevaar wilden brengen. Tijdens de Neurenberg processen mochten geen bewijsstukken die al-Husseini zouden kunnen belasten, aangebracht worden. Op de Neurenberg-tribunalen, getuigde de rechterhand van Eichmann, Dieter Wisliceny (die later als oorlogsmisdadiger werd terecht gesteld) het volgende: De Mufti was één van de aanstichters van het systematisch uitroeien van Europese Joodse gemeenschappen en was een collaborateur en adviesgever van Eichmann en Himmler in de uitvoering van de plannen. (…) Hij was één van Eichmann’s beste vrienden en heeft hem gedurig aangespoord de uitroeiingsplannen aan te vangen. Ik hoorde hem zeggen dat hij vergezeld van Eichmann, incognito de gaskamers had bezocht in Auschwitz. Na de oorlog werd al-Husseini aangeklaagd in Joegoslavië wegens oorlogsmisdaden op Christelijke Serven, zigeuners en Joden., maar hij kon ontsnappen aan vervolging. De Mufti werd nooit veroordeeld omdat de geallieerden bang waren voor een storm in de Arabische wereld indien zij de nationale held zouden behandelen als een crimineel. Na de oorlog vertrok al-Husseini naar Egypte waar hij werd ontvangen als nationale held, en later naar Libanon, waar hij met Syrische steun, de grondlegger was van de bewegingen ‘Jihad’ en ‘Hamas’. In 1946 ontmoet Amin al-Husseini zijn protegé en neef, de Egyptische Yasir Arafat, wiens echte naam Mohammed Abder Rauf Arafat Al-Kuadwa Al-Husseini is. De Mufti plaatst de jonge Arafat aan het hoofd van de wapenaankoop voor zijn irreguliere militie, “De heilige strijders”. In 1948, gedurende de strijd van Israël om de verenigde Arabische aanvallen af te slaan, zond de Mufti via radio-uitzendingen onophoudelijk volgende boodschap, “Ik verklaar de heilige oorlog, mijn moslimbroeders! Dood de Joden! Dood ze allemaal!!” Vanuit Egypte was al-Husseini eveneens één van de sponsors in de oorlog van 1948 tegen de nieuwe Staat Israël. De Mufti zorgde eveneens voor faciliteiten voor het Odessa-netwerk, dat een veilige haven verschafte in Arabische landen aan nazi-oorlogsmisdadigers. De Odessa fondsen werden geregeld door de Zwitserse naziebankier Francois Genoud, die de opdracht had gekregen de gestolen fondsen van Joden uit Europa te beheren. Genoud zou diverse Arabische nationalistische en anti-Israëlische activiteiten financieel gesteund hebben, allemaal met geconfisqueerd Joods geld. In 1962 stichtte hij de Arabische Nationale Bank in Geneva in partnerschap met Syrië en werd directeur van de Arabische Volksbank in Algerije in 1962. Veracht door de Jordaanse monarch, die de positie van Groot-Mufti van Jeruzalem aan iemand anders had gegeven, regelde Haj Amin al-Husseini de moord op de koning Abdullah in 1951 terwijl hij in ballingschap leefde in Egypte. Koning Tallal volgde Abdullah op als koning van Jordanië en weigerde toestemming te geven aan Amin al-Husseini om het Jordaanse Jeruzalem binnen te komen. Na een jaar werd koning Tallal onbekwaam verklaard, de nieuwe koning Hussein weigerde echter eveneens al-Husseini toestemming te geven om Jeruzalem binnen te komen. Koning Hussein herkende dat de voormalige Goot-Mufti enkel problemen zou aanwakkeren en een gevaar betekende voor de vrede in de streek. De Mufti zette echter het werk van de nazi’s verder toen hij in 1962 president werd van de ‘World Islamic Congress’ waar hij pleitte voor een etnische zuivering van Joden in de Arabische landen. Landen waar vele Joodse gemeenschappen voorafgingen aan de islamitische opkomst. Daardoor blijven nog steeds Judea, Samaria en Gaza op de agenda staan voor de etnische zuivering. Haj Amin al-Husseini overleed uiteindelijk in 1974. Hij keerde nooit naar Jeruzalem terug na zijn vertrek in 1937. Zijn plaats als leider van de radicale, nationalistische Palestijnse Arabieren werd ingenomen door zijn neef Mohammed Abdel-Raouf Arafat As Qudwa al-Husseini, beter bekend als Yasser Arafat. In augustus 2002, Arafat gaf een interview waarin hij refereerde naar ‘onze held al-Husseini’ als een symbool van het Palestijns Arabische verzet. En in de trend van zijn mentor zei Arafat: “Wij zijn niet Afghanistan. Wij zijn het machtige volk. Waren ze in staat om onze held Haj Amin a-Husseini te vervangen? Er waren talloze pogingen om van hem af te geraken toen ze hem aanzagen als een collaborateur van de nazi’s, maar zelfs dan, leefde hij in Cairo en nam deel aan de oorlog in 1948 en was hij één van zijn troepen.” (London Arabic Daily – interview herdrukt in Palestinian Daily 2/8/2002) “"We are not Afghanistan," said Arafat in the interview. "We are a mighty people. Were they able to replace our hero Hajj Amin al-Husseini? There were a number of attempts to get rid of Hajj Amin, whom they considered an ally of the Nazis. But even so, he lived in Cairo, and participated in the 1948 war, and I was one of his troops."" ![]() sorry, verkeerde foto! 8) ![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
#2 |
Provinciaal Statenlid
Geregistreerd: 16 februari 2003
Locatie: Darul Intisar
Berichten: 632
|
![]() Indrukwekkende, interessante en diepgaande informatie, Vicky!
Nogmaals zien we dat de geschiedenis bewijst dat islamisme en fascisme broers zijn van elkaar. Dutch
__________________
http://www.faithfreedom.org http://dutch.faithfreedom.org/forum islamisme is een waanzinnige, fascistische cultus en gematigde islam is hun paard van Troje In islam erft een vrouw slechts de helft van wat haar broer krijgt |
![]() |
![]() |
![]() |
#3 |
Banneling
Geregistreerd: 22 mei 2003
Locatie: Brussel
Berichten: 49.496
|
![]() Ik kende de reputatie en de oproepen van de groot-Mufti van Jeruzalem al, maar de details zijn interessant.
In welk verband moeten we ze zien? De vlaamse Kerk riep ook vanaf de kansel op om ten strijde te trekken tegen het "goddeloze communisme". De spaanse kerk eveneens. Is het kristianisme daarom per sé fascistisch?* Godsdiensten zijn opportunistisch en zowel de kerk als de islam hebben op het verkeerde paard gewed toen. Je geeft trouwens zelf toe dat die man voor zichzelf de tiytel Groot-Mufti creëerde: Er bestaat niet zoiets als een islamkerk met een hiërarchie en een islampaus die regelmatig eens de puntjes op de i zet en "waarheden" onfeilbaar vastlegt, er bestaan zoveel islams als er islamitische landen zijn of zelfs als er imams of ayatollahs zijn. De islam volgt meestal zeer opportunistisch de regeringslijn(al zijn er uitzonderingen-Egypte en Turkije) Dat maakt de islam minder bedreigend voor een gevestigde staatsorde. * Hierbij wél opmerken dat de traditie van onverdraagzaamheid van Rome groter is dan de islamtraditie op dat gebied, ondanks alle legendes hierover. (Vergeten we ook niet dat Kristus door de Islam als een profeet erkend wordt, zij het dan een mindere (vanwege de H. Drievuldigheid) Ook Maria wordt erkend door de islam. Wat me is opgevallen, is dat de nieuw vermelde Nederlandse Faithfreedomsite duidelijk op dezelfde basis werd opgezet als politics.be zelfde informatica-leverancier? Laten we hopen. faithfreedom is een site van een iraanse opposant. Ik weet niet wie ze financiert, maar met een beetje logisch redeneren heb ik wel vermoedens. |
![]() |
![]() |
![]() |
#4 |
Provinciaal Statenlid
Geregistreerd: 16 februari 2003
Locatie: Darul Intisar
Berichten: 632
|
![]() Beste filosoof, als je FFI zou bezocht hebben, dan zou je niet met vragen blijven zitten zijn en gezien hebben dat we niets, maar dan ook niets te zien hebben met politics.be noch met het VB...
Je eerste idee van een Iraanse opposant was al iets meer in de goede richting! Onze geestelijke vader is Ali Sina, alhoewel hij dat zelf niet wil! Ali Sina is een Iraans ex-moslim, moslimdissident dus, die nu in Amerika en Engeland een toevluchtshaven heeft gevonden. FFI is een internationale internet-organisatie van ex-moslims (waarvan sommigen de doodsstraf kregen), schrijvers, professoren, gewone mensen, maar allen met de gemeenschappelijke noemer dat ze van zéér dichtbij betrokken zijn bij de islam, koran en hadiths zeer goed kennen en nog verder uitdiepen, de islam als totalitaire discriminerende doctrine afschrijven, het islamisme bestrijden, de moslims willen helpen (deze mensen lijden ook onder de islam),... Al onze discussies zijn degelijk onderbouwd en gefundeerd op verzen uit koran en hadiths. Velen onder ons leven nog steeds in moslimlanden en ondervinden er aan den lijve de enorme weldaden van de islam. De vrouwen onder ons zijn al dan niet feministen, die het treurige lot van de moslima aan de kaak willen stellen, de leugens omtrent haar islam-statuut uit de wereld willen helpen en de waarheid overal willen zien zegevieren! Probeer ons geen racisme-verwijt aan te smeren, dat pakt niet want je vindt bij FFI alle rassen van de wereld vertegenwoordigd. Dutch
__________________
http://www.faithfreedom.org http://dutch.faithfreedom.org/forum islamisme is een waanzinnige, fascistische cultus en gematigde islam is hun paard van Troje In islam erft een vrouw slechts de helft van wat haar broer krijgt |
![]() |
![]() |
![]() |
#5 | |
Minister-President
Geregistreerd: 7 mei 2002
Berichten: 4.137
|
![]() Citaat:
__________________
Porno! |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#6 | |
Vreemdeling
Geregistreerd: 28 mei 2003
Berichten: 20
|
![]() Citaat:
__________________
George Bartels |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#7 | |
Banneling
Geregistreerd: 22 mei 2003
Locatie: Brussel
Berichten: 49.496
|
![]() Citaat:
De gebruikte software is identiek aan die van politics.be Ik heb nergens naar het zwartblok verwezen als de financier: ik dacht eerder aan de CIA. Over racisme sprak ik niet, over zwartblok ook niet... Dit antwoord verbaast me dus wel enigszins.... ![]() |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#8 |
Provinciaal Statenlid
Geregistreerd: 16 februari 2003
Locatie: Darul Intisar
Berichten: 632
|
![]() Als site-administrator van Dutchf FFI forum kan ik met de hand op het hart zweren dat ik nog NOOIT een posting gedeleted heb!
Blijkbaar is er een probleem, want één van mijn eigen postings is ook verdwenen! Sorry als iets van jou verdween filosoof, mogelijks hebben we een probleem op de site, zou niet de eerste keer zijn dat er ingebroken werd ... om onze boel in 't honderd te sturen. Het nodige zal gebeuren. Wat zijn dat voor gekke verwijzingen naar CIA ? Te zot om los te lopen man. Moet je door de CIA gesponsord worden als je anti-islamist bent??? Daar wist ik niets van, nooit te oud om te leren zie je maar! Dit is wél het allergekste argument dat ik ooit hoorde om FFI in diskrediet te brengen... Wat racisme betreft, daar heb ik vlug even op de situatie vooruit gelopen, de aantijgingen tegen FFI zijn op den duur zo verdomd voorspelbaar zie je. Maar allez, ondertussen weet je het dan toch al. Zie dat jij in Brussel woont, misschien zijn we wel buren? Dutch
__________________
http://www.faithfreedom.org http://dutch.faithfreedom.org/forum islamisme is een waanzinnige, fascistische cultus en gematigde islam is hun paard van Troje In islam erft een vrouw slechts de helft van wat haar broer krijgt |
![]() |
![]() |
![]() |
#9 | ||
Parlementslid
Geregistreerd: 8 februari 2003
Locatie: Bananenkoninkrijk
Berichten: 1.879
|
![]() Citaat:
Ik heb noch op politics.be, noch op FFI enige vorm van sensuur ontmoet.
__________________
http://faithfreedom.org |
||
![]() |
![]() |
![]() |
#10 |
Gouverneur
Geregistreerd: 21 augustus 2002
Locatie: Antwerpen
Berichten: 1.248
|
![]() Ik zie niks verkeerd in die tekst.
Waarom die moefti samenwerkte met Hitler is simpel te verklaren. Palestina stond onder Brits bewind, andere Arabische landen onder Franse of Brits bewind. Kolonies dus... Met wie had Nazi-Duitsland in die tijd last? Juist, Frankrijk en Groot Britannië en andere landen die de 2 landen hielpen. Dus is het logische gevolg dat de Arabische 'ondergrondse' verzetshaarden samenwerkte met de nazi's. Net hetzelfde wat Vlaams Blok doet, samenwerken met de joden terwijl ze toch anti-joods zijn. |
![]() |
![]() |
![]() |
#11 | ||
Parlementslid
Geregistreerd: 4 april 2002
Berichten: 1.549
|
![]() Citaat:
The Mufti was one of the initiators of the systematic extermination of European Jewry and had been a collaborator and adviser of Eichmann and Himmler in the execution of this plan. ... He was one of Eichmann's best friends and had constantly incited him to accelerate the extermination measures. I heard him say, accompanied by Eichmann, he had visited incognito the gas chamber of Auschwitz. Palestine.facts |
||
![]() |
![]() |
![]() |
#12 | |
Vreemdeling
Geregistreerd: 24 mei 2003
Locatie: Leuven, Vlaanderen
Berichten: 71
|
![]() Citaat:
En over forumethiek (deleten van posts enzo) moet jij alleszins niet te hard reclameren, Filosoof. |
|
![]() |
![]() |
![]() |
#13 |
Parlementslid
Geregistreerd: 4 april 2002
Berichten: 1.549
|
![]() Een beetje geschiedenis voor Mustapha, want het Palestijnse gebied kwam pas na wereloorlog I onder Brits bewind. (Vandaar dat de Mufti snel de zijde koos van de overwinnaars).
De Syrische buitenlandse politiek wordt in belangrijke mate bepaald door het ideologische ‘Groot Syrië concept’. http://www.christenenvoorisrael.nl/geschiedenis.tpl 1861 (Christelijk) Libanon wordt een autonoom gebied binnen het Turkse rijk, waartoe (sinds 1517) ook behoren het later onafhankelijke staten Irak en Syrië, alsmede het Land van Israël (uiteindelijk verdeeld in de staat Jordanië ten oosten en de staat Israël ten westen van de Jordaan). 1886 Joden uit Safed kopen grond ten oosten van het Meer van Galilea en vestigen er ‘Golan BaBasjan’, de eerste moderne Joodse nederzetting op de Golan. 1891 Baron Edmond de Rothschild koopt 180 hectare grond op de Golan en sticht daar nieuwe Joodse nederzettingen. 1908 Joodse boeren vestigen zich in de Beth Saida-vallei. 1914 Begin van de Eerste Wereldoorlog. Groot-Brittannië verklaart de oorlog aan Turkije. 1915 Groot-Brittannië wil de Arabieren betrekken bij de oorlog tegen Turkije en belooft Sheriff Hoessein van Mekka Arabische onafhankelijkheid, maar met uitzondering van het gebied grenzend aan de Middellandse Zee (inclusief Libanon en het Land van Israël). 1916 Ondanks eerdere Britse beloften aan de Arabieren maken Londen en Parijs onderling ‘semi-koloniale’ plannen voor het samen opdelen van het Turkse rijk. 1917 Het Britse leger, gesteund door Bedoeïenenstrijders uit het Arabisch schiereiland, verovert het Midden-Oosten en maakt daarmee een eind aan een tijdperk van precies 400 jaar Turks-Ottomaans bewind in de regio. 1920 De (voorheen Turkse) landstreken Syrië en Libanon komen onder Frans- en de (voorheen Turkse) landstreek Palestina onder Brits mandaat. Zionistische leiders en Libanese Maronitische christenen sluiten een politieke overeenkomst waarin de Libanese christenen het Joodse recht erkennen op een nationaal tehuis in ‘Palestina’ (het Land van Israël), terwijl de zionisten het recht erkennen van de Libanese christenen op een politieke toekomst los van het islamitische Syrië. Plaatselijke Arabieren verdrijven de Joodse bewoners van de Golan. 1922 De Volkenbond bekrachtigt de Britse en Franse mandaten in het Midden-Oosten. 1923 Groot-Brittannië draagt het Palestijnse deel van de Golan Hoogvlakte (het gebied ten noord-oosten van het Meer van Galilea, deel van het gebied waarin het Joodse Nationale Thuis zou moeten komen) over aan Frans Syrië. 1943-1944 Syrië (1943) en Libanon (1944) worden onafhankelijk. 1947-1948 Honderden Syrische ‘vrijwilligers’, en vanaf begin 1948 ook sterke reguliere Syrische militaire eenheden, doen mee aan de steeds meer om zich heen grijpende terreuroorlog tegen de Joodse bevolking in het Britse mandaatgebied Palestina. 1948 Op 14 mei komt het Britse mandaat ten einde en een dag later wordt Israël onafhankelijk. Onmiddellijk vallen de legers van de omliggende landen, waaronder Syrië, de nieuwe staat binnen. 1949 Israël en Syrië sluiten een wapenstilstand (20 juli). 1949-1967 Vanaf de Golan beschieten Syrische troepen met machinegeweren en artillerie met grote regelmaat Israëlische nederzettingen en boeren in de Hula-vallei en langs de kust van het Meer van Galilea. Daarnaast worden vissers op het meer bestookt en worden mijnen op Israëlische wegen gelegd. Op 8 april 1967 wordt de grenskibboets Gadot met 200 Syrische mortiergranaten in puin geschoten. 1951 Syrische troepen bezetten het gebied ten zuiden van het Meer van Galilea (bij Hama) en vermoorden zeven Israëlische politie-agenten. 1953 Syrië en Jordanië tekenen het eerste van een serie water-overeenkomsten, die uiteindelijk allemaal worden geschonden door Damascus, dat 50 procent van het Jordaanse deel van het water van de Yarmuk aftapt. Op grond van de Yarmuk-overeenkomst komt Syrië 90 miljoen kubieke meter per jaar toe, maar het land gebruikt 200 miljoen kuub (cijfers van 1999). 1955 Syrische troepen bezetten de noord-oostelijke oever van het Meer van Galilea. In de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties eist Damascus een deel van het meer op (Israëls belangrijkste waterreserve). 1963 Syrië begint met het omleiden van de bronnen van de Jordaan (de toevoer naar Israëls belangrijkste zoetwatervoorraad: het Meer van Galilea). 1964 Israëlische artillerie vernietigt de graafmachines waarmee Syrië werkt aan het omleiden van de bronnen van de Jordaan. 1966 De nieuwe Syrische minister van Defensie (en na een [nieuwe] staatsgreep de latere president) Hafez al-Assad waarschuwt Israël op 24 mei: ‘Wij zullen nooit om vrede vragen of die accepteren. Wij zullen uitsluitend de oorlog accepteren. Wij hebben besloten dit land met jullie bloed te doordrenken, om jullie agressors te verdrijven, om jullie de zee in te smijten.’ 1967 April. In luchtgevechten boven Galilea en de Golan schieten Israëlische jagers zes Syrische Mig’s neer. Zesdaagse Oorlog (5-10 juni). Aan het noordelijke front trekken sterke Syrische en Iraakse legereenheden op naar de Israëlische grens. Israëlische nederzettingen in Galilea worden gebombardeerd vanaf de Golanhoogvlakte (200 woningen vernietigd). Op 9 juni lanceert Israël een verrassingsaanval op de Golan, worden de Arabische legers in de pan gehakt en de hoogvlakte in minder dan 20 uur veroverd. Ook de in de jaren vijftig door Syrië bezette stukken Israëlisch grondgebied worden heroverd. Tijdens de gevechten ontvluchten ongeveer 70.000 Syrische burgers het gebied. 1967-1968 Tussen juni 1967 en eind december 1968 plegen Arabische terroristen 159 aanslagen in Israëlische steden, waarbij 47 doden vallen en 330 mensen gewond raken. In dezelfde periode worden 1029 aanslagen gepleegd in de grensgebieden. Daarbij en bij Israëlische tegenacties, worden in totaal 234 Israëli’s gedood en 785 gewond. Syrië is bij een groot deel van deze aanslagen betrokken. 1970 Met een nieuwe staatsgreep grijpt minister van defensie Hafez al-Asad de absolute macht in Syrië. ‘Zwarte September’. Met bruut militair geweld probeert koning Hoessein van Jordanië een eind te maken aan de steeds machtiger wordende Palestijnse staat-in-een-staat van de PLO-terreurbewegingen in zijn land. Geholpen door (Jordanië binnentrekkende) Syrische pantsereenheden hergroeperen de terroristen zich in noord-west Jordanië, maar in juli 1971 weet het Jordaanse leger hen definitief te verdrijven. De meeste van Arafats guerrilla’s sluiten zich aan bij hun collega’s in Libanon, waar zij opnieuw een staat-in-een-staat gaan vormen. Syrië biedt hun uitgebreide steun, waaronder militaire trainingsfaciliteiten en bases in Syrië. President Hafez al-Assad zegt op 17 maart 1971: “Wij hebben ons nooit verplicht, en dat zullen wij ook nooit doen, om terroristische activiteiten te beteugelen. Syrië is de long waardoor de terroristische activiteit ademt, en zal dat blijven.” 1972 Na een nieuwe serie bloedige Palestijnse aanslagen vallen Israëlische troepen Palestijnse bases aan in Syrië en Libanon (september). 1973 Jom Kippoeroorlog (oktober). Kleine Israëlische eenheden weten een massale Syrische verrasingsaanval op de Golan af te slaan. Bij het Israëlische tegenoffensief wordt een groot gebied ten oosten van de Golan veroverd. 1973-1974 In de periode tussen het ingaan van de Israëlisch-Syrische wapenstilstand (24 oktober 1973) en het ondertekenen van een troepenscheidingsakkoord (31 mei 1974) komen 54 Israëlische militairen en zes Israëlische burgers om het leven door Syrische artilleriebeschietingen van achter de wapenstilstandslijn. Er vallen aan Israëlische kant ook nog 176 gewonden. 1974 Troepenscheidingsakkoord tussen Israël en Syrië (31 mei). Israël trekt zich terug uit het in oktober 1973 veroverde gebied, alsmede uit de in 1967 veroverde stad Kuneitra en de omstreken daarvan. Instelling van een gedemilitariseerde bufferzone in het Syrische gebied langs de nieuwe scheidslijn, waarin wordt gepatrouilleerd door een speciale VN-eenheid. Jeruzalem probeert onderhandelingen te openen met Damascus op basis van Israëlische erkenning van Syrische soevereiniteit op de Golan, op voorwaarde dat het gebied aan Israël wordt geleasd (de zgn. Hong Kong oplossing). Damascus weigert echter ieder gesprek. 1975 Begin van de Libanese burgeroorlog (durend tot 1990), waarin christelijke, Palestijnse, Druzische en islamitische milities elkaar bestrijden. 1976 Damascus intervenieert in de Libanese burgeroorlog. (Israël berust in het binnentrekken van Syrische troepen in Libanon, in ruil voor een aantal geruststellingen die “rode lijnen” worden genoemd en die het resultaat zijn van Amerikaanse bemiddeling in april van dat jaar. Op basis van die overeenkomst mag de Syrische interventiemacht niet groter zijn dan een brigade en dient die het gebruik van geweld te beperken Bovendien belooft Asad geen vliegtuigen en anti-vliegtuigraketten in Libanon te zullen stationeren, maar hij schendt onmiddellijk alle afspraken. Syrische troepen bezetten de oostelijke en noordelijke regio’s. Damascus’ “zusterlijke assistentie” draait echter uit op een militaire bezetting waarmee de Libanese onafhankelijkheid feitelijk de nek wordt omgedraaid en de traditionele christelijke overheersing in het leger en in de politiek wordt beëindigd. Onder Syrisch bewind ontwikkelt de Beqa’a-vallei zich tot een van ‘s werelds belangrijkste productiecentra voor heroïne en andere hard-drugs en tot een trainingsoord voor internationale terroristen. Israël biedt Assad in de zomer van 1976 officieel een aanzienlijke terugtrekking van de Golan aan, in ruil voor een niet-aanvalsverdrag. De Syrische leider wijst het voorstel van de hand, ook al heeft hij kort daarvoor nog via de Amerikanen en de Jordaanse koning Hoessein met Israël een geheime overeenkomst gesloten over de ‘rode lijnen’ met betrekking tot de legering van Syrische troepen in Libanon. 1977-1978 De PLO-terreur tegen Israël escaleert als Israëlische dorpen en steden in Noord-Israel vanuit Libanon met raketten worden bestookt. Op 11 maart 1978 worden 39 Israëlische buspassagiers door PLO-terroristen gedood. Vier dagen later vallen Israëlische troepen Zuid-Libanon binnen met als doel de vernietiging van de terroristische infrastructuur van de PLO. Het gebied tot aan de rivier de Litánie wordt gezuiverd, waarna de troepen zich op 13 juni achter de internationale grens terugtrekken. 1978 In het kader van de zogenaamde Riad-Caïro akkoorden (oktober) belooft Damascus dat het zijn bezettingsleger uit Libanon zal terugtrekken. Alles blijft echter bij het oude. 1979 De VS plaatsen Syrië bovenaan de lijst met “Staten die het terrorisme steunen”, die jaarlijks door het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken wordt uitgegeven. 1981 Syrië plaatst batterijen met geavanceerde Russische anti-vliegtuigraketten in het door Syrië bezette deel van Libanon en schendt daarmee opnieuw de Amerikaans-Syrisch-Israëlische overeenkomst van 1976. Steden en dorpen in Noord-Israël worden in juni-juli getroffen door een spervuur van Katjoesja-raketten en 130 mm granaten, afgevuurd door PLO-terroristen in Libanon. Israëlische artillerie en luchtmacht beantwoorden de aanvallen. Met de zogenaamde Golan-hoogten Wet van 14 december annexeert de Knesset formeel de Golan. 1982 Syrische troepen, onder bevel van Rif’at Assad (de broer van de president), doden met artillerie en vliegtuigbommen circa 20.000 Syrische burgers in de stad Hama, een centrum van de oppositie tegen het Baath-regime (volgens sommige schattingen lag het aantal doden zelfs tussen de.25.000 en de 30.000). Na een nieuwe serie terreuraanslagen vallen Israëlische troepen opnieuw Libanon binnen met als doel de vernietiging van de terroristische infrastructuur van de PLO (6 juni). Syrische bezettingstroepen vallen de Israëli’s aan. De Israëlische en Syrische luchtmachten raken slaags boven Libanon. Meer dan 80 Syrische MiG’s worden neergeschoten en de Syrische luchtverdediging in Libanon wordt grotendeels vernietigd. Israël lijdt geen verliezen. Tijdens een veldslag met Syrische bezettingstroepen in Libanon worden drie Israëlische militairen (Zacharia Baumel, Yehuda Katz en Tzvi Feldman) krijgsgevangen gemaakt. Ze worden voor het laatst gezien als trofeeën in een militaire parade in Damascus, maar verdwijnen vervolgens (in januari 2000 werden Baumel, Katz en Feldman nog steeds vermist). 16 september. Christelijke milities richten een slachting aan in de Palestijnse dorpen (‘vluchtelingenkampen’) Sabra en Shatila, nabij Beiroet (de moordpartijen zijn een vergelding voor eerder door de PLO aangerichte bloedbaden in christelijke dorpen). Israëlische troepen zijn niet bij de slachting betrokken, maar later wordt geredeneerd dat de Israëlische autoriteiten ze hadden moeten zien aankomen en voorkomen. Onder zware druk van de VS trekt Israël op 19 september zijn troepen uit Beiroet terug. Een internationale troepenmacht, die voornamelijk bestaat uit (1.800) Amerikaanse mariniers en Franse eenheden, neemt de Israëlische posities over. 1983 18 april. Buiten de Amerikaanse ambassade in Beiroet wordt een vrachtwagen met explosieven tot ontploffing gebracht. De CIA-kantoren in het gebouw worden volledig verwoest en 63 mensen komen om. Israël en Libanon sluiten een door de VS voorbereide overeenkomst waaronder alle buitenlandse troepen Libanon moeten verlaten (17 mei). Damascus weigert echter de 30.000 man sterke Syrische bezettingmacht terug te trekken. 23 oktober. Een zelfmoord-terrorist rijdt een vrachtauto met explosieven binnen in het hoofdkwartier van de Amerikaanse troepenmacht in Beiroet. Het gebouw stort helemaal in, waarbij 241 mariniers omkomen. Er vallen tachtig gewonden, van wie er later nog eens 28 overlijden. (Volgens de FBI was het de zwaarste niet-nucleaire explosie die ooit veroorzaakt is.) Een gecoördineerde bomaanslag later die dag op het Franse militaire hoofdkwartier in Beiroet kost het leven aan 56 mensen. Gezien de professionele aanpak van de aanslagen, de politieke situatie in Libanon en een onweerlegbaar motief, lijkt Syrische instemming met of actieve betrokkenheid bij de aanslagen zeer aannemelijk. President Reagan had de mariniers naar Beiroet gestuurd om de (burger)oorlog te helpen beëindigen, maar de aanslagen veroorzaken hun overhaast vertrek, in plaats van het vertrek van de Syrische bezettingstroepen. 1984 De laatste Amerikaanse troepen verlaten Libanon. Op 20 september ontploft een zware autobom naast de nieuwe Amerikaanse ambassade in Beiroet. Er vallen 8 doden. 1984-1988 In deze periode worden in Beiroet achttien Amerikanen en een tiental andere Westerlingen (voornamelijk Fransen en Britten) door pro-Iraanse islamitische terreurgroepen ontvoerd en gegijzeld. Drie Amerikaanse en twee Britse gijzelaars worden vermoord. Terry Anderson, correspondent van het persbureau Associated Press (gekidnapt op 16 maart 1985) is de laatste gijzelaar die op vrije voeten komt (op 4 december 1991). Vanaf het begin is duidelijk dat de Syriërs en hun Iraanse bondgenoten de terreurgroepen controleren en sturen. De meeste gijzelaars worden vastgehouden in de Beqa’a Vallei of in de buitenwijken van Beiroet (beide vallen onder de volledige exclusieve controle van het Syrische leger). De gijzeldrama’s worden door Damascus en Teheran gebruikt om de westerse landen, met name de VS en Groot-Brittannië, te dwingen tot politieke concessies, het uitoefenen van druk op Israël en het doen van geheime wapenleveranties (onder andere in het ‘Iran-Contra schandaal’). 1985 Jeruzalem voltooit zijn gefaseerde terugtrekking van troepen uit Libanon, met uitzondering van een gemiddeld zeven kilometer diepe veiligheidszone langs de grens. Naast een Israëlische legermacht van 1.500 man is daar het circa 2.500 man sterke Zuid-Libanese Leger (SLA) actief. Het SLA wordt bewapend en gefinancierd door Israël. Tot en met 1999 sneuvelen jaarlijks tientallen Israëlische militairen en SLA-leden in confrontaties met de door Syrië en Iran gesteunde terroristen van Hezbollah en een tiental Palestijnse terreurgroepen. Met deze uitputtingsoorlog ‘met afstandsbediening’ wil Damascus Israël dwingen de Golanhoogvlakte over te geven. 1986 17 april. Oplettende veiligheidsfunctionarissen verijdelen een Syrische poging om explosieven aan boord te smokkelen van een EL AL vlucht van Londen naar Tel Aviv. Het toestel had met 375 passagiers aan boord midden in de lucht moeten ontploffen. Volgens latere Britse rechtbankverslagen werd het besluit voor de aanslag op het hoogste niveau in Damascus genome. De Syrische generaal-majoor Mohammed al-Khouli van de Luchtmachtveiligheidsdienst en zijn assistent, kolonel Haytham Sa’id waren bij deze aanslag actief betrokken. De directe Syrische betrokkenheid bestond uit planning, recrutering, financiering en training. Bovendien werd aan de belangrijkste dader, de terrorist Hindawi, een Syrisch diplomatiek paspoort verstrekt en werd de nationale Syrische luchtvaartmaatschappij gebruikt om de explosieven naar Londen te vervoeren (met de diplomatieke post voor de Syrische ambassade in Londen). Na het mislukken van de aanslag vond Hindawi een veilig onderdak in de Syrische ambassade in Londen. De internationale diplomatieke reacties op de Hindawi-affaire noodzaken Hafez al-Assad om zijn operationele methodes te wijzigen, teneinde de door de westerse landen opgelegde internationale sancties tegen zijn regime te laten opheffen. Maar terrorisme ‘met afstandsbediening’ of direct, blijft een belangrijk instrument van de Syrische buitenlandse en binnenlandse politiek. Na het neerstorten van zijn F-4 Phantom jachtbommenwerper wordt de Israëlische navigator Ron Arad gepakt door de Libanese Amal-militie. Arad wordt ‘doorverkocht’ aan een met Iran samenwerkende terreurgroep en verdwijnt vervolgens. In de jaren daarna zijn er verschillende bevestigingen dat Arad in leven is en met medeweten van Syrië gevangen wordt gehouden door Syrië’s bondgenoot Iran. (In januari 2000 was Arad nog steeds vermist.) 1988 21 december. Pan Am vlucht 103 van Londen naar New York explodeert boven het Schotse plaatsje Lockerbie. Alle passagiers en bemanningsleden, 259 mensen in totaal, komen om. Ook elf inwoners van Lockerbie sterven als delen van het vliegtuig op het dorp storten. In de jaren hierna wordt het steeds duidelijker dat niet alleen Libië bij de aanslag betrokken is, maar ook het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina van Ahmed Jibril (Algemeen Commando), dat kantoor houdt in en wordt gecontroleerd door Syrië. Volgens uitgelekte rapporten van inlichtingendiensten werd de Lockerbie-bom met de Syrische nationale luchtvaartmaatschappij naar Berlijn vervoerd, en daar overhandigd aan medewerkers van Jibril, die de aanslag verder voorbereidden met hun Libische handlangers. 1989 Het door Syrië georkestreerde Ta’if Akkoord (oktober) reduceert in de praktijk de status van de Libanese christenen tot die van een tweederangs minderheid ten opzichte van de moslims en bevestigt de Libanese identiteit als die van een Arabisch islamitisch land. Aan de andere kant voorziet het akkoord in een Syrische militaire terugtrekking, binnen twee jaar, uit Libanon. Het omgekeerde gebeurt. Libanon ontwikkelt zich geleidelijk aan van een Syrisch protectoraat tot een deel van “Groot Syrië”. Naast een 35.000 man sterk bezettingsleger koloniseren in de jaren erna een half miljoen Syriërs (volgens recente schattingen zelfs meer dan een miljoen) de traditioneel christelijke delen van Libanon. Mede als gevolg daarvan worden honderdduizenden christenen vluchtelingen. De Syrische uitputtingsoorlog tegen Israël wordt voortgezet ‘met afstandsbediening’, met behulp van de tevens door Iran gesteunde shïïtische guerrilla’s van Hezbollah (Partij van Allah) en de leden van tien door Syrië gecontroleerde Palestijnse terreurgroepen. 1989 Oktober. Met stilzwijgende instemming van Washington maakt president Hafez al-Assad gebruik van de internationale betrokkenheid bij de Golfcrisis (de Iraakse bezetting van Kuweit) om de laatste bedreiging van de Syrische heerschappij in Libanon te vernietigen. Het Syrische bezettingsleger, gesteund door de luchtmacht, bestormt en vernietigt de christelijke strijdkrachten van Michel Aoun. Gedurende en na de gevechten worden naar schatting nog eens 700 christelijke anti-Syrische dissidenten vermoord. Kort daarna accepteert Damascus een uitnodiging van de VS om toe te treden tot de anti-Iraakse coalitie. 1991 Mei. Libanon en Syrië sluiten een ‘vriendschaps- en samenwerkingsverdrag‘. Oktober. Zowel Israël als Syrië nemen deel aan de door de VS en de voormalige Sovjet-Unie gesponsorde internationale vredesconferentie voor het Midden-Oosten in Madrid, maar de besprekingen blijven zonder resultaat. 1994 De Franse president Jacques Chirac zegt op 24 april over de in 1982 in Libanon door Syrische militairen krijgsgevangen gemaakte en vervolgens verdwenen/gegijzelde Israelische soldaten Zacharia Baumel, Yehuda Katz en Tzvi Feldman: ‘De sleutel tot het vraagstuk van deze drie soldaten is in de handen van één man¼ Assad weet wat er met hen is gebeurd’. Syrië schendt de troepenscheidingsakkoorden van 1974 door zware artillerie en anti-vliegtuigraketten te plaatsen in de gedemilitariseerden zone op de Golan. 1996 Na een serie zeer bloedige terreuraanslagen schort de Israëlische regering onder premier Simon Peres de besprekingen met Syrische vertegenwoordigers op. Bij een aanslag (juni) met een vrachtauto met explosieven op een Amerikaanse kazerne in het Saoedische Dhahran komen 19 Amerikaanse militairen om het leven. (De New York Times onthult op 26 maart 1997: “Amerikaanse en Saoedische onderzoekers zijn tot de slotsom gekomen dat de (auto)bom die is gebruikt bij de aanslag in Dhahran, werd geconstrueerd in de Libanese Beqa’a’a Vallei, een gebied dat onder exclusieve controle staat van de Syrische strijdkrachten. De voor zijn special doel klaargemaakte vrachtauto werd vervolgens via Syrië en Jordanië naar Saoedi-Arabië gereden. Een belangrijke verdachte van de aanslag vluchtte later naar Syrië. Maar toen Saoedische onderzoekers aan Syrië om zijn uitlevering vroegen werd de verdachte door de Syrische inlichtingendienst gedood, teneinde te voorkomen dat hij details zou onthullen over de Syrische betrokkenheid bij de aanslag.” 1997 Januari. Het Duitse weekblad Focus (geciteerd door de nieuwsdienst van de Internationale Christelijke Ambassade in Jeruzalem) publiceert een interview met een anonieme ‘hoge functionaris’ van de Amerikaanse inlichtingendienst CIA die zegt dat Washington de Syrische betrokkenheid bij de Lockerbie-aanslag (1988) na de Iraakse inval in Koeweit heeft gebruikt om Damascus te chanteren en te dwingen toe te treden tot de anti-Iraakse coalitie. Omdat er iemand moest worden beschuldigd, aldus de bron, ‘is het twijfelachtig dat mijn regering ooit zal kunnen terugkomen op de Libische versie. Er is sinds 1991 te veel gebeurd. Het VN-embargo [tegen Libië] heeft enorme schade veroorzaakt. En Syrië staat op de drempel van vrede met Israël. Ik ontken niet dat Lockerbie de prijs voor die vrede is.’ De regering van Benjamin Netanyahu voert een reeks indirecte geheime onderhandelingen met Syrische functionarissen. Netanyahu schort de besprekingen op als blijkt dat de Syriërs elk compromis-voorstel blijven afwijzen. Als voorwaarde voor vredesonderhandelingen eist Damascus dat Israël zich vooraf vastlegt op terugtrekking tot de grenzen van 4 juni 1967. 1999 De nieuwe Israëlische premier Barak verplicht zich publiekelijk het Israëlische leger voor de zomer van 2000 uit de Libanese veiligheidszone terug te trekken, ook als er tegen die tijd geen vredesovereenkomst met Damascus is. De regering van Ehud Barak verleent op 7 oktober ‘prioriteit A-status’ aan de Golan, hetgeen de deur openzet voor het verstrekken van allerlei overheidssubsidies en het starten van omvangrijke ontwikkelings- en bouwprojecten op de strategische hoogvlakte. Op de valreep van het nieuwe millennium (15 december) komen een door Ehud Barak geleide Israëlische delegatie en een door minister van Buitenlandse Zaken Farouk al-Shara geleide Syrische delegatie bijeen in de VS, waar zij de in 1996 afgebroken formele besprekingen tussen hun landen hervatten. De Syriërs eisen Israëlische terugtrekking van de gehele Golan evenals uit het grondgebied ten westen van de internationale grens van 1923: gebieden ten noorden, langs en ten zuiden van het Meer van Galilea die tussen 1949 en 1967 door Syrië werden veroverd. Bovendien eist Damascus toegang tot en (mede)gebruik van [het water van] de Jordaan en het Meer van Galilea. Libanese en Cypriotische kranten, zich beroepend op Libanese zegslieden, melden op 22 december dat de VS Damascus zouden hebben beloofd dat niet zal worden aangedrongen op beëindiging van de Syrische bezetting van Libanon nadat Israel zich uit de veiligheidszone heeft teruggetrokken. Hoge Amerikaanse functionarissen, waaronder de ambassadeur in Beiroet, David Satterfield, zouden in dat kader verschillende christelijke Libanese leiders hebben gewaarschuwd ook niet op een Syrische terugtrekking aan te dringen. Een enorme Israëlische politiemacht overvalt op 29 december de opnamestudio’s van de religieuze radiozender Arutz 7 (een soort Israëlische, Joodse EO) in het plaatsje Beth El (Samaria) en slaat daar de boel kort en klein, waarbij voor honderdduizenden guldens schade wordt aangericht. Ex-‘piratenzender’ Arutz 7, die (legaal) vanaf een schip uitzendt op een buitenterritoriale lokatie ‘ergens op de Middellandse Zee’, maar die sowieso door de Knesset was gelegaliseerd, verwoordt de publieke onvrede met de mogelijkheid dat de regering van Ehud Barak de Golan overgeeft aan Syrië. 2000 In het Amerikaanse Shepherdstown (West-Virginia) begint op 3 januari onder Amerikaans toezicht een nieuwe ronde Israëlisch-Syrische vredebesprekingen. Volgens de Israëlische media (3 januari) heeft de Turkse regering de VS gevraagd om Syrië niet van de lijst van terroristische landen te schrappen omdat Damascus doorgaat met het steunen van de terreurbeweging PKK. Een groep vooraanstaande Israëlische rabbijnen, aangevoerd door de voormalige opperrabbijn van Israël, Abraham Shapira, publiceert een rabbinaal vonnis waarin staat dat de Golan een integraal deel is van het Land van Israël, ‘dat op goddelijk bevel is toebedeeld aan de stammen van Israël, zoals geschreven staat in onze heilige Tora’ (4 januari). Het eerste schot afvurend in de propaganda-oorlog met de ‘tegenstanders van de ontmanteling van Israël’, stelt de regering Barak de Israëli’s op 8 januari een verkorting van de militaire dienstplicht met een half jaar in het vooruitzicht als de vrede met Syrië in het referendum wordt goedgekeurd (en dus het overgeven van de Golan). Volgens tegenstanders van Barak betekent een terugtrekking van de strategische hoogvlakte echter juist een verzwaring van de taak van de strijdkrachten. Zij wijzen er bovendien op dat eerdere vredesverdragen (met Egypte en Jordanië) ook geen verkorting van de dienstplicht opleverden. |
![]() |
![]() |
![]() |
#14 |
Parlementslid
Geregistreerd: 4 april 2002
Berichten: 1.549
|
![]() Dit is ook interessant om even te bekijken, een korte diavoorstelling:
http://www.conceptwizard.com/pipeline_of_hatred.html |
![]() |
![]() |
![]() |
#15 |
Berichten: n/a
|
![]() Wat een domme reply. Tijdens de eerste WO streedt de mufti al mee aan de zijde van de Duitsers met het Ottomaanse leger. Palestina stond tot dan toe onder Turkse heerschappij. Toen hoorde je niemand klagen.
In Palestina was er ook bijna niemand om te klagen. ![]() De Arabieren zijn maar pas massaal naar Palestina beginnen komen na de WO I. Of heb je misschien niet goed gelezen welke nationaliteit de mufti en Arafat hebben? |
![]() |
![]() |
#16 |
Perm. Vertegenwoordiger VN
Geregistreerd: 6 januari 2003
Locatie: US
Berichten: 14.572
|
![]() En als we nu de tijdslijn die Ali hier vroeger al een postte bij die van Vicky voegen, dan krijgen we een totaalbeeld dat niet door 1 kant ingekleurd is
![]()
__________________
In het begin was er niets, wat ontplofte. |
![]() |
![]() |